Voeding en gezondheid

Depressie

Wetenschappelijke studies (overzichtsartikelen) over de relatie tussen voeding en het voorkomen van depressie:
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

2022:

  1. Seleniumsupplementen verlagen depressie

2021:

  1. Dagelijks 400 mg vitamine B2 supplementen verlaagt migraïne

2020:

  1. 100 gram vis per dag verlaagt hart- en vaatziekten

2019:

  1. Een laag vitamine B12-gehalte verhoogt depressie onder ouderen

2017:

  1. Veel zink via voeding verlaagt een depressie

2016:

  1. Vis verlaagt depressie
  2. Dagelijks 320 mg magnesium per dag via voeding verlaagt depressie

2015:

  1. 3 kopjes thee per dag verlaagt depressie
  2. Een laag magnesiumgehalte verhoogt mogelijk depressie
  3. 0.9 g DHA en 1.4 g EPA gedurende 8 weken verlagen depressie onder vrouwen
  4. Vis verlaagt depressie
  5. Dagelijks 400 ml koffie verlaagt depressie

XXXXXXXXXXXXXXXX

  • Depressie is een van de meest voorkomende psychische stoornissen en onderscheidt zich van “normale” somberheid door de aard en duur van de symptomen.
  • Een depressie is een voortdurend aanwezige neerslachtige stemming die langer dan twee weken duurt en niet vanzelf verdwijnt.
  • Er bestaan verschillende soorten depressies:
    1. Een unipolaire depressie kenmerkt zich doordat iemand zich een lange tijd neerslachtig voelt.
    2. Een bipolaire depressie kenmerkt zich juist door de afwisselende perioden waarin iemand zich een tijd neerslachtig voelt met tijden waarop iemand juist zeer veel energie heeft, opgewekt is en zich onrustig voelt. Wanneer iemand dit ervaart, spreken we van een manie.
      Bipolaire depressie wordt ook wel manisch-depressief genoemd.
  • Zowel erfelijke als omgevingsfactoren spelen een rol bij het ontstaan van een depressie.
  • Het is moeilijk om één oorzaak voor depressie te geven, het is vaak een combinatie van verschillende factoren.
  • Een tekort aan de neurotransmitters serotonine en noradrenaline kan een depressie in de hand werken.
  • Bij zo’n 60 procent van de mensen verdwijnt een depressie binnen een half jaar.
  • In 10 à 15% van de depressies is er sprake van psychotische kenmerken, d.w.z. er is een gestoorde toetsing van de realiteit.
  • Depressie komt bij vrouwen tweemaal zo vaak voor als bij mannen en komt het meest voor in de leeftijd 25-45 jaar. Echter, als het eenmaal zover is zijn het beloop en de kans op herhaling ongeveer gelijk.
  • In het algemeen geldt dat de ernst van de symptomen toeneemt met de ernst van de depressie. 
  • Symptomen van een depressie kunnen zijn:
    • Een sombere en droevige stemming, dit uit zich in verlies van het vermogen om plezier te hebben en om van dingen te genieten.
    • Verlies van energie, futloosheid en gebrek aan initiatief.
    • Concentratieproblemen, snel afgeleid zijn.
    • Negatief zelfbeeld, negatief beeld van anderen en van de toekomst.
    • Denken aan zelfdoding. 
    • Gevoelens van machteloosheid, wanhoop of angst.
    • Vermindering of zelfs verdwijning van seksuele gevoelens, bij mannen kunnen er erectiestoornissen optreden.
    • Trager worden in denken, bewegen en reageren.
    • Slaapproblemen (niet kunnen inslapen, vroeg wakker worden, overmatige slaapbehoefte hebben, moeilijk uit bed kunnen komen).
    • Besluitloosheid.
    • Lichamelijke problemen zoals verstopping, een droge mond, onverklaarbare pijn, duizeligheid, hartkloppingen, benauwdheid, trillende handen, druk op de borst, hoofdpijn en rugpijn.
    • Eetproblemen, zoals verminderde eetlust of juist vreetbuien.
    • Sneller geírriteerd dan normaal.
    • Huilen zonder dat dit oplucht of graag willen huilen maar dit niet kunnen.
    • Vergeetachtigheid.
  • De depressietest helpt u om in te schatten wat de ernst van uw gevoelens is.

 

Suikerziekte

Hieronder vindt u wetenschappelijke onderzoeken (overzichtsartikelen) naar suikerziekte: 
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

2024:

  1. Dierlijke eiwitten verhogen suikerziekte type 2

2022:

  1. Dagelijks 500 mg flavonoïden via voeding verlaagt hart- en vaatziekte, suikerziekte en een hoge bloeddruk
  2. Vitamine D-tekort verhoogt blindheid bij mensen met suikerziekte
  3. Dagelijks 50 mg amandelen verlagen causaal slecht cholesterol bij mensen met suikerziekte type 2
  4. Gembersupplementen verlagen nuchter bloedsuikergehalte van patiënten met suikerziekte type 2

2021:

  1. Veel carotenoïden via voeding verlagen suikerziekte type 2
  2. Zoutverlaging verlaagt causaal bloeddruk bij mensen met suikerziekte type 2
  3. Dagelijks 80 gram aardappelen verhogen suikerziekte type 2
  4. Vitamine C supplementen verlagen cholesterolgehalte van mensen met suikerziekte type 2
  5. Spirulina supplementen verlagen nuchter bloedglucosegehalte van mensen met suikerziekte type 2
  6. Druiven verlagen causaal HOMA-IR waarde bij volwassenen
  7. Chromiumsupplementen verhogen goed cholesterol van mensen met suikerziekte type 2
  8. L-arginine supplementen verlagen niet suikerziekte bij volwassenen
  9. 1.5 g/d knoflooksupplementen verhogen adiponectinegehalte bij mensen onder 30 jaar
  10. Veel pindakaas verlaagt mogelijk suikerziekte type 2
  11. Dieet met <30 En% koolhydraten verhoogt causaal adiponectinegehalte bij volwassenen
  12. Dagelijks 1.5 g EPA + DHA verbetert insulinegevoeligheid bij kinderen
  13. Vitamine C supplementen verlagen mogelijk bloeddruk bij patiënten met suikerziekte type 2
  14. Suikerziekte type 1 verlaagt botmineraaldichtheid bij kinderen en adolescenten

