Voeding en gezondheid

Dagelijks 20 gram olijfolie verlaagt hart- en vaatziekten

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Epidemiologische studies hebben de preventieve effecten van het eten van olijfolie tegen cardiovasculaire gebeurtenissen en sterfte door alle oorzaken aangetoond, maar de resultaten blijven inconsistent. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt het eten van veel olijfolie de kans op het krijgen van zowel hart- en vaatziekten als doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 13 prospectieve cohort studies met een follow-up duur van 4 tot 28 jaar.

De cohort studies waren goed opgezet.
Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in 8 cohort studies (261016 deelnemers, waarvan 14033 mensen met hart- en vaatziekte), vergeleken met een lage consumptie, dat een hoge consumptie van olijfolie de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten significant met 15% [RR = 0.85, 95% BI = 0.77 tot 0.93, p 0.001, I2 = 41%, p = 0.107] verlaagde.
Dit significante verlaagde risico bleef gelijk in zowel de subgroepenanalyses als de sensitiviteitsanalyses.
Dit significante verlaagde risico nam niet meer toe boven 20 gram olijfolie per dag.

De onderzoekers vonden in 11 cohort studies (713000 deelnemers, waarvan 173817 doden), vergeleken met een lage consumptie, dat een hoge consumptie van olijfolie de kans op doodgaan aan alle oorzaken significant met 17% [RR = 0.83, 95% BI = 0.77 tot 0.90, p 0.001, I2 = 93%, p 0.001] verlaagde.
Dit significante verlaagde risico bleef gelijk in zowel de subgroepenanalyses als de sensitiviteitsanalyses.
Dit significante verlaagde risico nam niet meer toe boven 20 gram olijfolie per dag.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses dat elke verhoging met 5 gram olijfolie per dag, de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten significant met 4% [RR = 0.96, 95% BI = 0.93 tot 0.99, p = 0.005] verlaagde.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses dat elke verhoging met 5 gram olijfolie per dag, de kans op doodgaan aan alle oorzaken significant met 4% [RR = 0.96, 95% BI = 0.95 tot 0.96, p 0.001] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van 20 gram olijfolie per dag, de kans op het krijgen van zowel hart- en vaatziekten als doodgaan aan alle oorzaken verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Olive oil consumption and risk of cardiovascular disease and all-cause mortality: A meta-analysis of prospective cohort studies by Xia M, Zhong Y, [...], Qian C.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC9623257/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over olijfolie en hart- en vaatziekten.

Dagelijks 25-200 gram pinda’s verlagen mogelijk causaal triglyceridengehalte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Hoewel talrijke studies het beschermende effect van het eten van noten op cardiovasculair risico hebben gemeld, is het bewijs voor de rol van pinda's bij het handhaven van de cardiometabole gezondheid niet overtuigend. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verbetert een hoge consumptie van pinda’s causaal de risicofactoren van hart- en vaatziekten, zoals cholesterolgehalte en LDL/HDL verhouding?
Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 10 RCT’s met in totaal 643 deelnemers in de leeftijd van 18 tot 84 jaar.
De hoeveelheid pinda’s varieerde tussen 25 en 200 gram per dag met een follow-up duur van 2 tot 24 weken.

De studies waren slecht opgezet.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van pinda’s het triglyceridengehalte significant verlaagde [MD = -0.13, 95% BI = -0.20 tot -0.07, p 0.0001].

De onderzoekers vonden bij gezonde personen dat het eten van pinda’s het totale cholesterolgehalte significant verlaagde [MD = -0.40, 95% BI = -0.71 tot -0.09, p = 0.01].

De onderzoekers vonden bij gezonde personen dat het eten van pinda’s de LDL/HDL verhouding significant verlaagde [MD = -0.19, 95% BI = -0.36 tot -0.01, p = 0.03].

De onderzoekers vonden bij mensen met een hoog cardiometabolisch risico dat het eten van pinda’s tot een significante toename van het lichaamsgewicht leidde [MD = 0.97, 95% BI = 0.54 tot 1.41, p 0.0001].

De onderzoekers concludeerden dat het eten van 25 tot 200 gram pinda’s per dag gedurende 2 tot 24 weken, zowel het triglyceridengehalte als het totale cholesterolgehalte mogelijk causaal verlaagde. Mogelijk omdat de studies slecht opgezet waren.

Oorspronkelijke titel:
Effect of Peanut Consumption on Cardiovascular Risk Factors: A Randomized Clinical Trial and Meta-Analysis by Parilli-Moser I, Hurtado-Barroso S, […], Lamuela-Raventós RM.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC9011914/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over noten, cholesterol en hart- en vaatziekten.

