Voeding en gezondheid

Dierlijke transvetzuren verhogen niet borstkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Is er een verband tussen het eten van dierlijke transvetzuren en de kans op het krijgen van borstkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 2 patiënt-controle studies en 2 cohort studies over de c9:t11-CLA inname met in totaal 67533 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel dierlijke transvetzuren in de vorm van c9:t11-CLA, de kans op het krijgen van borstkanker niet significant met 6% [RR = 0.94, 95% BI = 0.64-1.25, I2 = 78.3%, p = 0.003] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat er geen verband bestond tussen het eten van dierlijke transvetzuren en de kans op het krijgen van borstkanker. Echter, het aantal studies in dit overzichtsartikel was te klein om een eventueel verband (positief of negatief) goed aan te kunnen tonen.

Oorspronkelijke titel:
Ruminant trans-fatty acids and risk of breast cancer: a systematic review and meta-analysis of observational studies by Kolahdouz MR, Bagheri MF, […], Shidfar F.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27627219

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over borstkanker en vetten.

Een hoog calciumgehalte verlaagt borstkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het hebben van een hoog calciumgehalte in het lichaam de kans op het krijgen van borstkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 3 prospectieve cohort studies met in totaal 21048 deelnemers. De gemiddelde follow-up duur was 17 jaar. Het calciumgehalte varieerde tussen 1.00 en 3.72 mmol/L.

Er was geen publicatie bias. 

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoog serum calciumgehalte in het lichaam de kans op het krijgen van borstkanker significant met 20% [RR = 0.80, 95% BI = 0.66-0.97, I2 = 0%] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat een hoog serum calciumgehalte in het lichaam de kans op het krijgen van borstkanker verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Serum Calcium and the Risk of Breast Cancer: Findings from the Swedish AMORIS Study and a Meta-Analysis of Prospective Studies by Wulaningsih W, Sagoo HK, [...], Van Hemelrijck M.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC5037765/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over borstkanker en calcium.

 

100 gram roodvlees per dag verhoogt alvleesklierkanker onder mannen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verhoogt het eten van rood- en bewerkt vlees de kans op het krijgen van alvleesklierkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 28 studies met in totaal 3143777 deelnemers, waarvan 11325 mensen die roodvlees aten en 2904866 deelnemers, waarvan 9955 mensen die bewerkt vlees aten.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in patiënt-controle studies dat roodvleesconsumptie vergeleken met geen roodvleesconsumptie, de kans op het krijgen van alvleeskierkanker significant verhoogde [p = 0.02]. Echter, dit significante verhoogde risico werd niet teruggevonden in cohort studies.

De onderzoekers vonden in patiënt-controle studies dat bewerkt vleesconsumptie vergeleken met geen bewerkt vleesconsumptie, de kans op het krijgen van alvleeskierkanker significant verhoogde [p 0.01]. Echter, dit significante verhoogde risico werd niet teruggevonden in cohort studies.

De onderzoekers vonden in cohort studies dat elke verhoging met 100 gram roodvlees per dag, de kans op het krijgen van alvleesklierkanker significant verhoogde [p = 0.01].

De onderzoekers vonden in cohort studies dat elke verhoging met 50 gram bewerkt vlees per dag, de kans op het krijgen van alvleesklierkanker niet significant verhoogde [p = 0.90].

De onderzoekers vonden in cohort studies dat roodvleesconsumptie vergeleken met geen roodvleesconsumptie, de kans op het krijgen van alvleeskierkanker in mannen significant verhoogde [p 0.01]. Echter, dit significante verhoogde risico werd niet teruggevonden in vrouwen [p = 0.61].

De onderzoekers vonden in cohort studies dat bewerkt vleesconsumptie vergeleken met geen bewerkt vleesconsumptie, de kans op het krijgen van alvleeskierkanker in mannen significant verhoogde [p 0.01]. Echter, dit significante verhoogde risico werd niet teruggevonden in vrouwen [p = 0.88].

De onderzoekers concludeerden dat het eten van roodvlees en bewerkt vlees de kans op het krijgen van alvleesklierkanker onder mannen verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Association Between Consumption of Red and Processed Meat and Pancreatic Cancer Risk-a Systematic Review and Meta-analysis by Zhao Z, Yin Z, […], Zhao Q.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27693521

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over kanker en vleesconsumptie.

Een alternatief voor roodvlees is witvlees. Kip, gevogelte en vis zijn witvlees.

 

Isoflavonen via voeding verlagen prostaatkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van fyto-oestrogenen de kans op het krijgen van prostaatkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 21 patiënt-controle studies en 2 cohort studies met in totaal 11346 mensen met prostaatkanker en 140177 mensen zonder prostaatkanker.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van daidzeïne de kans op het krijgen van prostaatkanker significant met 15% [OR = 0.85, 95% BI = 0.75-0.96] verlaagde. Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat het eten van genisteïne de kans op het krijgen van prostaatkanker significant met 13% [OR = 0.87, 95% BI = 0.78-0.98] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van glyciteïne de kans op het krijgen van prostaatkanker significant met 11% [OR = 0.89, 95% BI = 0.81-0.98] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van totale isoflavonen de kans op het krijgen van prostaatkanker niet significant met 7% [OR = 0.93, 95% BI = 0.84-1.04] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van equol de kans op het krijgen van prostaatkanker niet significant met 14% [OR = 0.86, 95% BI = 0.66-1.14] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van totale lignanen de kans op het krijgen van prostaatkanker niet significant met 5% [OR = 1.05, 95% BI = 0.54-2.04] verhoogde. Niet significant wil zeggen, er is geen verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat het eten van secoisolariciresinol de kans op het krijgen van prostaatkanker niet significant met 2% [OR = 1.02, 95% BI = 0.83-1.24] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het eten van matairesinol de kans op het krijgen van prostaatkanker niet significant met 9% [OR = 0.91, 95% BI = 0.75-1.11] verlaagde. Niet significant want OR van 1 zat in de 95% BI van 0.75 tot 1.11. OR van 1 wil zeggen, er is geen risico.