2020:

  1. 2-3 porties vis per week verlagen coronaire hartziekte onder patiënten met suikerziekte type 2
  2. Vitamine B3-supplementen verlagen slecht cholesterol van patiënten met suikerziekte type 2
  3. Dagelijks 8.4 tot 10 gram inulinesupplementen voor 8 weken verlagen suikerziekte type 2
  4. Zuurbessen verlagen insulinegehalte
  5. Dagelijks 40 gram soja consumptie gedurende 12 weken verhoogt het IGF-1 gehalte
  6. Dagelijs 100 mg magnesium via voeding verlaagt een beroerte
  7. Dagelijks 100 gram (rood)vlees verhoogt suikeziekte type 2
  8. Probiotica verlagen hart- en vaatziekte
  9. Psylliumvezel verlaagt slecht cholesterol bij mensen met suikerziekte
  10. Tofu verlaagt suikerziekte type 2
  11. Obesitas verhoogt dementie

2019:

  1. Veel zink via voeding verlaagt suikerziekte type 2
  2. 100 mg magnesium verlaagt suikerziekte type 2
  3. Pinda’s verlagen het nuchter insulinegehalte
  4. Vetarme zuivelproducten verlagen buikomtrek en lichaamsgewicht
  5. Graanvezels via voeding verlagen suikerziekte type 2
  6. Patiënten met suikerziekte hebben baat bij voeding met een lage n-6/n-3 ratio
  7. Zinksupplementen verlagen suikerziekte
  8. Hoge eiwitconsumptie verhoogt suikerziekte type 2
  9. Probiotica en prebiotica verlagen onstekingen bij suikerpatiënten
  10. Foliumzuursupplementen verlagen nucher insulinegehalte
  11. Suikerpatiënten type 2 hebben baat bij 13.1 gram viskeuze voedingsvezelssupplementen

2018:

  1. 88 µg vitamine D per dag verlaagt suikerziekte type 2
  2. 1 portie aardappelen per dag verhoogt suikerziekte type 2
  3. Dagelijks 150 gram friet verhoogt suikerziekte type 2
  4. Knoflook verlaagt het nuchter glucosegehalte van patiënten met suikerziekte
  5. Gembersupplementen verlagen lichaamsgewicht van mensen met overgewicht of obesitas
  6. Dagelijks veel granenvezels verlaagt mogelijk suikerziekte type 2
  7. Een voeding met 6 En% plantaardig eiwit verlaagt suikerziekte type 2
  8. Minimaal 550 mg flavonoïden per dag verlaagt suikerziekte type 2
  9. Vetrijk dieet verhoogt suikerziekte type 2
  10. Foliumzuursupplementen verlagen het nuchter glucosegehalte
  11. Mensen met suikerziekte type 2 hebben baat bij lage GI-diëten
  12. Vitamine K-supplementen verlagen niet suikerziekte type 2
  13. 3 gram L-carnitinesupplementen verlagen het leptinegehalte van suikerpatiënten

2017:

  1. Een hoog kaliumgehalte in het bloed verlaagt suikerziekte type 2
  2. Granaatappelsupplementen verlagen niet suikerziekte
  3. Mensen met suikerziekte type 2 hebben baat bij een koolhydratenarm dieet
  4. Een dieet met 4.4 gram alfa-linoleenzuur gedurende 3 maanden verlaagt niet suikerziekte type 2
  5. Vetegarisch dieet verlaagt suikerziekte type 2
  6. Wekelijks 30-180 gram chocolade verlaagt hart- en vaatziekten en suikerziekte
  7. Probiotica-supplementen verlagen bloedglucosegehalte van suikerpatiënten type 2
  8. Vitamine K-supplementen verlagen niet suikerziekte
  9. Olijfolie verlaagt suikerziekte type 2
  10. Mensen met suikerziekte type 2 hebben baat bij een dieet met minder 45 En% koolhydraten
  11. Vitamine C-supplementen gedurende minimaal 30 dagen verlaagt het glucosegehalte van suikerpatiënten type 2
  12. Magnesiumsupplementen verlagen hart- en vaatziekten onder suikerpatiënten type 2
  13. Appels en peren verlagen suikerziekte type 2
  14. Een laag folaat- en vitamine B12-gehalte verhogen zenuwpijn bij suikerpatiënten type 2
  15. Vitamine C en D verlagen de bloeddruk van suikerpatiënten type 2

2016:

  1. Vitamine D supplementen verlagen het LDL-cholesterolgehalte van suikerpatiënten type 2
  2. Suikerziekte verhoogt borstkanker onder vrouwen
  3. Probiotica verlagen het nuchter glucosegehalte van suikerpatiënten
  4. Flavanolen uit cacao verlagen hart- en vaatziekten en suikerziekte type 2
  5. Suikerziekte type 2 verhoogt mogelijk dikke darmkanker
  6. Dagelijks 260 mg co-enzym Q10 supplementen verlagen het nuchter glucosegehalte
  7. Dagelijks 1-6 gram EPA + DHA verlaagt mogelijk ontstekingen in mensen met suikerziekte type 2
  8. Een voedingspatroon met veel dierlijke eiwitten verhoogt suikerziekte type 2
  9. Minimaal 17 gram bessen per dag verlaagt suikerziekte type 2
  10. Magnesiumsupplementen verlagen  het nuchter plasma glucosegehalte van mensen met suikerziekte
  11. Soja-eiwitten verlagen nuchter glucosegehalte van mensen met suikerziekte type 2
  12. Minimaal 8 weken probiotica verlaagt suikerziekte type 2
  13. Dagelijks 1 portie suikergezoete dranken verhoogt suikerziekte type 2
  14. Magnesiumsupplementen gedurende 4 maanden of langer verlagen het nuchter glucosegehalte
  15. Een seleniumbloedwaarde tussen 97.5 en 132.5 μg/L verlaagt suikerziekte type 2
  16. Suikerpatiënten type 2 hebben een laag vitamine D-bloedgehalte
  17. Suikerziekte type 2 verhoogt de ziekte van Parkinson
  18. Dagelijks 2-3 glazen wijn verlaagt suikerziekte type 2
  19. Isoflavonen verlagen suikerziekte type 2 bij menopauzale vrouwen
  20. Vitamine D-supplementen verlaagt bloeddruk van mensen met suikerziekte type 2
  21. Een lichte tot matige alcoholconsumptie verlaagt suikerziekte type 2
  22. Krachttraining verlaagt systolische bloeddruk van mensen met het metabole syndroom
  23. Patiënten met suikerziekte type 2 hebben alleen baat bij het slikken van chromium afkomstig van biergist
  24. Een laag vet-dieet of een laag koolhydraten-dieet verlaagt gewichtsverlies
  25. Minimaal 3 eieren per week verhoogt suikerziekte type 2 onder Amerikanen
  26. Veel bessen, donkergroene bladgroenten en kruisbloemige groenten verlaagt suikerziekte type 2
  27. Veel kruisbloemige groenten verlaagt suikerziekte type 2
  28. 2.5-3.5 gram haver beta-glucanen gedurende 3 tot 8 weken verlaagt het nuchter glucosegehalte van patiënten met suikerziekte type 2