Brassica-groenten verlagen causaal totaal cholesterolgehalte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Eerdere onderzoeken naar het effect van de Brassica-groenten op het bloedglucosegehalte en het lipidenprofiel hebben geen overtuigende bevindingen opgeleverd. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verbetert een hoge consumptie van Brassica-groenten causaal de risicofactoren van hart- en vaatziekten, zoals cholesterol-, nuchter bloedsuiker-, HbA1c en triglyceridengehalte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 9 RCT’s met in totaal 548 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in gepoolde analyses dat het eten van veel Brassica-groenten het totale cholesterolgehalte significant verlaagde [SMD = -0.28, 95% BI= -0.48 tot -0.08, p = 0.005].
Echter, het verlaagde niet het serum triglyceriden, LDL cholesterol, nuchter bloedsuiker en het HbA1c gehalte.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van Brassica-groenten het totale cholesterolgehalte causaal verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
The effect of Brassica vegetables on blood glucose levels and lipid profiles in adults. A systematic review and meta-analysis by Darand M, Alizadeh S and Mansourian M.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/35412701/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over groenteconsumptie, cholesterol, suikerziekte en hart- en vaatziekten.

Onder de familie “Brassica” vallen alle koolsoorten (bloemkool, broccoli, Chinese kool, witte kool), maar ook mosterd, raapzaad, paksoi en knolraap.


 

Groente en fruit verlagen baarmoederhalskanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van groente of fruit de kans op het krijgen van endometriumkanker (baarmoederhalskanker)?
Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 21 patiënt-controle studies en 6 cohort studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van groente de kans op het krijgen van endometriumkanker significant met 24% [gepoolde odds ratio [OR], relatieve risico [RR], hazard ratio [HR] = 0.76, 95% BI = 0.63 tot 0.91] verlaagde.
Dit resultaat werd gevonden in studies van hoge kwaliteit.

De onderzoekers vonden dat het eten van kruisbloemige groente de kans op het krijgen van endometriumkanker significant met 19% [gepoolde OR = 0.81, 95% BI = 0.70 tot 0.94] verlaagde.
Dit resultaat werd gevonden in studies van hoge kwaliteit.

De onderzoekers vonden dat het eten van donkergroene en geel-oranje groente de kans op het krijgen van endometriumkanker significant met 36% [gepoolde OR = 0.64, 95% BI = 0.42 tot 0.97] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van fruit de kans op het krijgen van endometriumkanker significant met 19% [gepoolde OR = 0.81, 95% BI = 0.70 tot 0.92] verlaagde.
Dit resultaat werd gevonden in studies van hoge kwaliteit.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van zowel groente (met name kruisbloemige, donkergroene en geel-oranje groente) als fruit de kans op het krijgen van endometriumkanker (baarmoederhalskanker) verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
The influence of dietary vegetables and fruits on endometrial cancer risk: a meta-analysis of observational studies by Lu YT, Gunathilake M and Kim J.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/36151331/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer informatie/studies over patiënt-controle en cohort studies, kanker en groenten en fruit consumptie.

 

Hoog alfa-linoleenzuur bloedgehalte verlaagt dikke darmkanker

Onderzoeksvraag:
Verlaagt een hoog alfa-linoleenzuur bloedgehalte of een hoge alfa-linoleenzuur inname via voeding de kans op het krijgen van dikke darmkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 15 cohort studies met 12239 mensen met dikke darmkanker onder 861725 deelnemers.
De gemiddelde follow-up duur was 9.3 jaar.
Er was geen publicatie bias.
13 van de 15 studies hadden een NOS waarde van 8. Anders gezegd, 13 studies waren goed opgezet.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoog alfa-linoleenzuur bloedgehalte, de kans op het krijgen van dikke darmkanker significant met 17% [gepoolde RR = 0.83, 95% BI = 0.69 tot 0.99, I2 = 0%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging van het alfa-linoleenzuur bloedgehalte met 0.1%, de kans op het krijgen van dikke darmkanker significant met 10% [gepoolde RR = 0.90, 95% BI = 0.80 tot 0.99, I2 = 38.6%] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat een hoog alfa-linoleenzuur bloedgehalte, de kans op het krijgen van dikke darmkanker verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Association of Dietary Intake and Biomarker of α-Linolenic Acid With Incident Colorectal Cancer: A Dose-Response Meta-Analysis of Prospective Cohort Studies by Dai ZB, Ren XL, […], Xu L.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC9301188/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer informatie/studies over patiënt-controle en cohort studies, alfa-linoleenzuur en dikke darmkanker.

Vind hier welke producten veel alfa-linoleenzuur bevatten.