De onderzoekers vonden dat het eten van enterolactone de kans op het krijgen van prostaatkanker niet significant met 6% [OR = 0.94, 95% BI = 0.73-1.20] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van coumestrol de kans op het krijgen van prostaatkanker niet significant met 11% [OR = 0.89, 95% BI = 0.76-1.06] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat daidzeïne, genisteïne en glyciteïne (de 3 belangrijskte isoflavonen) via voeding de kans op het krijgen van prostaatkanker verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Phytoestrogens and risk of prostate cancer: an updated meta-analysis of epidemiologic studies by Zhang Q, Feng H, […], Yuan M.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27687296

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over prostaatkanker en sojaconsumptie.

De voornaamste phyto-oestrogenen zijn de isoflavonen, lignanen en coumestanen.

De drie belangrijkste isoflavonen zijn genisteïne, daïdzeïne en glyciteïne. Isoflavonen zitten in soja en sojaproducten.
Deze maaltijden bevatten veel isoflavonen.

Equol is een metaboliet van daidzeïne die sommige mensen in de darmen produceren.

De lignanen uit lijnzaad (secoisolariciresinol diglycoside, matairesinol) worden na de inname door de enzymen van de dikke darmbacteriën (bètaglucosidases) omgezet in de lichaamseigen lignanen (enterolactone, enterodiol).

Coumestanen zijn o.a. coumestrol, wedelolacton en plicadine. Courmestannen zitten in sojabonen, spruitjes, spinazie en alfalfa.  
 

Een hoge inname van zowel folaat, calcium als vezels verlaagt voorstadium van dikke darmkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Wat zijn de risicofactoren van serrated darmpoliepen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 43 studies. 

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het roken van veel tabak de kans op het krijgen van serrated darmpoliepen significant met 147% [RR = 2.47, 95% BI = 2.12-2.87] verhoogde. Het risico was hoger voor sessiel serrated darmpoliepen dan voor hyperplastische serrated darmpoliepen.

De onderzoekers vonden dat het drinken van veel alcohol de kans op het krijgen van serrated darmpoliepen significant met 33% [RR = 1.33, 95% BI = 1.17-1.52] verhoogde. Het risico was hoger voor sessiel serrated darmpoliepen dan voor hyperplastische serrated darmpoliepen.

De onderzoekers vonden dat een hoog BMI de kans op het krijgen van serrated darmpoliepen significant met 40% [RR = 1.40, 95% BI = 1.22-1.61] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het eten van zowel veel vet als vlees de kans op het krijgen van serrated darmpoliepen significant verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het slikken van niet-steroïde ontstekingsremmers de kans op het krijgen van serrated darmpoliepen significant met 33% [RR = 0.77, 95% BI = 0.65-0.92] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het slikken van veel niet-steroïde ontstekingsremmers de kans op het krijgen van serrated darmpoliepen significant met 33% [RR = 0.77, 95% BI = 0.65-0.92] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het slikken van veel aspirine de kans op het krijgen van serrated darmpoliepen significant met 19% [RR = 0.81, 95% BI = 0.67-0.99] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een hoge inname van zowel folaat, calcium als vezels de kans op het krijgen van serrated darmpoliepen significant verlaagde.

De onderzoekers vonden geen verband tussen lichamelijke activiteiten of hormonentherapie en de kans op het krijgen van serrated darmpoliepen.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van veel niet-steroïde ontstekingsremmers en aspirine en een hoge inname van zowel folaat, calcium als vezels de kans op het krijgen van serrated darmpoliepen verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Lifestyle Risk Factors for Serrated Colorectal Polyps: a Systematic Review and Meta-analysis by Bailie L, Loughrey MB and Coleman HG.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27639804

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over dikke darmkanker.

Een poliep in de dikke darm is een woekering van het slijmvlies van de dikke darm. Ongeveer 5-20% van alle mensen boven de vijftig jaar hebben last van poliepen. De meeste poliepen zijn verreweg goedaardig en zullen ook altijd goedaardig blijven. Echter, poliepen kunnen ook onrustige cellen bevatten en op den duur uitgroeien tot een kwaadaardige tumor: dikke darmkanker.

“Poliepen met tanden” oftewel serrated poliepen worden ook wel goedaardige darmpoliepen genoemd. Ze heten zo omdat ze de vorm van zaagtanden onder de microscoop vertonen. Echter, goedaardige poliepen in de dikke darm zijn niet zo onschuldig als altijd werd gedacht want zij kunnen net zo goed tot dikke darmkanker leiden. Er zijn drie vormen van serrated poliepen:

  1. de hyperplastische poliep;
  2. de serrated poliep (met dysplastische kenmerken van het epitheel) en;
  3. de gemengde poliepen.

 

Knoflook via voeding verlaagt niet dikke darmkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van knoflook de kans op het krijgen van dikke darmkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 7 patiënt-controle studies en 7 cohort studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van knoflook de kans op het krijgen van dikke darmkanker niet verlaagde [OR = 0.93, 95% BI = 0.82-1.06, p = 0.281, I2 = 83.6%, p ≤ 0.001].