2015:

  1. Suikerpatiënten hebben mogelijk baat bij plantaardig eiwit
  2. Dagelijks 50 gram bewerkt vlees verhoogt het nuchter glucosegehalte bij mensen met overgewicht
  3. Dagelijks 100 mg magnesium via voeding verlaagt suikerziekte type 2

2014:

  1. Dagelijks 1 portie fruit verlaagt suikerziekte type 2
  2. Vitamine D-supplementen verlaagt niet suikerziekte type 2
  3. Minstens 200 gram fruit per dag verlaagt suikerziekte type 2
  4. Dagelijks 330 ml frisdrank verhoogt suikerziekte type 2
  5. Havermout verlaagt het nuchter insulinegehalte
  6. Matig alcoholgebruik verbetert de insulinegevoeligheid bij vrouwen
  7. Een hoge inname van suikergezoete vruchtensap verhoogt suikerziekte type 2
  8. 1-6 kopjes koffie per dag verlagen suikerziekte type 2 
  9. Minstens 25 gram vezels per dag verlaagt suikerziekte type 2

2013:

  1. Zinksupplementen verlagen het nuchter bloedsuikergehalte
  2. Een kransslagader calcium score boven 10 verhoogt hart- en vaatziekten onder patiënten met suikerziekte type 2
  3. Een vitamine D-bloedwaarde lager dan 50 nmol/L tijdens de zwangerschap verhoogt pre-eclampsie, zwangerschapdiabetes, een vroeggeboorte en een SGA-baby
  4. Een hoog vitamine D bloedniveau verlaagt suikerziekte type 2
  5. Dagelijks 50 mg magnesium via voeding verlaagt het nuchter glucose- en insulinegehalte
  6. 250 mcg chromiumsupplementen verlaagt het nuchter bloedsuikerniveau van suikerpatiënten type 2
  7. Visoliesupplementen verlagen mogelijk suikerziekte type 2
  8. 12 weken groene thee of langer verlaagt het nuchter bloedsuikergehalte
  9. Veel flavonoïden via voeding verlaagt suikerziekte type 2
  10. Mensen met suikerziekte hebben baat bij een koolhydratenarm-, eiwitrijk-, Mediterraan- of een laag GI-dieet
  11. Heemijzer verhoogt suikerziekte type 2
  12. Meer dan 95 gram suikers per 2000 kcal verhoogt suikerziekte type 2
  13. Een verhoogde CRP- en IL-6-bloedconcentratie verhogen de kans op het krijgen van suikerziekte type 2

2012:

  1. Witte rijst verhoogt de kans op suikerziekte type 2
  2. Suikerziektepatiënten type 2 hebben baat bij vezelinname
  3. Een hoog ferritinegehalte en een hoge heem-ijzerinname verhogen de kans op het krijgen van suikerziekte type 2
  4. Koffie verlaagt de kans op suikerziekte type 2
  5. Geen verband tussen transvetzuren en de suikerhuishouding
  6. Foliumzuursupplementen verlagen het homocysteïnegehalte bij mensen met suikerziekte type 2
  7. Suikerziekte verhoogt de kans op primaire leverkanker

2010:

  1. Donkergroene bladgroenten verlagen mogelijk de kans op het krijgen van suikerziekte type 2

2009:

  1. Peulvruchten verlagen mogelijk de bloedsuikerwaarden in mensen met of zonder suikerziekte

2008:

  1. Een GI-voeding van 58 verhoogt suikerziekte type 2 en borstkanker

XXXXXXXXXXXXXXXX

De bloedsuikerspiegel (bloedglucosegehalte) van het lichaam wordt geregeld door het hormoon insuline, dat gemaakt wordt in de eilandjes van Langerhans van de alvleesklier.
Insuline zorgt ervoor dat het bloedsuikergehalte gedurende de dag binnen de bepaalde grenzen blijft. Bij gezonde mensen ligt het bloedsuikergehalte tussen 4 tot 6 millimol per liter (nuchter) en 9 millimol per liter (na een maaltijd).
Wanneer na het eten het bloedsuikerspiegel stijgt, maakt de alvleesklier veel insuline aan. Door de hoge hoeveelheid insuline daalt het bloedsuikerspiegel en zo houdt het lichaam de bloedsuikerspiegel binnen de grens van 4 tot 6 millimol per liter.

Suikerziekte is eigenlijk een misleidende naam want in principe wordt suikerziekte niet veroorzaakt door de (hoge) consumptie van suiker. Bij suikerziekte kan het lichaam het bloedsuikergehalte namelijk niet meer in evenwicht (tussen 4 en 6 millimol per liter) houden. Het nuchter bloedsuikergehalte van suikerpatiënten ligt daardoor boven 8 millimol per liter.
De medische term voor suikerziekte is diabetes mellitus. Diabetes mellitus is Latijn voor honingzoete doorstroming. De naam is ontleend aan één van de belangrijkste verschijnselen bij diabetes, namelijk de productie van grote hoeveelheden zoete urine. De zoete urine is het gevolg van een te hoge concentratie van suiker in het bloed. Door het verwijderen van suiker via de urine probeert het lichaam de hoge bloedsuikerspiegel te verlagen. Dit verklaart waarom suikerpatiënten vaak naar de toilet moeten. Een langdurig hoger suikergehalte in het bloed, wat bij suikerziekte vaak het geval is, kan nier-, oog- en voetproblemen geven; de genaamde diabetes complicaties.

