Flavonolen, flavanolen, anthocyanidinen en proanthocyanidinen verlagen waarschijnlijk dikke darmkanker


Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van flavonoïden de kans op het krijgen van dikke darmkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 13 patiënt-controle studies en 10 cohort studies tot juni 2012. Er was geen publicatie bias maar wel heterogeniteit tussen de patiënt-controle studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van flavonoïden en de kans op het krijgen van dikke darmkanker [OR = 1.00, 95% BI = 0.90-1.11]. Een OR van 1 wil zeggen, er is geen verhoogde of verlaagde risico.

De onderzoekers vonden dat het eten van flavonoïden de kans op het krijgen van maagkanker niet-significant  met 7% [OR = 1.07, 95% BI = 0.70-1.61] verhoogde. Niet-significant wil zeggen, er is geen verband bij een 95% betrouwbaarheid. Niet-significant want OR van 1 zit in de 95% BI van 0.70 en 1.61.

In patiënt-controle studies vonden de onderzoekers dat het eten van flavonolen de kans op het krijgen van dikke darmkanker significant  met 29% [95% BI = 0.63-0.81] verlaagde. Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

In patiënt-controle studies vonden de onderzoekers dat het eten van flavan-3-ol (flavanolen) de kans op het krijgen van dikke darmkanker significant  met 12% [95% BI = 0.79-0.97] verlaagde.

In patiënt-controle studies vonden de onderzoekers dat het eten van anthocyanidinen de kans op het krijgen van dikke darmkanker significant  met 32% [95% BI = 0.56-0.82] verlaagde.

In patiënt-controle studies vonden de onderzoekers dat het eten van proanthocyanidinen de kans op het krijgen van dikke darmkanker significant  met 28% [95% BI = 0.61-0.85] verlaagde.

In de subgroep-analyses vonden de onderzoekers dat het eten van flavonolen de kans op het krijgen van dikke darmkanker in mannen significant met 13% [95% BI = 0.79-0.96] verlaagde.

In de subgroep-analyses vonden de onderzoekers dat het eten van flavonolen de kans op het krijgen van dikke darmkanker in vrouwen significant met 16% [95% BI = 0.75-0.93] verlaagde.

In de subgroep-analyses vonden de onderzoekers dat het eten van isoflavonen de kans op het krijgen van dikke darmkanker in mannen significant met 10% [95% BI = 0.83-0.99] verlaagde.

De onderzoekers vonden in cohort studies geen beschermend effect tussen de verschillende groepen flavonoïden en dikke darmkanker.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van flavonolen, flavanolen, anthocyanidinen of proanthocyanidinen de kans op het krijgen van dikke darmkanker waarschijnlijk verlaagde. Waarschijnlijk omdat het beschermende effect alleen gevonden werd in patiënt-controle studies en niet in cohort studies.

Oorspronkelijke titel:
Dietary flavonoid intake and risk of stomach and colorectal cancer by Woo HD and Jeongseon K.

Link:
http://www.wjgnet.com/1007-9327/full/v19/i7/1011.htm

Extra informatie van El Mondo:
Tot de flavonoïden behoren onder andere isoflavonen, flavonolen, flavanolen, anthocyanidinen en proanthocyanidinen.
Isoflavonen zitten in soja, tofu, peulvruchten, zoals linzen, bonen, erwten.

Flavonolen komen voor in appels, peren, uien, thee en rode wijn.

Flavonolen hebben de werking van antioxidanten.
Flavanolen komen voor in fruit, rode wijn, chocola en thee. Flavanolen zijn ook bekend als catechines. Ze hebben de werking van anticarcinogeen (kankerremmend).
Proanthocyanidinen komen voor in druivenpitten, de schil van blauwe druiven, zwarte bessen, groene en zwarte thee en in rode wijn (Vitis vinifera).

Een beschermdend effect  in patiënt-controle studies is pas betrowbaar wanneer dit effect ook teruggevonden wordt in cohort studies.

Een goede manier op voldoende flavonoiden binnen te krijgen, is via 200-300 gram groenten en 2-5 stuks fruit per dag.