Een hoog alfa-linoleenzuur bloedgehalte kan verkregen worden door producten te eten die veel alfa-linoleenzuur bevatten en/of alfa-linoleenzuur supplementen te slikken.

 

Hoge vezelinname verlaagt causaal hart- en vaatziekten

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verbetert een hoge vezelinname causaal de risicofactoren van hart- en vaatziekten, zoals cholesterol-, nuchter bloedsuiker-, HbA1c en nuchter insuline gehalte, bloeddruk en HOMA-IR waarde)?

Studieopzet:
Dit paraplu-overzichtsartikel bevatte 52 meta-analyses (overzichtsartikelen) van RCT’s met in totaal 47197 deelnemers. 

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge vezelinname het nuchter bloedsuikergehalte significant verlaagde [ES = -0.55, 95% BI = -0.73 tot -0.38, p 0.001].
Significant wil zeggen, er kan met 95% zekerheid gezegd worden, dat een hoge vezelinname het nuchter bloedsuikergehalte werkelijk verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een hoge vezelinname het nuchter plasma insulinegehalte significant verlaagde [ES = -1.22, 95% BI = -1.63 tot -0.82, p 0.001].
Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat een hoge vezelinname de HOMA-IR waarde significant verlaagde [ES = -0.43, 95% BI = -0.60 tot -0.27, p 0.001].

De onderzoekers vonden dat een hoge vezelinname het HbA1c gehalte significant verlaagde [ES = -0.38, 95% BI = -0.50 tot -0.26, p 0.001].

De onderzoekers vonden dat een hoge vezelinname het totale cholesterolgehalte significant verlaagde [ES = -0.28, 95% BI = -0.39 tot -0.16, p 0.001].

De onderzoekers vonden dat een hoge vezelinname het LDL cholesterolgehalte (slecht cholesterol) significant verlaagde [ES = -0.25, 95% BI = -0.34 tot -0.16, p 0.001].

De onderzoekers vonden dat een hoge vezelinname het tumornecrosefactor-alfa (TNFα)  gehalte significant verlaagde [ES = -0.78, 95% BI = -1.39 tot -0.16, p 0.001].

De onderzoekers vonden dat een hoge vezelinname de diastolische bloeddruk (onderdruk) significant verlaagde [ES = -0.67, 95% BI = -0.96 tot -0.37, p 0.001].

De onderzoekers concludeerden dat een hoge vezelinname de risicofactoren van hart- en vaatziekten, met name cholesterol-, nuchter bloedsuiker-, HbA1c, het tumornecrosefactor-alfa en nuchter insuline gehalte, bloeddruk en HOMA-IR waarde causaal verbeterde.

Oorspronkelijke titel:
Associations between dietary fiber intake and cardiovascular risk factors: An umbrella review of meta-analyses of randomized controlled trials by Fu L, Zhang G, […], Tan M.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC9511151/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over vezel, cholesterol, hoge bloeddruk, suikerziekte en hart- en vaatziekten.

Een hoge vezelinname komt overeen met een dieet met minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal. Gebruik de 7-punten voedingsprofiel app om te zien of uw dagelijkse voeding 1.5 gram vezels per 100 kcal bevat.
Deze producten in de supermarkt bevat 1.5 gram vezels per 100 kcal.

Tumornecrosefactor-alfa (TNFα, ook wel cachectine of cachexine genoemd) is een van de twee bekende tumornecrosefactoren en een cytokine. Tumornecrosefactor-alfa speelt een belangrijke rol bij de ontstekingsprocessen en de acutefasereactie.

De overproductie van tumornecrosefactor-alfa wordt in verband gebracht met een aantal ziekten, zoals kanker. Tumornecrosefactor-alfa activeert namelijk door aan Tumor Necrosis Factor receptor 1 (TNFr1) of Tumor Necrosis Factor receptor 2 (TNFr2) te binden.

Een paraplu overzichtsartikel is een wetenschappelijk artikel met alleen maar overzichtsartikelen over een bepaald onderwerp (zoals hart- en vaatziekten). De conclusie in een paraplu overzichtsartikel is nog betrouwbaarder dan in een afzonderlijk overzichtsartikel.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van (prospectieve) cohort studies of patiënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

Dagelijks 500 mg flavonoïden via voeding verlaagt hart- en vaatziekte, suikerziekte en een hoge bloeddruk