Suikerziekte is een chronische stofwisselingsziekte waarbij het suikergehalte in het bloed verhoogd is. Suikerziekte kan in 2 typen worden ingedeeld: type 1 en type 2.
Bij suikerziekte type 1 kan het lichaam niet goed of niet meer insuline produceren. Suikerziekte type 1 komt veel voor bij jongeren en kinderen, maar is in het algemeen een vorm die minder vaak voorkomt dan type 2. Suikerziekte type 1 is ongeneesbaar en de precieze oorzaak is vaak onbekend. Suikerziekte type 1 wordt ook insuline-afhankelijke diabetes mellitus genoemd.
Bij suikerziekte type 2 reageert het lichaam niet meer goed op de insuline. Suikerziekte type 2 komt voornamelijk voor bij ouderen en bij mensen met overgewicht (BMI>25). De behandeling van suikerziekte type 2 bestaat in de eerste instantie uit dieetadviezen in combinatie met het bereiken van een gezond gewicht (BMI = 18.5-25). In tegenstelling tot type 1 is type 2 geneesbaar. Suikerziekte type 2 wordt ook niet-insuline-afhankelijke diabetes mellitus genoemd.
Aangezien suikerziekte type 1 en type 2 níet dezelfde oorzaken hebben, worden ze heel verschillend van elkaar behandeld. Terwijl de behandeling van type 2 voornamelijk uit voedingsadviezen in combinatie met afvallen bestaat, bestaat de behandeling van type 1 voornamelijk uit het toedienen van insuline of het transplanteren van de alvleesklier.

Dit zijn de gevolgen waar veel suikerpatiënten mee te maken kunnen krijgen:

  • Amputatie van ledematen
  • Depressie
  • Hart- en vaatziekten
  • Huidproblemen
  • Maag- en darmenproblemen
  • Nieraandoeningen
  • Oogaandoeningen
  • Problemen aan de gewrichten
  • Problemen met de hersenen
  • Seksualiteitsproblemen
  • Voetproblemen
  • Zenuwenaandoeningen

Suikerziekte kan vastgesteld worden aan de hand van de volgene biomerkers (stof die door een verhoging of verlaging in het bloed/lichaam een indicator is van een bepaalde ziekte):

  • HOMA-IR test. Bij deze test wordt de nuchtere serum glucoseconcentratie vermenigvuldigd met de nuchtere serum insulineconcentratie en gedeeld door 22.5. Er is sprake van insulineresistentie bij een waarde groter dan 2.71.
    Suikerpatiënten hebben een HOMA-IR waarde boven 2.71.
  • Nuchter bloedsuikerspiegel. De bloedglucosespiegel (glykemie, suikerspiegel, suikergehalte) is een maat voor de hoeveelheid glucose die opgelost is in het bloed en wordt uitgedrukt in millimol per liter (mmol/l). Een normale nuchtere waarde (acht uur daarvoor niets gegeten of gedronken behalve water) ligt tussen de 4.0 en de 6.0 mmol/L.
    Suikerpatiënten hebben een nuchter bloedglucosespiegel boven 6.0 mmol/L.
  • HbA1c-gehalte. Rode bloedcellen in het lichaam hebben een levensduur van 2-3 maanden. Het HbA1c (of glyHb) geeft het percentage rode cellen aan waaraan glucose is geplakt en weerspiegelt dus het gemiddelde glucosegehalte in de voorafgaande 2-3 maanden. Het HbA1c-gehalte in het bloed wordt vooral gebruikt om te beoordelen of mensen met suikerziekte goed worden behandeld of niet.
    Suikerpatiënten hebben een HbA1c-gehalte boven 7%.
  • De albumine/kreatinine ratio is de verhouding tussen de hoeveelheid albumine en de hoeveelheid kreatinine die is uitgescheiden in een urine portie. Met deze bepalingen wordt het risico op het ontwikkelen van een nierziekte of een hart- en vaatziekte ingeschat en vervolgd bij met name suikerpatiënten.
  • Adiponectine is een eiwit dat door gezonde vetcellen wordt afgescheiden. Het remt de eetlust en verbetert de werking van insuline waardoor spierweefsel meer energie kan opnemen.
    Bij de mensen met overgewicht (BMI>25) is de adiponectine-gehalte in het bloed lager dan bij de mensen met een normaal gewicht. Een lager adiponectine-gehalte wordt geassocieerd met een verminderde insulinegevoeligheid. Suikerpatiënten hebben een verminderde insulinegevoeligheid.
 GoedAanvaardbaarSuikerziekte type 2
Nuchter glucosegehalte (mmol/l)4-77 - 8> 8
Glucose 2 uur post prandiaal (mmol/l)< 99 - 10> 10
HbA1c-gehalte (%)< 77 - 8.5> 8.5

Voedingsadviezen bij suikerziekte:

  • Kies voor producten die minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal leveren, voor producten met maximaal 30 En% vet, voor producten met maximaal 7 En% verzadigde vet, voor producten met 10-20 En% eiwit, voor producten met maximaal 10 En% eenvoudige suikers en voor producten met een laag GI-getal (55 of lager) oftewel een dagelijkse voeding met:

    10-20 En% eiwit, maximaal 30 En% vet, maximaal 7 En% verzadigd vet, maximaal 0.3 gram zout per 100 kcal, maximaal 10 En% eenvoudige suikers en minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal.
     
  • Streef naar een gezond gewicht. Een gezond gewicht heeft een BMI van 18.5-25. BMI is gewicht gedeeld door lengte in kwadraat oftewel gewicht (kg)/lengte2 (m).
  • Minimaal 60-90 minuten per dag besteden aan lichaamsbeweging of minimaal 10.000 stappen per dag.
  • Eet minimaal 3 keer per week vette vis. Vette vis bevat meer EPA en DHA dan niet-vette vis.
  • Eet ten minste 200 gram groente en ten minste 200 gram  fruit per dag oftewel 30-40 gram voedingsvezels per dag.
  • Eet veel volkorenproducten, zoals bruinbrood en havermout en peulvruchten.
  • Beperk tot 1-2 glazen alcohol voor mannen en 0-1 glas voor vrouwen per dag oftewel <20 gram alcohol per dag.

