Voeding en gezondheid

Zuivelproducten verlagen causaal vetmassa en BMI onder volwassenen met overgewicht

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Is er een causaal verband tussen het eten van zuivelproducten of het slikken van calciunsupplementen en het verlagen van de vetmassa of de BMI onder volwassenen met overgewicht (BMI>25) of obesitas (BMI>30)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 14 RCT’s met minimal 12 weken onder volwassenen.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van zuivelproducten de vetmassa significant verlaagde onder volwassenen met overgewicht of obesitas [SMD = -0.40, 95% BI = -0.77 tot -0.02].
Het verlagen van de vetmassa werd ook teruggevonden in goedopgezette RCT’s.  

De onderzoekers vonden dat het eten van zuivelproducten de BMI onder volwassenen met overgewicht of obesitas significant verlaagde [SMD = -0.46 kg/m2, 95% BI = -0.67 tot -0.26].
Het verlagen van de BMI werd ook teruggevonden in goedopgezette RCT’s.  

De onderzoekers vonden dat het slikken van calciumsupplementen de vetmassa onder volwassenen met overgewicht of obesitas significant verlaagde [SMD = -0.15, 95% BI = -0.28 tot -0.02].
Echter, het verlagen van de vetmassa werd niet teruggevonden in goedopgezette RCT’s.  

De onderzoekers concludeerden dat er een causaal verband bestond tussen het eten van zuivelproducten en het verlagen van zowel de vetmassa als de BMI onder volwassenen met overgewicht of obesitas.  

Oorspronkelijke titel:
Meta-analysis of randomized controlled trials on calcium supplements and dairy products for changes in body weight and obesity indices by Hong JY, Lee JS, [...], Kim MK.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/33292017/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over zuivelproducten, BMI, calcium en overgewicht.

Zuivelproducten verrijkt met calcium en vitamine D verhogen botmineraaldichtheid bij postmenopauzale vrouwen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van calciumsupplementen in combinatie met vitamine D-supplementen de kans op het krijgen van osteoporose (botontkalking) bij postmenopauzale vrouwen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatten 10 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van calciumsupplementen in combinatie met vitamine D-supplementen, de totale botmineraaldichtheid bij postmenopauzale vrouwen significant verhoogde [SMD = 0.537, 95% BI = 0.227 tot 0.847].

De onderzoekers vonden dat het slikken van calciumsupplementen in combinatie met vitamine D-supplementen, de botmineraaldichtheid van de lumbale wervelkolom bij postmenopauzale vrouwen significant verhoogde [SMD = 0.233, 95% BI = 0.073 tot 0.392, p 0.001],

De onderzoekers vonden dat het slikken van calciumsupplementen in combinatie met vitamine D-supplementen, de botmineraaldichtheid van de armen bij postmenopauzale vrouwen significant verhoogde [SMD = 0.464, 95% BI = 0.186 tot 0.741],

De onderzoekers vonden dat het slikken van calciumsupplementen in combinatie met vitamine D-supplementen, de botmineraaldichtheid van de femurhals bij postmenopauzale vrouwen significant verhoogde [SMD = 0.187, 95% BI = 0.010 tot 0.364],

De onderzoekers vonden dat het slikken van calciumsupplementen in combinatie met vitamine D-supplementen, de kans op het krijgen van heupfracturen bij postmenopauzale vrouwen significant met 13.6% [RR = 0.864, 95% BI = 0.763 tot 0.979] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het slikken van calciumsupplementen in combinatie met maximaal 400 IE (10 mcg) vitamine D-supplementen per dag, de botmineraaldichtheid van de femurhals bij postmenopauzale vrouwen significant verhoogde [SMD = 0.335, 95% BI = 0.113 tot.558].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat zuivelproducten verrijkt met calcium en vitamine D, de totale botmineraaldichtheid bij postmenopauzale vrouwen significant verhoogde [SMD = 0.784, 95% BI = 0.322 tot 1.247].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat zuivelproducten verrijkt met calcium en vitamine D, de botmineraaldichtheid van de lumbale wervelkolom bij postmenopauzale vrouwen significant verhoogde [SMD = 0.320, 95% BI = 0.146 tot 0.494].