De onderzoekers vonden in patiënt-controle studies dat het eten van knoflook de kans op het krijgen van dikke darmkanker significant met 37% verlaagde [gecombineerde RR = 0.63, 95% BI = 0.48-0.82, p = 0. 00, I2 = 75.6%, p ≤ 0.001]. Echter, dit significante verlaagde risico werd niet teruggevonden in cohort studies.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van knoflook de kans op het krijgen van dikke darmkanker niet verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Garlic consumption and colorectal cancer risk in man: a systematic review and meta-analysis by Chiavarini M, Minelli L and Fabiani R.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/25945653

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over dikke darmkanker en allium groenten.

 

Flavanolen via voeding verlaagt mogelijk kanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van flavan-3-olen (flavanolen) de kans op het krijgen van kanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 25 patiënt-controle studies en 18 prospectieve cohort studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van flavan-3-olen (flavanolen) de kans op het krijgen van kanker significant met 6.5% [RR = 0.935, 95% BI = 0.891-0.981, I2 = 46.837%] verlaagde. De Egger’s funnel plot toonde publicatie bias (de afwezigheid van negetieve studies) aan.

De onderzoekers vonden in patiënt-controle studies dat het eten van flavan-3-olen (flavanolen) de kans op het krijgen van rectale kanker significant met 16.2% [RR = 0.838, 95% BI = 0.733-0.958, I2 = 0%] verlaagde.

De onderzoekers vonden in patiënt-controle studies dat het eten van flavan-3-olen (flavanolen) de kans op het krijgen van zowel keel- als strottehoofdkanker significant met 24.1% [RR = 0.759, 95% BI = 0.581-0.993, I2 = 0%] verlaagde. 

De onderzoekers vonden in patiënt-controle studies dat het eten van flavan-3-olen (flavanolen) de kans op het krijgen van borstkanker significant met 11.5% [RR = 0.885, 95% BI = 0.790-0.991, I2 = 0%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van flavan-3-olen (flavanolen) de kans op het krijgen van maagkanker onder vrouwen significant met 26.7% [RR = 0.633, 95% BI = 0.468-0.858] verlaagde.

De onderzoekers vonden in het meta-regressie model geen dosisafhankelijk verband tussen het eten van flavan-3-olen (flavanolen) en de kans op het krijgen van kanker.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van flavan-3-olen (flavanolen) de kans op het krijgen van kanker mogelijk verlaagde. Mogelijk omdat er publicatie bias was en het verlaagde risico niet werd teruggevonden in cohort studies.

Oorspronkelijke titel:
Flavan-3-ols consumption and cancer risk: A meta-analysis of epidemiologic studies by Lei L, Yang Y, [...], Yang J.

Link:
http://www.impactjournals.com/oncotarget/index.php?journal=oncotarget&page=article&op=view&path[]=12017&path[]=38034

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over kanker en flavonoïden.
Flavanolen zitten in peren, appels, bosbessen, aardbeien, perziken, chocolade en thee.

 

B-vitamines supplementen verlagen huidkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Observationele studies suggereren een verband tussen het slikken van B-vitamines en het risico op het krijgen van kanker, echter dit verband blijft controverseel. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt het slikken van B-vitamines de kans op het krijgen van kanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 18 RCT’s met in totaal 74498 deelnemers, waarvan 16 RCT’s die 4103 kankergevallen rapporteerden, 6 RCT’s die 731 sterfgevallen aan kanker rapporteerden en 15 RCT’s die 7046 sterfgevallen rapporteerden.

De follow-up duur varieerde tussen 2.0 en 7.3 jaar. De dosering van foliumzuur varieerde tussen 0.4 en 40 mg per dag, van vitamine B6 tussen 3.0 en 250 mg per dag en van vitamine B12 tussen 20 en 2000 μg per dag.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van B-vitamines de kans op het krijgen van kanker niet significant met 4% [RR = 1.04, 95% BI = 0.98-1.10, p  =  0.216] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het slikken van B-vitamines de kans op doodgaan aan kanker niet significant met 5% [RR = 1.05, 95% BI = 0.90-1.22, p  =  0.521] verhoogde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het slikken van B-vitamines de kans op het krijgen van huidmelanomen (huidkanker) significant met 53% [RR = 0.47, 95% BI = 0.23-0.94, p  =  0.032] verlaagde.

De onderzoekers vonden geen verband tussen het slikken van B-vitamines en de totale mortaliteit [RR = 1.00, 95% BI = 0.94-1.06, p =  0.952].

De onderzoekers concludeerden dat er geen verband bestond tussen het slikken van B-vitamines en de kans op het krijgen van kanker of doodgaan aan kanker. Echter, het slikken van B-vitamines verlaagde wel de kans op het krijgen van huidmelanomen (huidkanker).

Oorspronkelijke titel:
Effect of vitamin B supplementation on cancer incidence, death due to cancer, and total mortality. A PRISMA-compliant cumulative meta-analysis of randomized controlled trials by Zhang SL, Chen TS, […], Zhou YH. 

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC4979769/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over kanker en B-vitamines.

Melanoom is een vorm van huidkanker die ontstaat uit de moedervlek.
Ongeveer 5% van alle Nederlandse huidkankerpatiënten heeft melanoom. Andere vormen van huidkanker zijn: basaalcelcarcinoom (ongeveer 80%), plaveiselcelcarcinoom (ongeveer 15%) en merkelcelcarcinoom (minder dan 1%).