Zwangerschap & lactatie

Hieronder vindt u wetenschappelijke onderzoeken (overzichtsartikelen) naar het verband tussen voeding en zwangerschap & lactatie:
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patiënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

2023:

  1. Vrouwen met zwangerschapsdiabetes hebben baat bij probiotica/synbiotica supplementen
  2. Vitamine B6 supplementen verminderen misselijkheid en braken tijdens zwangerschap

2021:

  1. Magnesiumsupplementen verlagen niet krampen in de benen tijdens zwangerschap
  2. Borstvoeding verlaagt eierstokkanker onder vrouwen met BRCA-1 of BRCA-2 genmutatie
  3. Vitamine- en mineralensupplementen verlagen oxidatieve stress bij vrouwen met zwangerschapsdiabetes
  4. Dagelijks >650 mg DHA + EPA supplementen tijdens zwangerschap verhoogt geboortegewicht
  5. Dagelijks 400 microgram foliumzuur tijdens zwangerschap verlaagt autisme
  6. Vitamine A suppletie verlaagt bronchopulmonale dysplasie bij prematuur geboren baby’s
  7. Dagelijks 100 mg cholesterol verhoogt zwangerschapsdiabetes

2020:

  1. Probiotica-supplementen tijdens zwangerschap verlagen eczeem bij nakomelingen
  2. Een hoger vitamine D-gehalte tijdens zwangerschap verlaagt MS bij nakomeling
  3. Omega-3 vetzuren + vitamine E of D verlagen zwangerschapsdiabetes
  4. N-3 vetzurensupplementen verlagen pre-eclampsie tijdens de zwangerschap

2019:

  1. DHEA-supplementen verhogen vruchtbaarheid bij vrouwen
  2. Een hoog vrije vetzurengehalte verhoogt zwangerschapsdiabetes
  3. Foliumzuur tijdens zwangerschap verlaagt acute lymfatische leukemie bij kinderen
  4. 0.6-2 gram calciumsupplementen per dag verlaagt zwangerschapsvergiftiging
  5. Steady state bloed foliumzuurconcentratie wordt bereikt met 100 mcg foliumzuur 

2018:

  1. Probiotica-supplementen zowel voor als na de zwangerschap verlagen atopische dermatitis
  2. 2 keer 2 gram inositolsupplementen per dag verlaagt zwangerschapsdiabetes
  3. 3-6 maanden na de geboorte is beste moment om eieren te introduceren
  4. PUFA-supplementen verhogen niet intelligentie van baby’s met een laag geboortegewicht
  5. Vegetarisch dieet tijdens zwangerschap verhoogt baby met een laag geboortegewicht onder Aziaten
  6. Myo-inositol supplementen verlagen zwangerschapsdiabetes en een vroeggeboorte 
  7. Bloedarmoede aan begin zwangerschap verhoogt een SGA-baby
  8. Probiotica- en visoliesupplementen tijdens zwangerschap verlagen allergie

2017:

  1. Borstvoeding verlaagt baarmoederkanker
  2. Dagelijks 1 mg heemijzer via voeding verhoogt zwangerschapsdiabetes
  3. Vitamine D-tekort verhoogt spontane miskraam tijdens de eerste trimester van de zwangerschap
  4. Een hoog serum kopergehalte verhoogt zwangerschapsvergiftiging onder Aziaten 
  5. Visconsumptie tijdens de zwangerschap verlaagt niet allergie bij nakomelingen in de leeftijd tussen 0 en 8 jaar
  6. Vitamine D-tekort tijdens zwangerschap verhoogt vroeggeboorte
  7. Vitamine B12-tekort tijdens de zwangerschap leidt tot een laag geboortegewicht

2016:

  1. Foliumzuursupplementen tijdens zwangerschap verlagen een vroeggeboorte en een SGA-baby
  2. Borstvoeding geven beschermt vrouwen tegen botontkalking op latere leeftijd
  3. Een hoog kopergehalte in het bloed verhoogt zwangerschapsvergiftiging
  4. Een laag vitamine D-gehalte tijdens de zwangerschap verhoogt eczeem in de kindertijd
  5. Multivitaminesupplementen verlaagt niet een zwangerschapsvergiftiging
  6. Visoliesupplementen tijdens de zwangerschap verlaagt vroeggeboorte en verhoogt geboortegewicht
  7. Vitamine D-tekort verhoogt vroeggeboorte
  8. Een laag serum zink-, calcium- of magnesiumgehalte verhoogt de bloeddruk tijdens de zwangerschap
  9. Vitamine D-tekort verhoogt zwangerschapsdiabetes
  10. 4-6 maanden na de geboorte is de beste tijd om gluten te introduceren bij baby’s

2015:

  1. Koffie tijdens de zwangerschap verhoogt niet neuraalbuisdefecten
  2. Vrouwen met zwangerschapsdiabetes hebben een hoog triglyceridengehalte en een laag HDL-cholesterolgehalte
  3. Borstvoeding verlaagt baarmoederkanker
  4. Foliumzuur tijdens de zwangerschap verlaagt mogelijk aangeboren hartafwijkingen
  5. Vrouwen met zwangerschapdiabetes hebben minder selenium in het lichaam

2014:

  1. Overgewicht tijdens de zwangerschap verhoogt astma in de kindertijd

2013:

  1. Een vitamine D-bloedwaarde lager dan 50 nmol/L tijdens de zwangerschap verhoogt pre-eclampsie, zwangerschapdiabetes, een vroeggeboorte en een SGA-baby
  2. L-argininesupplementen verlagen de bloeddruk tijdens de zwangerschap
  3. Consumptie van vis verlaagt astma bij kinderen
  4. 10 tot 66 mg ijzer per dag tijdens de zwangerschap verhoogt het geboortegewicht
  5. Zowel onder- als overgewicht van de moeder heeft nadelige effecten op de pasgeborene
  6. PUFA’s in zuigelingenvoeding verbeteren mogelijk de gezichtsscherpte van baby’s tot 12 maanden
  7. Jodium-tekort velaagt de IQ van kinderen tot 5 jaar