De onderzoekers concludeerden dat zuivelproducten verrijkt met calcium en vitamine D een gunstig effect hebben op de botmineraaldichtheid en dat het slikken van calciumsupplementen in combinatie met vitamine D-supplementen, de kans op het krijgen van heupfracturen bij postmenopauzale vrouwen verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Effects of combined calcium and vitamin D supplementation on osteoporosis in postmenopausal women: a systematic review and meta-analysis of randomized controlled trials by Liu C, Kuang X […], Li D.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/33237064/

Extra informatie van El Mondo:     
Vind hier meer studies over zuivelconsumptie, verhogen van botmineralendichtheid, vitamine D en calcium.

Alfa-liponzuur supplementen verlagen buikomtrek van vrouwen

Onderzoeksvraag:
Er zijn talloze onderzoeken naar het effect van alfa-liponzuur (ALA) op het krijgen van obesitas. Echter, er was geen dosis-afhankelijke meta-analyse beschikbaar over de effecten van de dosering en de duur van alfa-liponzuur-suppletie op het krijgen van obesitas. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt het slikken van alfa-liponzuur supplementen het krijgen van obesitas?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 21 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van alfa-liponzuur supplementen het lichaamsgewicht significant verlaagde [WMD = -2.29 kg, 95% BI = -2.98 tot -1.60, p 0.01].

De onderzoekers vonden dat het slikken van alfa-liponzuur supplementen de BMI significant verlaagde [WMD = -0.49 kg/m2, 95% BI = -0.83 tot -0.15, p = 0.005].

De onderzoekers vonden dat het slikken van alfa-liponzuur supplementen de buikomtrek van vrouwen significant verlaagde [WMD = -4.099, 95% BI = -7.837 tot -0.361, p = 0.032].

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van alfa-liponzuur supplementen het lichaamsgewicht en de BMI verlaagde. Verder verlaagde het slikken van alfa-liponzuur supplementen de buikomtrek van vrouwen.

Oorspronkelijke titel:
Alpha-lipoic acid supplementation significantly reduces the risk of obesity in an updated systematic review and dose response meta-analysis of randomised placebo-controlled clinical trials by Vajdi M and Farhangi MA.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/32091656

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over vetten en overgewicht.

Alfa-liponzuur is een zwavelhoudend vetzuur, dat van nature voorkomt in het menselijk lichaam.

Coënzym Q10-supplementen verlagen niet lichaamsgewicht en BMI

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van coënzym Q10-supplementen het lichaamsgewicht en de BMI?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 17 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden geen verband tusssen het slikken van coënzym Q10-supplementen en het verlagen van het lichaamsgewicht [WMD = 0.28 kg, 95% BI = -0.91 tot 1.47, p = 0.64].
Geen verband omdat de gevonden p-waarde van 0.64 groter was dan de p-waarde van 0.05.
Geen verband werd ook teruggevonden in de subgroepenanalyses.

De onderzoekers vonden geen verband tusssen het slikken van coënzym Q10-supplementen en het verlagen van de BMI [WMD = -0.03, 95% BI = -0.4 tot 0.34, p = 0.86].
Geen verband werd ook teruggevonden in de subgroepenanalyses.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van coënzym Q10-supplementen zowel het lichaamsgewicht als de BMI niet verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Effect of Q10 supplementation on body weight and body mass index: A systematic review and meta-analysis of randomized controlled clinical trials by Saboori S, Rad EY, […], Falahi E.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/31336462

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over geen verband/overzichtsartikel, coënzym Q10 en overgewicht.

 

Dagelijks 40 gram soja consumptie gedurende 12 weken verhoogt het IGF-1 gehalte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Het is bekend dat een laag Insulin-like Growth Factor 1 (IGF-1) gehalte in het lichaam geassocieerd wordt met vele aandoeningen. Verschillende onderzoeken hebben aangetoond dat sojaconsumptie het IGF-1 gehalte kan beïnvloeden, maar de bevindingen blijven onduidelijk en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verhoogt sojaconsumption het IGF-1 gehalte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 8 klinische studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat sojaconsummptie het IGF-1 gehalte significant verhoogde [WMD = 13.5 ng/mL, 95% BI = 5.2 tot 21.8, I2 = 97%].
Dit effect was het grootst bij ≤40 gram soja per dag [WMD = 11.7 ng/mL, 95% BI = 10.9 tot 12.6, I2 = 98%], bij een sojaconsumptie gedurende maximaal 12 weken [WMD = 26.6 ng/mL, 95% BI = 9.1 tot 44.1, I2 = 0.0%] en bij ongezonde personen [WMD = 36 ng/mL, 95% BI = 32.7 tot 39.4, I2 = 84%] ten opzichte van gezonde personen [WMD = 9.8 ng/mL, 95% BI = 8.9 tot 10.7, I2 = 90%].