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Is er een dosisafhankelijk verband tussen het eten van flavonoïden en de verlaagde kans op het krijgen van een cardiometabole ziekte, zoals hart- en vaatziekte, suikerziekte (diabetes), hypertensie (een hoge bloeddruk), chronische nierschade, obesitas en dyslipidemie (een verstoorde verhouding van de vetstoffen (cholesterol) in het bloed)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 47 prospectieve cohort studies met in totaal 1346676 deelnemers, waarvan 127507 mensen met een cardiometabole ziekte.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 500 mg flavonoïden per dag via voeding, de kans op het krijgen van hart- en vaatziekte significant met 7% [gepoolde RR = 0.93, 95% BI = 0.88 tot 0.98] verlaagde.
Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 500 mg flavonoïden per dag via voeding, de kans op het krijgen van suikerziekte significant met 11% [gepoolde RR = 0.89, 95% BI = 0.84 tot 0.94] verlaagde.
Significant wil zeggen, er kan met 95% zekerheid gezegd worden, dat elke verhoging met 500 mg flavonoïden per dag via voeding, de kans op het krijgen van suikerziekte werkelijk met 11% verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 500 mg flavonoïden per dag via voeding, de kans op het krijgen van een hoge bloeddruk significant met 3% [gepoolde RR = 0.97, 95% BI = 0.94 tot 0.99] verlaagde.
Significant omdat gepoolde RR van 1 niet in de 95% BI van 0.94 tot 0.99 zat. Gepoolde RR van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers vonden ook een lineair-dosisafhankelijk verband tussen de totale inname van flavonoïden via voeding en het krijgen van hart- en vaatziekte [p niet-lineariteit = 0.541] en suikerziekte [p niet-lineariteit = 0.077].

De onderzoekers concludeerden dat het eten van 500 mg flavonoïden per dag, de kans op het krijgen van zowel hart- en vaatziekte, suikerziekte als het hebben van een hoge bloeddruk verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Total dietary flavonoid intake and risk of cardiometabolic diseases: A dose-response meta-analysis of prospective cohort studies by Li T, Zhao Y, […], Liu J.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/36148848/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over flavonoïden, diabetes en het voorkomen van een hoge bloeddruk.


 

Vitamine D gehalte tussen 40 en 75 nmol/L verlaagt bloeddruk bij volwassenen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het hebben van een hoog vitamine D gehalte het risico op het krijgen van hypertenstie (een hoge bloeddruk) bij volwassenen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 10 prospectieve cohort studies en 1 geneste patiënt-controle studie met in totaal 66757 deelnemers en 59 cross-sectionele studies met in totaal 260944 deelnemers.

De NOS scores onder cohort studies varieerde tussen 6 en 9.
De NOS scores onder cross-sectionele studies varieerde tussen 4 en 10.
Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in gepoolde analyses van cohort studies (n = 66757 deelnemers) dat een hoog vitamine D gehalte het risico op het krijgen van hypertensie significant met 16% [RR = 0.84, 95% BI = 0.73 to 0.96, I2 = 64%, p = 0.001] verlaagde.
Dit significant verlaagde effect bleef gelijk in de sensitiviteitsanalyses.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses van cohort studies dat elke verhoging van het vitamine D gehalte met 25 nmol/L, het risico op het krijgen van hypertensie significant met 5% [RR = 0.95, 95% BI = 0.90 to 1.00] verlaagde.
Dit significant verlaagde effect werd gevonden bij een vitamne D gehalte tussen 45 en 70 nmol/L.

De onderzoekers vonden ook een significant nonlinear verband tussen het vitamine D gehalte en het risico op het krijgen van hypertensie in cohort studies.

De onderzoekers vonden in gepoolde analyses van cross-sectionele studies (n = 248657 deelnemers) dat een hoog vitamine D gehalte het risico op het krijgen van hypertensie significant met 16% [OR = 0.84, 95% BI = 0.79 to 0.90, I2 = 67.5%, p 0.001] verlaagde.
Dit significant verlaagde effect bleef gelijk in de sensitiviteitsanalyses.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses van cross-sectionele studies dat elke verhoging van het vitamine D gehalte met 25 nmol/L, het risico op het krijgen van hypertensie significant met 6% [RR = 0.94, 95% BI = 0.90 to 0.99] verlaagde.
Dit significant verlaagde effect werd gevonden bij een vitamne D gehalte tussen 40 en 75 nmol/L.

De onderzoekers vonden ook een significant nonlinear verband tussen het vitamine D gehalte en het risico op het krijgen van hypertensie in cross-sectionele studies.

De onderzoekers concludeerden dat een vitamine D gehalte tussen 40 en 75 nmol/L het risico op het krijgen van hypertenste (een hoge bloeddruk) bij volwassenen verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Serum Vitamin D Levels in Relation to Hypertension and Pre-hypertension in Adults: A Systematic Review and Dose-Response Meta-Analysis of Epidemiologic Studies by Mokhtari E, Hajhashemy Z and Saneei P.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC8961407/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over vitamine D en het voorkomen van een hoge bloeddruk.