20112:

  1. PUFA’s in zuigelingenvoeding verbeteren niet het cognitief vermogen van baby’s
  2. Borst- en flesgevoede baby’s hebben niet dezelfde lichaamssamenstelling
  3. Vrouwen hebben baat bij het slikken van multivitamine-supplementen tijdens de zwangerschap
  4. Een hoog maternaal homocysteïnegehalte verhoogt de kans op een SGA-baby
  5. Borstvoeding biedt bescherming tegen suikerziekte type 1
  6. PUFA-supplementen geven geen verbeteringen van de visuele en de neurologische ontwikkeling bij foetus

XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX

Een zwangerschap duurt gemiddeld 40 weken oftewel 9 maanden. Een zwangerschapsduur tussen 37 en 42 weken wordt als normaal beschouwd. De periode van 37 tot 42 weken wordt dan ook "de à terme periode" genoemd. Na ongeveer zestien weken kan de zwangere vrouw de baby voelen bewegen (schoppen). Het geslacht is pas duidelijk kenbaar na de veertiende week. Na 30 weken van zwangerschap is de baby in staat om een taal te herkennen.

Tijdens de zwangerschap krijgt het kind via de placenta oftewel moederkoek voedingstoffen voor de groei. Echter, de vetoplosbare vitamines kunnen heel slecht de placenta passeren en dat verklaart waarom een pasgeborene weinig reserves aan vetoplosbare vitamines (vitamine A, D, E en K) heeft.

De zwangerschap wordt in 3 perioden onderverdeeld:

  1. De eerste 3 maanden. Tijdens deze maanden worden alle organen van de foetus aangelegd.
  2. De tweede 3 maanden, waarin de organen zich verder ontwikkelen.
  3. De laatste 3 maanden, waarin het accent op groei ligt. Tijdens deze 3 maanden krijgt het ongeboren kind per dag 67 mg DHA van de moeder.
    Tijdens deze laatste 3 maanden, ligt de behoefte aan n-3 vetzuren voor de moeder rond 50 mg/kg/dag en voor n-6 vetzuren rond 400 mg/kg/dag. Dus als de moeder 70 kg weegt, moet zij dagelijks 3500 mg (50 mg x 70 kg) n-3 vetzuren binnenkrijgen.

Meest voorkomende ongemakken tijdens de zwangerschap zijn:

  • Ochtendmisselijkheid.
  • Maagzuur en obstipatie.
  • Afkeer voor producten die zij normaliter graag gebruiken (bijvoorbeeld, koffie).
  • Een onbedwingbare aantrekkingskracht voor bepaalde levensmiddelen (bijvoorbeeld, augurken).
  • Hoge bloeddruk.
  • Zwangerschapsdiabetes.
  • Vochtophoping.

Een vrouw met een BMI van 18.5-25 komt gedurende de zwangerschap gemiddeld 12 kilogram aan, waarvan ongeveer een derde het gewicht van het kind zelf is.
Een richtlijn voor de gewichtstoename bij een zwangerschap is een stijging van het lichaamsgewicht van voor de zwangerschap met 20%.

BMI voor zwangerschap

Gewenste gewichtstoename tijdens zwangerschap

<19.8

12.5-18

19.8-26

11.5-16

26-29

7-11.5

>29

6

Een vrouw met 65 kg en 1.57 meters heeft een BMI van 26.4 (65/(1.57x1.57)). BMI is kg/m2.

De energiebehoefte neemt tijdens de zwangerschap toe:

De  zwangerschapsduur

Extra kcal per dag

De eerste 3 maanden

70

3 maanden tot 6 maanden

260

De laatste 3 maanden

50

Tijdens borstvoeding heeft de vrouw gemiddeld extra 500 kcal per dag nodig. Tijdens borstvoeding wordt de vetreserves die tijdens de zwangerschap opgebouwd zijn, afgebroken. De meeste vrouwen zijn 6 maanden tot een jaar na de bevalling weer op hun gewicht van vóór de zwangerschap.

Het is niet wenselijk dat een vrouw tijdens de zwangerschap afvalt tenzij het moet van de huisarts.

De Wereldgezondheidsorganisatie laat zien dat een optimale geboortegewicht van 3.1-3.6 kg is geassocieerd met een gewichtstoename van 10-14 kg tijdens de zwangerschap.

Een gemiddeld geboortegewicht (gewicht van een pasgeborene) is ongeveer 3500 mg. Er is sprake van ondergewicht wanneer de pasgeborene minder dan 2500 mg weegt.

Geboorte:
Tegenwoordig wordt een baby die bij de geboorte te klein is voor de zwangerschapsduur “een SGA- baby” genoemd.

Bij een geboorte tot 16 weken zwangerschap spreekt men van een miskraam.
Bij een geboorte bij 24 tot 26 weken zwangerschap is er sprake van de grens van levensvatbaarheid.
Bij een geboorte bij 32 weken zwangerschap of minder spreekt men van extreme prematuriteit.
Bij een geboorte bij 28 tot 37 weken zwangerschap spreekt men van prematuriteit oftewel vroeggeboorte.
Bij een geboorte bij 37 tot 42 weken spreekt men van voldragen.

Moedermelk productie:
Borstvoeding bevat de eerste 4-6 maanden voldoende voedingstoffen om de totale behoefte van de pasgeborene te voldoen. Het aanbod van moedermelk wordt automatisch afgestemd op de vraag van de pasgeborene. Na 4-6 maanden moet de pasgeborene naast borstvoeding ook opvolgmelk krijgen. In principe kan borstvoeding tot de eerste 2 jaar gegeven worden.

Bij het aanleggen van de borst krijgt de pasgeborene eerst de voormelk (bevat weinig vet en veel lactose) en als laatst de namelk (bevat veel vet, vetzuren en vitamines). Daarom is het belangrijk dat een kind altijd eerst de ene borst moet leegdrinken, voordat aan de andere begonnen wordt. Anders gezegd, hoe leger de borst, des vetter de moedermelk.

Regelmatig en met korte tussenpozen het kind laten drinken is goed voor de productie van de moedermelk. In de kraamtijd is de richtlijn zo'n acht tot twaalf voedingen per 24 uur. Elke borst produceert gemiddeld 400 ml melk per 24 uur.
Moedermelk levert gemiddeld 75 kcal en 4.2 gram vet per 100 ml.