De onderzoekers concludeerden dat ≤40 gram soja per dag gedurende maximaal 12 weken het IGF-1 gehalte verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
The Effect of Soy Intervention on Insulin-Like Growth Factor 1 Levels: A Meta-Analysis of Clinical Trials by Jiawei Zeng J, Feng Y, […], Chen X.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/32072706/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over soja en suikerziekte.

Insulin-like Growth Factor 1 (IGF-1) is een eiwit dat in de lever onder invloed van het groeihormoon wordt geproduceerd. IGF-1 geeft een stabielere weergave van het groeihormoon. Geeft de hypofyse weinig groeihormoon af, dan zal de lever minder IGF-1 produceren. IGF-1 verlaagt het bloedsuikergehalte in het lichaam. Suikerpatiënten hebben vaak een hoog bloedsuikergehalte.
 

Vis verlaagt het metabole syndroom

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Resultaten met betrekking tot de associatie (het verband) tussen visconsumptie en het risico op het krijgen van het metabool syndroom (MetS) zijn dubbelzinnig (tegenstrijdig) en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt het eten van vis de kans op het krijgen van het metabole syndroom?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 10 cross-sectionele studies en 6 cohort studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in cohort studies dat het eten van vis de kans op het krijgen van het metabole syndroom significant met 20% [OR = 0.80, 95% BI = 0.66 tot 0.96, p = 0.017, I2 = 62.9%] verlaagde.
Echter, dit verlaagde risico was niet significant in cross-sectionele studies [OR = 0.80, 95% BI = 0.70 tot 1.02, p = 0.085, I2 = 50.1%].

De onderzoekers concludeerden dat het eten van vis de kans op het krijgen van het metabole syndroom verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
A systematic review and meta-analysis of the association between fish consumption and risk of metabolic syndrome by Karimi G, Heidari Z, [...], Haghighatdoost F.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/32127332

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over visconsumptie en het metabole syndroom.

Veel linolzuur via voeding verlaagt doodgaan aan hart- en vaatziekten

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Het huidige bewijs over het verband tussen de inname van linolzuur (LA), het overheersende n-6 (ω-6) vetzuur en de mortaliteit is inconsistent en is niet samengevat in een systematische review of meta-analyse. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt de inname van linolzuur via voeding (het eten van linolzuur) of het hebben van een hoog linolzuurgehalte in het bloed de mortaliteit?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 44 prospectieve cohort studies met in totaal 811069 deelnemers, waarvan 170076 mensen doodgegaan waren aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit), 50786 mensen doodgegaan waren aan hart- en vaatziekten en 59684 mensen doodgegaan waren aan kanker.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel linolzuur de kans op doodgaan aan alle oorzaken significant met 13% [gepoolde RR = 0.87, 95% BI = 0.81 tot 0.94, I2 = 67.9%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel linolzuur de kans op doodgaan aan hart- en vaatziekten significant met 13% [gepoolde RR = 0.87, 95% BI = 0.82 tot 0.92, I2 = 3.7%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel linolzuur de kans op doodgaan aan kanker significant met 11% [gepoolde RR = 0.89, 95% BI = 0.85 tot 0.93, I2 = 0%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging van het linolzuurgehalte met 1 standaarddeviatie, de kans op doodgaan aan alle oorzaken significant met 9% [gepoolde RR = 0.91, 95% BI = 0.87 tot 0.95, I2 = 64.1%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging van het linolzuurgehalte met 1 standaarddeviatie, de kans op doodgaan aan hart- en vaatziekten significant met 11% [gepoolde RR = 0.89, 95% BI = 0.85 tot 0.94, I2 = 28.9%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging van het linolzuurgehalte met 1 standaarddeviatie, de kans op doodgaan aan kanker significant met 9% [gepoolde RR = 0.91, 95% BI = 0.84 tot 0.98, I2 = 26.3%] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat zowel het eten van veel linolzuur als het hebben van een hoog linolzuurgehalte, de kans op doodgaan aan alle oorzaken, hart- en vaatziekten en kanker verlaagden.