Veel foliumzuur via voeding verlaagt dikke darmkanker onder Europeanen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt een hoge folaatinname (foliumzuurinname) via voeding de kans op het krijgen van dikke darmkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 24 cohort studies met in totaal 6165894 deelnemers, waarvan 37280 mensen met dikke darmkanker.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge folaatinname via voeding de kans op het krijgen van dikke darmkanker signficant met 12% [gepoolede relatieve risico = 0.88, 95% BI = 0.83 tot 0.92, p = 0.0004] verlaagde.
Dit significante, verlaagde risico werd alleen teruggevonden onder mensen die in de VS wonen en onder Europeanen.

De onderzoekers vonden dat een hoge folaatinname via voeding de kans op het krijgen van dikke darmkanker bij mensen die matig alcohol drinken, signficant met 3% [relatieve risico = 0.97, 95% BI = 0.96 tot 0.99 p = 0.008] verlaagde.
Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat een hoge folaatinname via voeding de kans op het krijgen van dikke darmkanker bij mensen die veel alcohol drinken, signficant met 5% [relatieve risico = 0.95, 95% BI = 0.92 tot 0.98, p = 0.003] verlaagde.
Significant omdat relatieve risico van 1 niet in de 95% BI van 0.92 tot 0.98 zat. Relatieve risico van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers vonden dat een hoge folaatinname via voeding de kans op het krijgen van dikke darmkanker bij mensen die geen alcohol drinken, niet verlaagde [relatieve risico = 1.00, 95% BI = 0.98 tot 1.02, p = 0.827].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat een hoge folaatinname via voeding de kans op het krijgen van colonkanker significant met 14% [relatieve risico = 0.86, 95% BI = 0.81 tot 0.92, p = 0.0004] verlaagde.
Dit verlaagde risico was echter niet significant voor rectaalkanker RR = 0.92, 95% BI = 0.84 tot 1.02, p = 0.112].
Niet significant omdat de gevonden p-waarde van 0.112 groter was dan de p-waarde van 0.05.

De onderzoekers concludeerden dat een hoge folaatinname via voeding de kans op het krijgen van dikke darmkanker (met name colonkanker) onder mensen (met een matige of hoge alcoholconsumptie) die in de VS wonen en onder Europeanen verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Folate intake and risk of colorectal cancer: a systematic review and up-to-date meta-analysis of prospective studies by Fu H, He J, […], Chang H.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/35579178/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer informatie/studies over patiënt-controle en cohort studies, folaatinname of foliumzuurinname in de volksmond en dikke darmkanker.

Colonkanker en rectaalkanker vormen samen dikke darmkanker.

Veel witvlees en vis verlagen leverkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Het verband tussen vleesconsumptie en het risico op het krijgen van hepatocellulair carcinoom is nog steeds onduidelijk. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verhoogt het eten van veel vlees de kans op het krijgen van hepatocellulair carcinoom (leverkanker)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 17 observationele studies met in totaal 2915680 deelnemers, waarvan 4953 mensen met leverkanker.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van veel roodvlees en het krijgen van leverkanker [relatieve risico = 1.04, 95% BI = 0.91 tot 1.18, I2 = 50.50%, p = 0.033].
Geen verband omdat relatieve risico van 1 in de 95% BI van 0.91 tot 1.18 zat. Relatieve risico van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van veel (totaal) vlees en het krijgen van leverkanker [relatieve risico = 1.01, 95% BI = 0.90 tot 1.13, I2 = 15.50%, p = 0.0316].

De onderzoekers vonden dat het eten van veel bewerkt vlees de kans op het krijgen van leverkanker significant met 20% [relatieve risico = 1.20, 95% BI = 1.02 tot 1.41, I2 = 26.30%, p = 0.228] verhoogde.
Significant omdat relatieve risico van 1 niet in de 95% BI van 1.02 tot 1.41 zat. Relatieve risico van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel witvlees de kans op het krijgen van leverkanker significant met 24% [relatieve risico = 0.76, 95% BI = 0.63 tot 0.92, I2 = 68.30%, p = 0.001] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel vis de kans op het krijgen van leverkanker significant met 9% [relatieve risico = 0.91, 95% BI = 0.86 tot 0.96, I2 = 40.90%, p = 0.095] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel bewerkt vlees de kans op het krijgen van leverkanker verhoogde, terwijl veel witvlees en vis de kans op het krijgen van leverkanker juist verlaagden.

Oorspronkelijke titel:
Meat Intake and the Risk of Hepatocellular Carcinoma: A Meta-Analysis of Observational Studies by Yu J, Liu Z, […], Chen W.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/35583453/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer informatie/studies over patiënt-controle en cohort studies, vlees- en visconsumptie en kanker.