Voedingsadviezen bij zwangerschap:

  • Een gebalanceerde voeding tijdens de zwangerschap bevat producten met 15-20 En% eiwit, producten met maximaal 30-35 En% vet, producten met maximaal 7-10 En% verzadigd vet, producten met maximaal 0.1-0.5 gram natrium per 100 gram product, producten met minimaal 1.3 gram vezels per 100 kcal en vissen die 450 mg EPA en DHA (waarvan 200 mg DHA) per dag leveren oftewel een dagelijkse voeding met:

    15-20 En% eiwit, maximaal 30-35 En% vet, maximaal 7-10 En% verzadigd vet, maximaal 0.3 gram zout per 100 kcal en minimaal 1.3 gram vezels per 100 kcal.
     
  • Drink geen alcohol.
  • Stop met roken.
  • Consumeer niet meer dan 200-300 mg cafeïne per dag. 1 kopje koffie levert gemiddeld 100 mg cafeïne.
  • Slik 400 microgram foliumzuursupplement per dag gedurende een periode van tenminste vier weken vóór tot de eerste acht weken van de zwangerschap.
  • Eet niet meer dan 3000 microgram vitamine A per dag. 3000 microgram vitamine A komt overeen met 25 gram lever-(producten).
  • Streef naar een BMI van 18.5-25 vóórdat u de zwangerschap ingaat. Wetenschappelijke studies lieten zien dat een BMI van 23 ideaal is om een zwangerschap in te gaan.
  • Eet vis die minimaal 200 mg DHA per dag levert. DHA is nodig voor de ontwikkeling van de hersenen en het gezichtsvermogen.  
  • De WHO adviseert minimaal 300 mg DHA+EPA per dag gedurende de zwangerschap. Vette vissen bevatten meer DHA+EPA dan niet vette vissen. Vetten vissen zijn makreel, haring, sardines, paling, bokking, ansjovis en zalm.
  • De Gezondheidsraad adviseert 2 keer vis per week gedurende de zwangerschap.
  • Eet geen rauw of halfgaar (rosé gebakken) vlees omdat de vrouw geïnfecteerd kan raken met toxoplasmose. Toxoplasmose kan blijvende schade veroorzaken aan de hersenen en de ogen van het ongeboren kind. Uitwerpselen van katten en zandbakken zijn ook bronnen van toxoplasmose.
  • Gebruik geen kalebaskalk omdat kalebaskalk veel lood bevat. Lood tast het centrale zenuwstelsel en de nieren van het ongeboren kind aan.
  • Eet geen kazen die van rauwe melk (au lait cu) gemaakt zijn. In rauwe melk kan de listeria bacterie zitten. Listeria kan schadelijk zijn voor het ongeboren kind en zelfs een miskraam tot gevolg hebben.
  • Neem een multivitaminesupplement.
  • Neem een visoliesupplement (450 mg EPA en DHA per tablet) wanneer u geen vis eet. Slik voedingssupplementen altijd in overleg met een deskundige!

Voedingsadviezen bij borstvoeding oftewel lactatie:

  • Drink geen alcohol.
  • Stop met roken.
  • Eet vis die minimaal 200 mg DHA per dag leveren.
  • Drink niet meer dan 3 kopjes koffie of 3 kopjes thee per dag. 300 mg cafeïne (zit in koffie en thee) of meer per dag kan de baby onrustig maken.
  • Geef de baby na 6 maanden pas nitraatrijke groenten en pas na 7-12 maanden glutenbevattende levensmiddelen.
  • Geef 4-6 maanden lang uitsluitend borstvoeding want moedermelk is de gezondste voeding voor het kind. Na 4-6 maanden moet de baby naast borstvoeding ook bijvoeding krijgen want borstvoeding dekt na 4-6 maanden niet meer de dagelijkse voedingsbehoefte van de opgroeiende baby.
  • Probeer niet meer dan 0.5 kg per week af te vallen, anders krijgt uw baby via moedermelk teveel giftstoffen binnen. Gifstoffen worden in het lichaam namelijk in vetweefsels opgeslagen.

Basisvoedingen voor zwangeren en vrouwen de borstvoedingen geven (=zogenden):

PRODUCTGROEPEN

ZWANGEREN

ZOGENDEN

Groenten

200 gram oftewel 4 opscheplepels

200 gram oftewel 4 opscheplepels

Fruit

200 gram oftewel 2 stuks

300 gram oftewel 3 stuks

Brood

210 gram oftewel 6 sneetjes

280 gram oftewel 8 sneetjes

Aardappelen, rijst, pasta en peulvruchten

200 gram oftewel 4 stuks aardappelen

250 gram oftewel 5  stuks aardappelen

Vleeswaren, vis, kip, eieren en vleesvervangers

125-150 gram

125-150 gram

Melk(producten)

450 ml oftewel 3 glazen

450 ml oftewel 3 glazen

Halvarine

30 gram (5 g per sneetje brood)

40 gram (5  g per sneetje brood)

Kaas

30 gram oftewel 1.5 plakjes

30 gram oftewel 1.5 plakjes

Bereidingsvetten (zonnebloem- of olijfolie)

15 gram oftewel 1 eetlepel

15 gram oftewel 1 eetlepel

Dranken (koffie, thee, melk en water)

1.5-2.0 liters

1.5-2.5 liters

Kanker

Hieronder vindt u wetenschappelijke onderzoeken (overzichtsartikelen) naar de relatie tussen voeding en het voorkomen van kanker: 
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patiënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.