Oorspronkelijke titel:
Dietary intake and biomarkers of linoleic acid and mortality: systematic review and meta-analysis of prospective cohort studies by Li J, Guasch-Ferré M, […], Hu FB.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/32020162

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over linolzuur, ouderdom, hart- en vaatziekten en kanker.  
 

6 maanden genisteïne verlaagt bloedruk van patiënten met metabole syndroom

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Genisteïne is een fyto-oestrogeen met mogelijke gezondheidsvoordelen ter preventie van hart- en vaatziekten. Echter, het bewijs met betrekking tot het positieve effect op hypertensie (een hoge bloeddruk) is niet doorslaggevend en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt het slikken van genisteïne-supplementen de bloeddruk?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 4 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van genisteïne-supplementen de systolische bloeddruk niet verlaagde [WMD = -5.32 mmHg, 95% BI = -14.59 tot 3.96].

De onderzoekers vonden dat het slikken van genisteïne-supplementen de diastolische bloeddruk niet verlaagde [WMD = -2.06 mmHg, 95% BI = -6.41 tot 2.28].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het slikken van genisteïne-supplementen gedurende minimaal 6 maanden de systolische bloeddruk van patiënten met het metabole syndroom significant met 13.73 mmHg [WMD = -13.73 mmHg, 95% BI = -18.10 tot -9.37] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het slikken van genisteïne-supplementen gedurende minimaal 6 maanden de diastolische bloeddruk van patiënten met het metabole syndroom significant met 5.18 mmHg [WMD = -5.18 mmHg, 95% BI = -6.62 tot -3.74] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van genisteïne-supplementen gedurende minimaal 6 maanden de bloeddruk van patiënten met het metabole syndroom verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Effects of genistein on blood pressure: A systematic review and meta-analysis by Hemati N, Asis M, […], Abdollahi M.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/31955737

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over genisteïne, overgewicht, het metabole syndroom en het verlagen van de bloeddruk.


 

Een hoog serum kopergehalte verhoogt obesitas

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
De relatie tussen het serum kopergehalte in het lichaam en overgewicht/obesitas blijft controversieel en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verhoogt een hoog serum kopergehalte de kans op het krijgen van overgewicht/obesitas?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 21 studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het serum kopergehalte van kinderen met obesitas significant hoger was dan van kinderen zonder obesitas [SMD = 0.74, 95% = 0.16 tot 1.32].

De onderzoekers vonden dat het serum kopergehalte van volwassenen met obesitas significant hoger was dan van volwassenen zonder obesitas [SMD = 0.39, 95% = 0.02 tot 0.76].

De onderzoekers vonden geen significant verschil tussen het serum kopergehalte van kinderen met overgewicht en kinderen zonder overgewicht [SMD = 1.52, 95% =  -0.07 tot 3.12].

De onderzoekers vonden geen significant verschil tussen het serum kopergehalte van volwassenen met overgewicht en volwassenen zonder overgewicht [SMD = 0.16, 95% =  -0.06 tot 0.38].

De onderzoekers vonden een significant verschil in de SMD tussen kinderen met obesitas die gediagnosticeerd werden door gewicht-voor-lengte en kinderen zonder obesitas [SMD = 1.56, 95% BI = 0.57 tot 2.55].  

De onderzoekers vonden een significant verschil in de SMD tussen volwassenen met obesitas die gediagnosticeerd werden door het BMI (WHO) en volwassenen zonder obesitas [SMD = 0.54, 95% BI = 0.08 tot 1.01].  

De onderzoekers concludeerden dat zowel kinderen als volwassenen met obesitas een hoog serum kopergehalte in het lichaam hadden.

Oorspronkelijke titel:
The Relationship Between Serum Copper and Overweight/Obesity: a Meta-analysis by Gu K, Li X, […], Jiang X.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/31300957

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over koper en overgewicht.

100 gram fruit per dag verlagen het metabole syndroom

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van groenten of fruit de kans op het krijgen van het metabole syndroom?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 7 cross-sectionele studies en 2 cohort studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 gram fruit per dag, de kans op het krijgen van het metabole syndroom significant met 3% verlaagde [OR = 0.97, 95% BI = 0.95 tot 0.99, I2 = 26.7%]. 
Dit verlaagde risico was niet significant voor elke verhoging met 100 gram groente per dag [OR = 0.98, 95% BI = 0.96 tot 1.01, I2 = 54.6%].