Dagelijks 50 mg flavanonen via voeding verlaagt een beroerte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Epidemiologische studies geven aan dat een hogere inname van flavonoïden geassocieerd is met een verminderd risico op het krijgen van een beroerte, maar welke subtypes van flavonoïden een belangrijke rol spelen bij de bescherming tegen een beroerte, blijft onduidelijk. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt het eten van verschillende subtypes (flavanonen, flavanolen) van flavonoïden de kans op het krijgen van een beroerte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 10 prospectieve cohort studies met in totaal 387076 deelnemers waarvan 9564 mensen met een beroerte.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge inname van flavanonen via voeding, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 15% [RR = 0.85, 95% BI = 0.78 tot 0.93] verlaagde.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses dat elke verhoging met 50 mg flavanonen per dag via voeding, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 11% [RR = 0.89, 95% BI = 0.84 tot 0.94] verlaagde.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses dat elke verhoging met 200 mg flavan-3-olen (flavanolen) per dag via voeding, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 14% [RR = 0.86, 95% BI = 0.75 tot 0.98] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat zowel 50 mg flavanonen als 200 mg flavan-3-olen (flavanolen) per dag via voeding, de kans op het krijgen van een beroerte verlaagden.

Oorspronkelijke titel:
A meta-analysis of prospective cohort studies of flavonoid subclasses and stroke risk by Li XQ, Wang C, […], Guo XF.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/35023220/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over het eten van flavonoïden en het voorkomen van een beroerte.

Haver verlaagt mogelijk causaal hart- en vaatziekten

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt haversuppletie in de vorm van haver, bèta-glucaanrijke haverextracten of avenanthramides (fenolische alkaloïden in haver) de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 74 RCTs met in totaal 4937 overwegend hypercholesterolemische, zwaarlijvige personen met milde stofwisselingsstoornissen.

De meerderheid van de RCT's (81.1%) had enige bezorgdheid over het risico op bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden vergeleken met de groep zonder haversuppletie, dat haversuppletie het cholesterolgehalte van hypercholesterolemische, zwaarlijvige personen met milde stofwisselingsstoornissen significant verlaagde [WMD = -0.42 mmol/L, 95% BI = -0.61 tot -0.22].

De onderzoekers vonden vergeleken met de groep zonder haversuppletie, dat haversuppletie het LDL cholesterolgehalte (slecht cholesterol) van hypercholesterolemische, zwaarlijvige personen met milde stofwisselingsstoornissen significant verlaagde [WMD = -0.29 mmol/L, 95% BI = -0.37 tot -0.20].

De onderzoekers vonden vergeleken met de groep zonder haversuppletie, dat haversuppletie het nuchter glucosegehalte van hypercholesterolemische, zwaarlijvige personen met milde stofwisselingsstoornissen significant verlaagde [WMD = -0.25 mmol/L, 95% BI = -0.36 tot -0.14].

De onderzoekers vonden vergeleken met de groep zonder haversuppletie, dat haversuppletie het BMI van hypercholesterolemische, zwaarlijvige personen met milde stofwisselingsstoornissen significant verlaagde [WMD = -0.13 kg/m2, 95% BI = -0.26 tot -0.01].

De onderzoekers vonden vergeleken met de groep zonder haversuppletie, dat haversuppletie het gewicht van hypercholesterolemische, zwaarlijvige personen met milde stofwisselingsstoornissen significant verlaagde [WMD = -0.94 kg, 95% BI = -1.84 tot -0.05].

De onderzoekers vonden vergeleken met de groep zonder haversuppletie, dat haversuppletie de buikomtrek van hypercholesterolemische, zwaarlijvige personen met milde stofwisselingsstoornissen significant verlaagde [WMD = -1.06 cm, 95% BI = -1.85 tot -0.27].

De onderzoekers concludeerden dat haversuppletie in de vorm van haver, bèta-glucaanrijke haverextracten of avenanthramides (fenolische alkaloïden in haver) de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten onder hypercholesterolemische, zwaarlijvige personen met milde stofwisselingsstoornissen mogelijk verlaagde. Mogelijk omdat de meerderheid van de RCT's enige bezorgdheid over het risico op bias had of anders gezegd, de RCT’s waren niet goed opgezet en waren daarom gevoelig voor het trekken van de verkeerde conclusies.

Oorspronkelijke titel:
Effect of oat supplementation interventions on cardiovascular disease risk markers: a systematic review and meta-analysis of randomized controlled trials by Llanaj E, Dejanovic GM, […], Muka T.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/34977959/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over het eten van haver en hart- en vaatziekten.