 

Eieren en gevogelte verhogen niet non-Hodgkin lymfoom

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verhoogt het eten van eieren en gevogelte de kans op het krijgen van non-Hodgkin lymfoom?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 9 patiënt-controle studies en 3 prospectieve cohort studies met in totaal 11271 mensen met non-Hodgkin lymfoom.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel gevogelte vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van non-Hodgkin lymfoom niet significant met 4% [RR = 1.04, 95% BI = 0.86-1.27, I2 = 84.0%] verhoogde. Niet significant wil zeggen, er is geen verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel eieren vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van non-Hodgkin lymfoom niet significant met 15% [RR = 1.15, 95% BI = 0.87-1.51, I2 = 85.3%] verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van gevogelte of eieren de kans op het krijgen van non-Hodgkin lymfoom niet verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Lack of association of poultry and eggs intake with risk of non-Hodgkin lymphoma: a meta-analysis of observational studies by Dong Y and Wu G.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27405484

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over kanker en vleesconsumptie.

 

Dagelijks 100 gram citrusvruchten verlaagt maagkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van citrusvruchten de kans op het krijgen van maagkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 5 cohort studies.
De follow-up duur varieerde tussen 4.5 en 11 jaar.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van citrusvruchten de kans op het krijgen van maagkanker significant met 13% [sES = 0.87, 95% BI = 0.76-0.99, I2 = 69.6%] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het eten van citrusvruchten de kans op het krijgen van cardia maagkanker significant met 33% [sES = 0.67, 95% BI = 0.55-0.81, I2 = 46.1%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten 100 gram citrusvruchten per dag de kans op het krijgen van cardia maagkanker significant met 40% [sES = 0.60, 95% BI = 0.44-0.83] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van citrusvruchten (minimaal 100 gram per dag) de kans op het krijgen van maagkanker, met name cardia maagkanker verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Dietary intakes of citrus fruit and risk of gastric cancer incidence: an adaptive meta-analysis of cohort studies by Bae JM and Kim EH.

Link:
http://e-epih.org/journal/view.php?doi=10.4178/epih.e2016034

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over fruitconsumptie en kanker.
Citrusvruchten zijn sinaasappel, citroen, mandarijn, limoen en grapefruit.


 

Groenten verlaagt een Barrett-slokdarm

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van bepaalde voeding de kans op het krijgen van een Barrett-slokdarm?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 6 patiënt-controle studies en 2 cohort studies.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van fruit de kans op het krijgen van een Barrett-slokdarm niet significant met 35% [OR = 0.65, 95% BI = 0.37-1.13] verlaagde. Niet significant wil zeggen, er is geen verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat het eten van groenten de kans op het krijgen van een Barrett-slokdarm significant met 55% [OR = 0.45, 95% BI = 0.29-0.71] verlaagde. Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat het eten van verzadigd vet de kans op het krijgen van een Barrett-slokdarm niet significant met 25% [OR = 1.25, 95% BI = 0.82-1.91] verhoogde. Niet significant omdat OR van 1 in de 95% BI van 0.82 tot 1.91 zat. OR van 1 wil zeggen, er is geen risico.

De onderzoekers vonden dat het eten van roodvlees de kans op het krijgen van een Barrett-slokdarm niet significant met 15% [OR = 0.85, 95% BI = 0.61-1.17] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van bewerkt vlees de kans op het krijgen van een Barrett-slokdarm niet significant met 3% [OR = 1.03, 95% BI = 0.73-1.46] verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van groenten, maar niet fruit, verzadigd vet, roodvlees of bewerkt vlees de kans op het krijgen van een Barrett-slokdarm verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Dietary fruit, vegetable, fat, and red and processed meat intakes and Barrett's esophagus risk: a systematic review and meta-analysis by Zhao Z, Pu Z, [...], Zhao Q.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC4891687/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over kanker en groenten en fruit.

Een Barrett-slokdarm is een premaligne aandoening. Dit betekent dat er in het Barrettslijmvlies een hogere kans is op het ontstaan van kanker dan in ander slijmvlies. Met andere woorden, een Barrett-slokdarm geeft een hoger risico op het krijgen van slokdarmkanker. Ongeveer 3-5% van alle mensen met een Barrett-slokdarm zal op den duur slokdarmkanker krijgen. Een Barrett-slokdarm komt vooral voor bij blanke mannen die ouder zijn dan 50 jaar. Vaak hebben zij langdurig klachten van brandend maagzuur gehad. De Barrett-slokdarm begint altijd onderaan in de slokdarm op de plaats waar de slokdarm over gaat in de maag.

Sinds augustus 2016 kan aan de hand van de genetische opmaak van de cellen in de slokdarm de kans op slokdarmkanker op de lange termijn voorspelt worden. Dit wordt gezien als een doorbraak in het kankeronderzoek bij patiënten met een Barrett-slokdarm.

Veel anthocyaninen, flavanonen en flavonen via voeding verlagen mogelijk slokdarmkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van flavonoïden de kans op het krijgen van slokdarmkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 1 cohort studie en 6 patiënt-controle studies met in toaal 2629 mensen met slokdarmkanker en 481193 mensen zonder slokdarmkanker.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel flavonoïden vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van slokdarmkanker niet significant met 22% [OR = 0.78, 95% BI = 0.59-1.04] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het eten van veel anthocyaninen vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van slokdarmkanker significant met 40% [OR = 0.60, 95% BI = 0.49-0.74, I2 = 41.8%, p = 0.112] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het eten van veel flavanonen vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van slokdarmkanker significant met 35% [OR = 0.65, 95% BI = 0.49-0.86] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het eten van veel flavonen vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van slokdarmkanker significant met 22% [OR = 0.78, 95% BI = 0.64-0.95, I2 = 0%, p = 0.743] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel anthocyaninen, flavanonen en flavonen de kans op het krijgen van slokdarmkanker mogelijk verlaagde. Mogelijk omdat dit overzichtsartikel slechts 1 cohort studie kende.