De onderzoekers concludeerden dat het eten van fruit, minimaal 100 gram per dag, de kans op het krijgen van het metabole syndroom verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Fruit and vegetable consumption and the metabolic syndrome: a systematic review and dose-response meta-analysis by Lee M, Lim M and Kim J.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/31514758

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over groente en fruit en het metabole syndroom.
 

Dagelijks 280 mg calcium verlaagt mogelijk het metabole syndroom

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Epidemiologische onderzoeken naar de relatie tussen de inname van calcium via voeding en het risico op het krijgen van het metabole syndroom hebben controversiële resultaten opgeleverd. Daarom werd dit overzichtsartikel (meta-analyse) uitgevoerd.

Verlaagt calcium-inname via voeding de kans op het krijgen van het metabole syndroom?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 15 cross-sectionele studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel calcium vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van het metabole syndroom significant met 20% [gepoolde OR = 0.80, 95% BI = 0.70 tot 0.91] verlaagde.

De onderzoekers vonden een non-lineair verband tussen het eten van calcium en de kans op het krijgen van het metabole syndroom.

De onderzoekers vonden dat het eten van 280 mg calcium per dag, de kans op het krijgen van het metabole syndroom significant met 13% [OR = 0.87, 95% BI = 0.82 tot 0.93] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van minimaal 280 mg calcium per dag, de kans op het krijgen van het metabole syndroom mogelijk verlaagde. Mogelijk omdat dit overzichtsartikel alleen maar cross-sectionele studies en geen cohort studies bevatte.

Oorspronkelijke titel:
Dietary calcium intake and the risk of metabolic syndrome: evidence from observational studies by Cheng L, Hu D and Jiang W.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/30846011

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over calcium, het metabole syndroom en overgewicht.
 

Hoog homocysteïnegehalte verhoogt ziekte van Alzheimer

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verhoogt een hoog homocysteïnegehalte de kans op het krijgen van cognitieve stoornissen, zoals dementie en ziekte van Alzheimer?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 28 prospectieve cohort studies met in totaal 28257 deelnemers, waarvan 2557 mensen met cognitieve stoornissen (1035 mensen met dementie door alle oorzaken, 530 mensen met de ziekte van Alzheimer, 92 mensen met vasculaire dementie en >900 mensen met cognitieve stoornissen maar zonder dementie).

De gemiddelde follow-up duur varieerde tussen 2.7 en 35 jaar.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden een duidelijk lineair, dosisafhankelijk verband tussen het homocysteïnegehalte en de ziekte van Alzheimer.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging van het homocysteïnegehalte met 5 μmol/L, de kans op het krijgen van de ziekte van Alzheimer significant met 15% [gepoolde RR = 1.15, 95% BI = 1.04 to 1.26, I2 = 56.6%, n = 5] verhoogde.
Dit verhoogde risico bleef gehandhaafd in de sensitiviteitsanalyses.

De onderzoekers concludeerden dat een hoog homocysteïnegehalte de kans op het krijgen van de ziekte van Alzheimer verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Hyperhomocysteinemia and risk of incident cognitive outcomes: An updated dose-response meta-analysis of prospective cohort studies by Zhou F and Chen S.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/30826501

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over de ziekte van Alzheimer.

Dagelijks 400 μg chromiumsupplementen verlagen het vetgehalte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
De rol van chromium als afslankmiddel blijft twijfelachtig. Hoewel eerdere bevindingen van meta-analyses kleine reducties in het lichaamsgewicht na een chromiumsuppletie (het slikken van chromiumsupplementen) bij personen met overgewicht/obesitas lieten zien, zijn er aanzienlijke beperkingen met deze bevindingen. Daarom werd dit overzichtsartikel (meta-analyse) uitgevoerd.