Wanneer de RCT’s niet goed opgezet zijn, zijn de gevonden resultaten niet echt betrouwbaar.

Een causaal verband kan worden aangetoond in RCT’s.

Deze maaltijden zijn geschikt voor mensen met hart- en vaatziekten.

 


 

Matig alcoholconsumptie verlaagt mogelijk nierkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Is er een verlagend of verhoogd effect tussen het eten van de verschillende producten (zoals groenten, alcohol) en de kans op he krijgen van nierkanker?

Studieopzet:
Dit paraplu-overzichtsartikel bevatte 22 meta-analyses met in totaal 502 individuele studies (59% cohort studies (n = 298), 39% patiënt-controle studies (n = 196) en 2% gepoolde studies (n = 8)) en 64 gepoolde hazard ratios (gepoolde HR).
Geen enkele meta-analyse (overzichtsartikel) had een hoge methodologische kwaliteit.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in dit paraplu overzichtsartikel dat het eten van groente de kans op het krijgen van nierkanker significant met 26% [gepoolde HR = 0.74, 95% BI = 0.63 tot 0.86, suggestief bewijs] verlaagde.

De onderzoekers vonden in dit paraplu overzichtsartikel dat vitamine C inname via voeding de kans op het krijgen van nierkanker significant met 23% [gepoolde HR = 0.77, 95% BI = 0.66 tot 0.90, suggestief bewijs] verlaagde.

De onderzoekers vonden in dit paraplu overzichtsartikel dat een matige alcoholconsumptie de kans op het krijgen van nierkanker onder zowel Europeanen als Noord-Amerkianen significant met 23% [gepoolde HR = 0.77, 95% BI = 0.70 tot 0.84, overtuigend bewijs] verlaagde.

De onderzoekers vonden in dit paraplu overzichtsartikel dat het eten van kruisbloemige groenten de kans op het krijgen van nierkanker onder Noord-Amerkianen significant met 22% [gepoolde HR = 0.78, 95% BI = 0.70 tot 0.86, zeer suggestief bewijs] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat groente en vitamine C inname via voeding de kans op het krijgen van nierkanker mogelijk verlaagden. Verder, verlaagde het matig drinken mogelijk de kans op het krijgen van nierkanker onder zowel Europeanen als Noord-Amerikanen en het eten van kruisbloemige groenten mogelijk de kans op het krijgen van nierkanker onder Noord-Amerikanen. Mogelijk omdat geen enkele meta-analyse (overzichtsartikel) een hoge methodologische kwaliteit had.

Oorspronkelijke titel:
The role of diet in renal cell carcinoma incidence: an umbrella review of meta-analyses of observational studies by Liao Z, Fang Z, […], Luo Z.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC8812002/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer informatie/studies over patiënt-controle en cohort studies, vitamine C, groente en kanker.

Een paraplu overzichtsartikel is een wetenschappelijk artikel met alleen maar overzichtsartikelen over een bepaald onderwerp (zoals nierkanker). De conclusie in een paraplu overzichtsartikel is nog betrouwbaarder dan in een afzondelijk overzichtsartikel.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van (prospectieve) cohort studies of patiënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

Niercelcarcinoom is de medische term voor nierkanker.

Hoge consumptie van olijfolie verlaagt kanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt een hoge consumptie van olijfolie (via voeding) de kans op het krijgen van kanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 37 patiënt-controle studies met 17369 kankergevallen en 28294 mensen zonder kanker (de controles) en 8 cohort studies met 12461 kankergevallen onder 929771 deelnemers.

Significante publicatie bias werd gedetecteerd via de Egger-test in de analyse van (elke type) kanker [p 0.001], borstkanker [p = 0.013] en gastro-intestinale kanker [p = 0.048].

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in gepoolde analyses van cohort en patiënt controle studies, dat een hoge consumptie van olijfolie de kans op het krijgen van (elke type) kanker significant met 31% [RR = 0.69, 95% BI = 0.62 tot 0.77] verlaagde.
Echter, dit verlaagde risico was in de subgroepenanalyses niet significant in de cohort studies [RR = 0.90, 95% BI = 0.77 tot 1.05] oftewel dit verlaagde risico werd niet teruggevonden in cohort studies.
Maar dit verlaagde risico was wel significant in de multivariate analyses [RR = 0.72, 95% BI = 0.65 tot 0.81] en hoogwaardige studies [RR = 0.72, 95% BI = 0.64 tot 0.81].