Oorspronkelijke titel:
Flavonoids, Flavonoid Subclasses, and Esophageal Cancer Risk: A Meta-Analysis of Epidemiologic Studies by Cui L, Liu X, […], Sun C.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC4924191/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over flavonoïden.

De kleur van de meeste vruchten, bessen en bloemen bestaat uit een mengsel van anthocyanen en anthocyanidines. De hoogste gehalten aan anthocyanen worden gevonden in bessensap, rode wijn, bessen en druiven.
Flavanonen komen voor in citrusvruchten.
De belangrijkste bronnen van flavonolen en flavonen zijn thee, wijn en uien.


 

Nitrietrijke voeding verhoogt hersentumor en schildklierkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Is er een relatie tussen het eten van nitraat/nitriet en de kans op het krijgen van kanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 26 cohort studies en 38 patiënt-controle studies met in toaal 60627 mensen met kanker.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel nitraat vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van maagkanker significant met 22% [RR = 0.78, 95% BI = 0.67-0.91, I2 = 42.3%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel nitriet vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van volwassen glioom significant met 21% [RR = 1.21, 95% BI = 1.03-1.42] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel nitriet vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van schildklierkanker significant met 52% [RR = 1.52, 95% BI = 1.12-2.05] verhoogde.

De onderzoekers vonden geen significante associaties tussen het eten van nitraat/nitriet en de kans op het krijgen van borstkanker, blaaskanker, dikke darmkanker, slokdarmkanker, niercelkanker, non-Hodgkin lymfoom, eierstokkanker en alvleesklierkanker.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel nitraat de kans op het krijgen van maagkanker verlaagde terwijl het eten van veel nitriet de kans op het krijgen van schildklierkanker en volwassen glioom (hersentumor) verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Association between dietary nitrate and nitrite intake and sitespecific cancer risk: evidence from observational studies by Xie L, Mo M, [...], Zhu J.

Link:
http://www.impactjournals.com/oncotarget/index.php?journal=oncotarget&page=article&op=view&path[]=10917&path[]=34571

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over kanker.

Nitraatrijke groenten zijn andijvie, rode bieten, snijbiet, bleekselderij, Chinese kool, koolrabi, paksoi, postelein, raapstelen, waterkers, alle soorten sla, spinazie, spitskool en venkel.

Nitriet wordt als conserveermiddel (als E250 natriumnitriet) gebruikt in vlees en vleeswaren. Het verlengt de houdbaarheid van de producten. E250 zit bijvoorbeeld in hotdogs, rookworsten, ham, spek, salami, boterhamworst, paté, gerookte kipfilet en diepvriespizza's. Verder bevatten biologische vleeswaren bevatten E250.

Lycopeen via voeding verlaagt colonkanker

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van lycopeen de kans op het krijgen van dikke darmkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 15 observationele studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel lycopeen vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van dikde darmkanker niet significant met 6% [RR = 0.94, 95% BI = 0.80-1.10] verlaagde. Niet significant wil zeggen, er is geen verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het eten van veel lycopeen vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van colonkanker significant met 12% [RR = 0.88, 95% BI = 0.81-0.96] verlaagde. Echter, er werd geen dosisafhankelijke relatie gevonden. Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel lycopeen de kans op het krijgen van colonkanker verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Lycopene Consumption and Risk of Colorectal Cancer: A Meta-Analysis of Observational Studies by Wang X, Yang HH, [...], Chen ZH.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27472298

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over dikke darmkanker.
Er zijn 2 soorten dikke darmkanker:

  1. colonkanker
  2. rectumkanker

Het eten van lycopeen is zeker niet hetzelfde als het slikken van lycopeen. De conclusie van het hier bovenstaande overzichtsartikel houdt praktisch in dat uw dagelijkse voedingspatroon meer lycopeen moet bevatten, wilt u de kans op het krijgen van colonkanker verkleinen.

Deze maaltijden bevatten veel lycopeen. Lycopeen is een carotenoïde.
 

Enkelvoudig onverzadigd vet verlaagt baarmoederkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verhoogt het eten van vet de kans op het krijgen van baarmoederkanker?  

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 7 cohort studies en 14 patiënt-controle studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in patiënt-controle studies dat elke 10 En% totale vetinname de kans op het krijgen van baarmoederkanker significant met 5% [p = 0.02] verhoogde.

De onderzoekers vonden in patiënt-controle studies dat elke 10 gram verzadigd vetinname per 1000 kcal de kans op het krijgen van baarmoederkanker significant met 17% [p 0.001] verhoogde.

De onderzoekers vonden in 3 cohort studies met in totaal 3503 vrouwen met baarmoederkanker onder 524583 deelnemers dat het eten van enkelvoudig onverzadigde vetzuren de kans op het krijgen van baarmoederkanker significant met 16% [OR = 0.84, 95% BI = 0.73-0.98] verlaagde. Echter, er werd geen significant verband gevonden voor meervoudig onverzadigde vetzuren en linolzuur.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van enkelvoudig onverzadigde vetzuren de kans op het krijgen van baarmoederkanker verlaagde. Verder verhoogden zowel totale vet- als verzadigd vetinname via voeding mogelijk de kans op het krijgen van baarmoederkanker. Mogelijk omdat dit verband alleen gevonden werd in patiënt-controle studies.

Oorspronkelijke titel:
Dietary fat intake and endometrial cancer risk: A dose response meta-analysis by Zhao J, Lyu C, [...], Gao Y.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27399120

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over vetinname en kanker.