Hebben mensen met overgewicht/obesitas baat bij het slikken van chromiumsupplementen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 21 RCT’s met in totaal 1316 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van chromiumsupplementen het lichaamsgewicht van mensen met overgewicht/obesitas significant verlaagde [WMD = -0.75 kg, 95% BI = -1.04 tot -0.45, p  0.001].  
Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat het slikken van chromiumsupplementen het BMI van mensen met overgewicht/obesitas significant verlaagde [WMD = -0.40 kg/m2, 95% BI = -0.66 tot -0.13, p  0.003].  
Significant wil zeggen, er kan met 95% zekerheid gezegd worden, dat het slikken van chromiumsupplementen het BMI van mensen met overgewicht/obesitas werkelijk verlaagde

De onderzoekers vonden dat het slikken van chromiumsupplementen het vetgehalte van mensen met overgewicht/obesitas significant verlaagde [WMD = -0.68%, 95% BI = -1.32 tot -0.03, p = 0.04].  
Significant omdat de gevonden p-waarde van 0.04 kleiner was dan de p-waarde van 0.05.

De onderzoekers vonden in subgroepenanalyses (om meer informatie te krijgen) dat het slikken van maximaal 400 μg chromiumsupplementen per dag gedurende maximaal 12 weken, het vetgehalte van mensen met overgewicht/obesitas significant verlaagde.

De onderzoekers vonden in subgroepenanalyses dat het slikken van maximaal 400 μg (400 mcg oftewel 400 microgram) chromiumsupplementen per dag gedurende maximaal 12 weken, het lichaamsgewicht van mensen met overgewicht/obesitas significant verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van maximaal 400 μg chromiumsupplementen per dag gedurende maximaal 12 weken zowel het vetgehalte als het lichaamsgewicht van mensen met overgewicht/obesitas verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
A meta-analysis of the effect of chromium supplementation on anthropometric indices of subjects with overweight or obesity by Tsang C, Taghizadeh M, […], Jafarnejad S.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/31115179

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over chromium, overzichtsartikel/significant en overgewicht.

Geen verband tussen aardappelen en doodgaan aan kanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Is er een verband tussen het eten van aardappelen en doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit), kanker of hart- en vaatziekten?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 20 prospectieve cohort studies met 25208 mensen die doodgingen aan all-cause mortaliteit, 4877 mensen die doodgingen aan kanker en 2366 mensen die doodgingen aan hart- en vaatziekten.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden geen significant verband tussen het eten van aardappelen en doodgaan aan alle oorzaken (all-cause mortaliteit) [RR = 0.90, 95% BI = 0.80 tot 1.02, p = 0.096].

De onderzoekers vonden geen significant verband tussen het eten van aardappelen en doodgaan aan kanker (kanker mortaliteit) [RR = 1.09, 95% BI = 0.96 tot 1.24, p = 0.204].

De onderzoekers vonden geen significant verband tussen het eten van aardappelen en doodgaan aan hart- en vaatziekten.

De onderzoekers concludeerden dat er geen verband was tussen het eten van aardappelen en doodgaan aan alle oorzaken, kanker of hart- en vaatziekten.

Oorspronkelijke titel:
Potato consumption and risk of all cause, cancer and cardiovascular mortality: a systematic review and dose-response meta-analysis of prospective cohort studies by Darooghegi Mofrad M, Milajerdi A, […], Azadbakht L.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/30638040

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over aardappelenconsumptie en ouderdom
 

Boomnoten verlagen metabole syndroom

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van noten de kans op het krijgen van het metabole syndroom?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 6 cross-sectionele studies en 5 prospectieve cohort studies met in totaal 89224 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van noten, de kans op het krijgen van het metabole syndroom significant met 16% [multivariable adjusted RR = 0.84, 95% BI = 0.76-0.92, p  0.001] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het eten van boomnoten, de kans op het krijgen van het metabole syndroom significant met 3% [multivariable adjusted RR = 0.97, 95% BI = 0.94-1.00, p = 0.04] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het eten van pinda’s, de kans op het krijgen van het metabole syndroom niet verlaagde [multivariable adjusted RR = 1.01, 95% BI = 0.96-1.06, p = 0.68].

De onderzoekers concludeerden dat het eten van noten, met name boomnoten de kans op het krijgen van het metabole syndroom verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Relationship Between Nut Consumption and Metabolic Syndrome: A Meta-Analysis of Observational Studies by Zhang Y and Zhang DZ.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/30716015

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over het eten van noten, significant/RR en het metabole syndroom.

Voorbeelden van boomnoten zijn amandelen, cashewnoten, hazelnoten, macadamia’s, paranoten, pistachenoten en walnoten. Pinda’s zijn geen noten, maar peulvruchten, die onder de grond groeien en worden daarom aardnoten genoemd.