De onderzoekers vonden in gepoolde analyses van cohort en patiënt controle studies, dat een hoge consumptie van olijfolie de kans op het krijgen van borstkanker significant met 33% [RR = 0.67, 95% BI = 0.52 tot 0.86] verlaagde.
Echter, dit verlaagde risico was in de subgroepenanalyses niet significant in de cohort studies.
Significant omdat RR van 1 niet in de 95% BI van 0.52 tot 0.86 zat. RR van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers vonden in gepoolde analyses van cohort en patiënt controle studies, dat een hoge consumptie van olijfolie de kans op het krijgen van gastro-intestinale kanker significant met 23% [RR = 0.77, 95% BI = 0.66 tot 0.89] verlaagde.
Echter, dit verlaagde risico was in de subgroepenanalyses niet significant in de cohort studies maar wel significant in de multivariate analyses [RR = 0.76, 95% BI = 0.63 tot 0.90] en hoogwaardige studies [RR = 0.73, 95% BI = 0.62 tot 0.86].
Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden in gepoolde analyses van cohort en patiënt controle studies, dat een hoge consumptie van olijfolie de kans op het krijgen van bovenste aerodigestieve kanker significant met 26% [RR = 0.74, 95% BI = 0.60 tot 0.91] verlaagde.
Echter, dit verlaagde risico was in de subgroepenanalyses niet significant in de cohort studies maar wel significant in de multivariate analyses [RR = 0.75, 95% BI = 0.66 tot 0.86] en hoogwaardige studies [RR = 0.68, 95% BI = 0.52 tot 0.89].

De onderzoekers vonden in gepoolde analyses van alleen maar patiënt-controle studies dat een hoge consumptie van olijfolie de kans op het krijgen van urinewegkanker significant met 54% [RR = 0.46, 95% BI = 0.29 tot 0.72] verlaagde.
Dit verlaagde risico was in de subgroepenanalyses ook significant in de multivariate analyses [RR = 0.28, 95% BI = 0.20 tot 0.42] en hoogwaardige studies [RR = 0.46, 95% BI = 0.32 tot 0.66].

De onderzoekers concludeerden dat een hoge consumptie van olijfolie via voeding de kans op het krijgen van kanker verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Olive oil intake and cancer risk: A systematic review and meta-analysis by Markellos C, Ourailidou ME, […], Psaltopoulout T.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC8751986/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer informatie/studies over patiënt-controle en cohort studies, olijfolie en kanker.

De conclusies in wetenschappelijke studies zijn nog betrouwbaarder wanneer ze ook teruggevonden worden in de cohort studies, de multivariate analyses (studies waarbij gecorrigeerd werd voor meerdere verstorende factoren) en hoogwaardige studies.


 

Koffie of cafeïne na de operatie verlaagt causaal postoperatieve ileus

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt de consumptie van koffie of cafeïne na de operatie, causaal de kans op het krijgen van postoperatieve ileus bij patiënten die electieve colorectale chirurgie ondergingen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 4 RCT’s met in totaal 312 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat consumptie van koffie of cafeïne na de operatie, de tijd tot de eerste stoelgang significant verkortte [MD = -10.36 uur, 95% BI = - 14.61 tot -6.11].

De onderzoekers vonden dat consumptie van koffie of cafeïne na de operatie, het ziekenhuisverblijf signifcant verkortte [MD = -0.95 dagen, 95% BI = -1.57 tot -0.34]. 

De onderzoekers vonden dat consumptie van koffie of cafeïne na de operatie, het gebruik van laxeermiddelen na de operatie significant met 36% [RR = 0.64, 95% BI = 0.44 tot 0.92] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat consumptie van koffie of cafeïne na de operatie de stoelgang causaal verbeterde en het verminderde causaal de duur van het ziekenhuisverblijf bij patiënten die electieve colorectale chirurgie ondergingen. Deze methode is veilig en kan postoperatieve ileus (POI) voorkomen of behandelen.
 

Oorspronkelijke titel:
The effect of coffee/caffeine on postoperative ileus following elective colorectal surgery: a meta-analysis of randomized controlled trials by Yang TW, Wang CT, […], Tsai MC.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/34993568/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over koffie, kanker en dikke darmkanker.

Electieve chirurgie is een chirurgische ingreep waar iemand bewust voor kiest, in tegenstelling tot noodzakelijke chirurgie en spoedoperaties.

Postoperatieve ileus is een veelvoorkomende complicatie na abdominale chirurgie. Een ileus is een plotselinge verstoring in de passage van voedsel door de darmen. Een ileus wordt ook wel een darmafsluiting genoemd.
Abdominale chirurgie omvat de operaties aan de verschillende organen in en rond de buik, zoals bijvoorbeeld blinde darm, galblaas, liesbreuk, buikwandbreuk.

Colorectale chirurgie zijn operaties aan de dikke- en/of endeldarm.