10 gram verzadigd vetinname per 1000 kcal komt in de praktijk overeen met een dieet met 9 En% verzadigd vet. Een dieet met 9% verzadigd vet wil zeggen dat het dieet voornamelijk uit producten met 9 En% verzadigd vet bestaat of het gemiddelde van uw dagelijks gegeten producten bevat 9 En% verzadigd vet. Welke producten uit de supermarkt maximaal 9 En% verzadigd vet bevatten, kunt u hier opzoeken.

Deze maaltijden leveren maximaal 9 En% verzadigd vet.

Welke producten veel enkelvoudig onverzadigde vetzuren bevatten, kunt u hier opzoeken. Enkelvoudig onverzadigde vetzuren zitten o.a. in olijfolie, lijnzaadolie, pindaolie en sesamolie.

 

Creatinesupplementen verbetert de krachtprestatie geleverd door de bovenste ledematen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verbetert het slikken van creatine de krachtprestatie, welke geleverd wordt door de bovenste ledematen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 53 RCT’s met in totaal 563 mensen in de creatinegroep en 575 mensen in de controlegroep.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van creatine de effectiviteit van de bench press (een fitness oefening) deed toenemen [ES = 0.265, 95% BI = 0.132-0.398, p 0.001].

De onderzoekers vonden dat het slikken van creatine de effectiviteit van de chest press (een fitness oefening) deed toenemen [ES = 0.677, 95 % BI = 0.149-1.206, p = 0.012].

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van creatine de krachtprestatie welke geleverd wordt door de bovenste ledematen bij sportoefeningen korter dan 3 minuten verbeterde. Deze verbeterde krachtprestatie was onafhanelijk van de bevolkingsgroepen, sportprotocol en de duur en dosis van de creatinesuppletie.

Oorspronkelijke titel:
Creatine Supplementation and Upper Limb Strength Performance: A Systematic Review and Meta-Analysis by Lanhers C, Pereira B, […], Dutheil F.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27328852

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer over creatine, sportvoeding en krachttraining.

Een hoog carotenoïdenbloedgehalte verlaagt longkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt een hoog bloedgehalte van de verschillende carotenoïden de kans op het krijgen van longkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 17 prospectieve cohort studies met 3603 patiënten met longkanker onder 458434 deelnemers. 

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in 5 studies dat elke verhoging van het bloed alfa-caroteengehalte met 5 μg/100 mL de kans op het krijgen van longkanker significant met 34% [RR = 0.66, 95% BI = 0.55-0.80] verlaagde. Significan wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden in 9 studies dat elke verhoging van het bloed beta-caroteengehalte met 20 μg/100 mL de kans op het krijgen van longkanker significant met 16% [RR = 0.84, 95% BI = 0.76-0.94] verlaagde. Significant want RR van 1 zat niet in de 95% BI van 0.76 tot 0.94. RR van 1 wil zeggen, er is geen risico.

De onderzoekers vonden in 4 studies dat elke verhoging van het bloed totale carotenoïdengehalte met 100 μg/100 mL de kans op het krijgen van longkanker significant met 36% [RR = 0.66, 95% BI = 0.54-0.81] verlaagde.

De onderzoekers vonden in 8 studies dat elke verhoging van het bloed retinolgehalte met 70 μg/100 mL de kans op het krijgen van longkanker significant met 19% [RR = 0.81, 95% BI = 0.73-0.90] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het verband tussen zowel bloed beta-caroteengehalte als het bloed retinolgehalte en het verlaagde risico op het krijgen van longkanker was alleen significant in mannen maar niet in vrouwen.  

De onderzoekers vonden een non-lineair verband tussen zowel het bloed beta-caroteengehalte, het bloed beta-cryptoxanthinegehalte als het bloed lycopeengehalte en het verlaagde risico op het krijgen van longkanker.

Er was te weinig gegevens om een analyse uit te kunnen voeren waarbij gecorrigeerd werd het risicofactor roken.

De onderzoekers concludeerden dat een hoog bloedgehalte aan verschillende carotenoïdentypen zoals, alfa- en beta-caroteengehalte de kans op het krijgen van longkanker verlaagde. Echter, het roken (belangrijkste risicofactor voor het krijgen van longkanker) kon niet als confounder uitgesloten worden.

Oorspronkelijke titel:
Blood concentrations of carotenoids and retinol and lung cancer risk: an update of the WCRF-AICR systematic review of published prospective studies by Abar L, Vieira AR, […], Norat T.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27384231

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over carotenoïden en kanker.
 

370 mg cholesterol per dag of meer verhoogt borstkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verhoogt het eten van cholesterol de kans op het krijgen van borstkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 6 cohort studies en 3 patiënt-controle studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel cholesterol vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van borstkanker significant met 29% [95% BI = 1.06-1.56] verhoogde.

De onderzoekers vonden een nonlineair verband tussen het eten van cholesterol en het krijgen van borstkanker. Echter, dit verband werd pas significant boven 370 mg cholesterol per dag. Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van minimaal 370 mg cholesterol per dag de kans op het krijgen van borstkanker verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Systematic review and meta-analysis suggest that dietary cholesterol intake increases risk of breast cancer by Li C, Yang L, [...], Jiang W.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27333953

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over borstkanker en cholesterol.

 

Antioxidanten via voeding verlaagt alvleesklierkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van antioxidanten de kans op het krijgen van alvleesklierkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 18 studies.  

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoge inname van selenium via voeding de kans op het krijgen van alvleesklierkanker significant met 53% [OR = 0.47, 95% BI = 0.26-0.85] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een hoge inname van vitamine C via voeding de kans op het krijgen van alvleesklierkanker significant met 32% [OR = 0.68, 95% BI = 0.57-0.80] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een hoge inname van vitamine E via voeding de kans op het krijgen van alvleesklierkanker significant met 30% [OR = 0.70, 95% BI = 0.62-0.81] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een hoge inname van β-caroteen via voeding de kans op het krijgen van alvleesklierkanker significant met 26% [OR = 0.74, 95% BI = 0.56-0.98] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat een hoge inname van β-cryptoxanthine via voeding de kans op het krijgen van alvleesklierkanker significant met 30% [OR = 0.70, 95% BI = 0.56-0.88] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel selenium, vitamine C en E, beta-caroteen en beta-cryptoxanthine de kans op het krijgen van alvleesklierkanker verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Association between intake of antioxidants and pancreatic cancer risk: a meta-analysis by Chen J, Jiang W, […], Cai J.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27356952

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over kanker en antioxidanten.

Selenium, vitamine C en E, beta-caroteen en beta-cryptoxanthine zijn antioxidanten.

Deze maaltijden bevatten veel vitamine C.

 

Veel flavonoïden via voeding verlaagt maagkanker onder Europeanen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verschillende epidemiologische studies hebben het verband tussen de inname van flavonoïden via voeding en het risico op het krijgen van kanker aan het spijsverteringskanaal onderzocht. Echter, de resultaten zijn niet overtuigend. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt het eten van flavonoïden de kans op het krijgen van kanker aan het spijsverteringskanaal?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 8 cohort studies en 7 patiënt-controle studies met in totaal 312734 kankergevallen aan het spijsverteringskanaal en 1142276 mensen zonder kanker aan het spijsverteringskanaal.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat veel flavonoïden via voeding vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van slokdarmkanker niet significant met 9% [OR = 0.91, 95% BI = 0.75-1.10, I2 = 0.0%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel flavonoïden vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van dikke darmkanker niet significant met 2% [OR = 1.02, 95% BI = 0.92-1.14, I2 = 36.2%] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel flavonoïden vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van maagkanker niet significant met 12% [OR = 0.88, 95% BI = 0.74-1.04, I2 = 63.6%] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het eten van veel flavonoïden vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van maagkanker onder de Europeanen significant met 22% [OR = 0.78, 95% BI = 0.62-0.97] verlaagde.

De onderzoekers vonden in cohort studies dat het eten van veel flavonoïden vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van maagkanker niet significant met 14% [OR = 0.86, 95% BI = 0.67-1.09] verlaagde.

De onderzoekers vonden in patiënt-controle studies dat het eten van veel flavonoïden vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van maagkanker niet significant met 10% [OR = 0.90, 95% BI = 0.72-1.13] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel flavonoïden de kans op het krijgen van maagkanker onder de Europeanen, maar niet onder de andere bevolkingsgroepen verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Dietary flavonoid intake and the risk of digestive tract cancers: a systematic review and meta-analysis by Bo Y, Sun J, […], Yuan L.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC4845003/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over kanker en flavonoïdenconsumptie.

Minimaal 300 mg calcium per dag verlaagt borstkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
De bevindingen uit observationele studies lieten een mogelijke relatie tussen calcium en het risico op borstkanker zien. Echter, de resultaten van deze onderzoeken zijn onduidelijk en de dosisafhankelijke relatie tussen calcium-inname en het risico op borstkanker moet nog bepaald worden. Daarom wordt deze overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt het eten van calcium de kans op het krijgen van borstkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 11 prospectieve cohort studies met in totaal 26606 mensen met borstkanker onder 872895 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel calcium vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van borstkanker significant met 8% [RR = 0.92, 95% BI = 0.85-0.99, I2 = 44.2%] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het eten van veel calcium vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van borstkanker onder premenopauzale vrouwen significant met 25% [RR = 0.75, 95% BI = 0.59-0.96] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het eten van veel calcium vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van borstkanker onder postmenopauzale vrouwen niet significant met 6% [RR = 0.94, 95% BI = 0.87-1.01] verlaagde. Niet significant wil zeggen, er is geen verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat elke verhoging met 300 mg calcium per dag, de kans op het krijgen van borstkanker onder premenopauzale vrouwen significant met 8% [RR = 0.92, 95% BI = 0.87-0.98] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat elke verhoging met 300 mg calcium per dag, de kans op het krijgen van borstkanker onder postmenopauzale vrouwen significant met 2% [RR = 0.98, 95% BI = 0.97-0.99] verlaagde.  

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel calcium (minimaal 300 mg calcium per dag) de kans op het krijgen van borstkanker, met name onder premenopauzale vrouwen verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Calcium intake and breast cancer risk: meta-analysis of prospective cohort studies by Hidayat K, Chen GC, […], Qin LQ.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27170091

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over borstkanker en calcium.

 

Het eten van isoflavonen verlaagt mogelijk dikke darmkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van flavonoïden de kans op het krijgen van dikke darmkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 18 studies (9 prospectieve cohort studies en 9 patiënt-controle studies) met in totaal 16917 mensen met dikke darmkanker onder 559486 deelnemers. De follow-up duur varieerde tussen 6 en 26 jaar.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in patiënt-controle studies dat een hoge procyanidinen-inname vergeleken met een lage, de kans op het krijgen van dikke darmkanker significant met 25% [OR = 0.75, 95% BI = 0.66-0.86, I2 = 0%] verlaagde.

De onderzoekers vonden in alle studies dat een hoge isoflavonen-inname vergeleken met een lage, de kans op het krijgen van dikke darmkanker significant met 13% [OR = 0.87, 95% BI = 0.78-0.98, I2 = 59.5%] verlaagde. Echter, dit verlaagde risico niet meer signifiant in de cohort studies.

De onderzoekers vonden in alle studies geen verband tussen een hoge totale flavonoïden-inname en de kans op het krijgen van dikke darmkanker [OR = 0.94, 95% BI = 0.81-1.09, I2 = 0.0%]. Dit verlaagde risico was ook niet significant wanneer de analyse beperkt werd tot alleen de cohort studies.

De onderzoekers concludeerden dat zowel het eten van veel procyanidinen als isoflavonen de kans op het krijgen van dikke darmkanker mogelijk verlaagde. Mogelijk omdat het verlaagde risico niet significant was in de cohort studies.

Oorspronkelijke titel:
Dietary intake of flavonoid subclasses and risk of colorectal cancer: evidence from population studies by He X and Sun LM.

Link:
http://www.impactjournals.com/oncotarget/index.php?journal=oncotarget&page=article&op=view&path[]=8562&path[]=25494

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over dikke darmkanker, isoflavonen en flavonoïden.
Procyanidinen zitten in bessen (bosbessen, appelbessen aronia, cranberries) en druivenschillen.

Volkoren graanproducten verlaagt mogelijk alvleesklierkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van volkorenproducten de kans op het krijgen van alvleesklierkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 7 patiënt-controle studies en 1 cohort studie met in totaal 2548 mensen met alvleesklierkanker onder 43629 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel volkorenproducten vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van alvleesklierkanker significant met 24% [OR = 0.76, 95% BI = 0.64-0.91, p  =  0.002, I 2 = 11.7%, p  =  0.339] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel volkorenproducten vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van alvleesklierkanker onder Amerikanen significant met 36% [OR = 0.64, 95% BI = 0.53-0.79, p    0.001, I2 =  0%, p =  0.482, n  =  4] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel volkorenproducten vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van alvleesklierkanker onder Europeanen significant met 5% [OR = 0.95, 95% BI = 0.63-1.43, p  =  0.803, I 2 =  45.6%, p  =  0.175, n  =  2] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel volkoren graanproducten vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van alvleesklierkanker significant met 28% [OR = 0.72, 95% BI = 0.60-0.87, p  =  0.001, I2  = 0% , p  =  0.876, n  =  4] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel volkoren tarweproducten vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van alvleesklierkanker niet significant met 26% [OR = 0.74, 95% BI = 0.27-2.02, p  =  0.554, I2  =  86.3%, p  =  0.007, n  =  2] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel volkorenproducten vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van alvleesklierkanker in hoog kwalitatieve studies niet significant met 19% [OR = 0.81, 95% BI = 0.54-1.23, p  =  0.323] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel volkorenproducten vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van alvleesklierkanker in ziekenhuisgebaseerde studies significant met 25% [OR = 0.75, 95% BI = 0.58-0.98, p  =  0.034] verlaagde. Echter, dit verlaagde risico was niet significant in populatiegebaseerde studies [OR = 0.70, 95% BI = 0.47-1.03, p  =  0.07].

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel volkorenproducten met name graanproducten, de kans op het krijgen van alvleesklierkanker mogelijk verlaagde. Mogelijk omdat dit overzichtsartikel slechts 1 cohort studie kende en het verlaagde risico was niet significant in hoog kwalitatieve studies.

Oorspronkelijke titel:
Whole Grain Intake Reduces Pancreatic Cancer Risk: A Meta-Analysis of Observational Studies by Lei Q, Zheng H, [...], Li J.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC4782845/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over kanker.

 

Een hoog homocysteïnegehalte verhoogt maagkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verhoogt een hoog homocysteïnegehalte de kans op het krijgen van maagkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 27 patiënt-controle studies met 7566 patiënten met maagkanker en 10640 mensen zonder maagkanker.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat elke verhoging van het homocysteïnegehalte met 1 standaarddeviatie de kans op het krijgen van maagkanker significant met 156% verhoogde [OR = 2.56, 95% BI  =  2.41-2.72 p = 5.0×10].

De onderzoekers concludeerden dat een hoog homocysteïnegehalte de kans op het krijgen van maagkanker verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Evaluation of an Association of Blood Homocysteine Levels With Gastric Cancer Risk From 27 Case-Control Studies by Xu W, Cheng Y and Zhu H.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27196483

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over het verlagen van het homocysteïnegehalte en kanker.
 

Sojaproducten verlaagt mogelijk dikke darmkanker onder Aziaten

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van sojaproducten of isoflavonen de kans op het krijgen van dikke darmkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 13 patiënt-controle studies en 4 prospectieve cohort studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van soja-isoflavonen de kans op het krijgen van dikke darmkanker significant met 22% [RR = 0.78, 95% BI = 0.72-0.85, I2 = 34.1%, p = 0.024] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het eten van sojaproducten de kans op het krijgen van dikke darmkanker significant met 21% [RR = 0.79, 95% BI = 0.69-0.89] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het eten van sojaproducten de kans op het krijgen van dikke darmkanker onder Aziaten significant met 21% [RR = 0.79, 95% BI = 0.72-0.87] verlaagde.

De onderzoekers vonden in patiënt-controle studies dat het eten van sojaproducten de kans op het krijgen van dikke darmkanker significant met 24% [RR = 0.76, 95% BI = 0.68-0.84] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van sojaproducten de kans op het krijgen van dikke darmkanker onder Aziaten mogelijk verlaagde. Mogelijk omdat het verlaagde risico alleen in patiënt-controle studies werd gevonden en niet in cohort studies.  

Oorspronkelijke titel:
Soy isoflavone consumption and colorectal cancer risk: a systematic review and meta-analysis by Yu Y, Jing X, [...], Wang D.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27170217

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over dikke darmkanker en soja-consumptie.