2024:

  1. Dagelijks 54 gram soja via voeding verlaagt kanker
  2. Dagelijks 150-200 gram vitamine C via voeding verlaagt maagkanker 
  3. Hoog carotenoïden bloedgehalte verlaagt borstkanker onder vrouwen

2023:

  1. 10 mg isoflavonen per dag via voeding verlaagt borstkanker
  2. Een hoog gehalte aan linolzuur in het lichaam verlaagt prostaatkanker
  3. Veel vitamine B6 via voeding verlaagt dikke darmkanker
  4. Veel choline via voeding verlaagt mogelijk borstkanker

2022:

  1. Groente en fruit verlagen baarmoederhalskanker
  2. Hoog alfa-linoleenzuur bloedgehalte verlaagt dikke darmkanker
  3. Veel foliumzuur via voeding verlaagt dikke darmkanker onder Europeanen
  4. Veel witvlees en vis verlagen leverkanker
  5. Matig alcoholconsumptie verlaagt mogelijk nierkanker
  6. Hoge consumptie van olijfolie verlaagt kanker
  7. Koffie of cafeïne na de operatie verlaagt causaal postoperatieve ileus

2021:

  1. 600 mg/d vitamine E suppletie verbetert chemotherapie-geïnduceerde perifere neuropathie
  2. Borstvoeding verlaagt eierstokkanker onder vrouwen met BRCA-1 of BRCA-2 genmutatie
  3. Geen verband tussen wortelconsumptie en blaaskanker
  4. Dagelijks 600 mg omega-3 vetzurensupplementen verlagen mogelijk chemotherapie geïnduceerde perifere neuropathie
  5. Kruisbloemige groenten, knoflook, citrusvruchten en tomaten verlagen mogelijk dikke darmkanker
  6. Obesitas verhoogt dikke darmkanker bij mannen met Lynch Syndroom
  7. Calcium via voeding verlaagt colorectale adenomen
  8. Veel transvet verhoogt prostaatkanker en dikke darmkanker
  9. Dagelijks 100 mg coënzym Q10 supplementen verlaagt ontstekingen bij mensen met borstkanker
  10. Overgewicht verhoogt leverkanker
  11. Veel verzadigd vet verhoogt leverkanker
  12. Thee en koffie verlagen hersentumor
  13. Veel paddenstoelen verlagen kanker
  14. Dagelijks 1 kopje groene thee verlaagt slokdarmkanker onder vrouwen
  15. Aardappelen verhogen niet kanker
  16. Dagelijks 100 mg magnesium via voeding verlaagt doodgaan aan kanker
  17. Een laag seleniumgehalte verhoogt borstkanker
  18. Veel gevogelte verhoogt alvleesklierkanker
  19. Geen verband tussen acrylamide en borstkanker, baarmoederslijmvlieskanker en eierstokkanker

2020:

  1. Dagelijks 100 gram groente verlaagt galwegkanker
  2. Dagelijks 5 gram noten verlagen kanker
  3. Dagelijks 100 mcg foliumzuur via voeding verlaagt borstkanker onder premenopauzale vrouwen
  4. Een hoge vitamine C-inname via voeding verlaagt borstkanker
  5. Regelmatig theeconsumptie verlaagt neus- en keelholtekanker
  6. Overlevenden van kanker moeten dagelijks meer dan 400 gram groente en fruit eten
  7. Groene bladgroenten, alliumgroenten, vezels en flavonoïden verlagen eierstokkanker
  8. Beta-cryptoxanthine via voeding verlaagt blaaskanker
  9. Omega-3 PUFA’s via voeding verlaagt spijsverteringskanker
  10. 40 gram ingemaake groenten per dag verhoogt maagkanker
  11. Dagelijks 100 microgram foliumzuur via voeding verlaagt ER negatief/PR negatief borstkanker
  12. Licht intensieve lichamelijke activiteit verlaagt doodgaan aan kanker
  13. 100 gram vis per dag verlaagt hart- en vaatziekten
  14. Vitamine A via voeding verlaagt eierstokkanker onder Noord-Amerikanen
  15. Nitriet via voeding verhoogt lymfklierkanker bij vrouwen
  16. Veel koolhydraten verlagen mogelijk slokdarmkanker
  17. Vitamine C, D en E en calcium verlagen terugkeren van kanker
  18. Veel linolzuur via voeding verlaagt doodgaan aan hart- en vaatziekten
  19. Veel linolzuur via voeding verlaagt doodgaan aan hart- en vaatziekten
  20. Ongezonde buikomtrek verhoogt leverkanker
  21. Thee verlaagt mogelijk dikke darmkanker onder vrouwen
  22. Dagelijks 20 gram boomnoten verlaagt kanker aan het spijsverteringsstelsel
  23. 3 keer per week groente en fruit verlaagt maagkanker
  24. Zout verhoogt slokdarmkanker
  25. Knoflook verlaagt mogelijk dikke darmkanker

2019:

  1. Vezels verlagen baarmoederkanker
  2. 1 mg beta-cryptoxanthine via voeding verlaagt blaaskanker
  3. Veel enkelvoudig onverzadigd vet verlaagt huidkanker
  4. 100 gram groente per dag verlaagt longkanker onder rokers
  5. Wortels verlagen longkanker
  6. 10 mg soja-isoflavonen via voeding verlaagt doodgaan aan borstkanker
  7. 50 gram cholesterol per dag verhoogt eierstokkanker
  8. 1 mg heme-ijzer per dag verhoogt borstkanker
  9. Geen verband tussen gevogelte en hersenkanker
  10. Koffie verlaagt hersenkanker onder Aziaten
  11. Cafeïnevrije koffie verlaagt mogelijk eierstokkanker
  12. Veel antioxidanten via voeding verlagen doodgaan aan hart- en vaatziekten
  13. Vis verlaagt borstkanker onder Aziaten
  14. Lichamelijke activiteiten verlagen longkanker onder rokers
  15. Een hoge transvetzurenconcentratie verhoogt borstkanker onder postmenopauzale vrouwen
  16. Dagelijks 100 microgram foliumzuur via voeding verlaagt borstkanker
  17. Dagelijks 100-300 gram groente of fruit verlaagt kanker

2018:

  1. Dagelijks 10 gram vezels via voeding verlaagt mogelijk eierstokkanker
  2. Dagelijks 100 μg foliumzuur via voeding verlaagt slokdarmkanker
  3. Eiwit verhoogt niet prostaatkanker
  4. Geen verband tussen vitamines en lymfklierkanker
  5. Wijn verhoogt niet dikke darmkanker
  6. Wortels verlagen borstkanker
  7. Veel flavonolen, flavonen of anthocyaninen via voeding verlagen mogelijk dikke darmkanker
  8. Minder dan 750 mg calcium per dag verhoogt mogelijk prostaatkanker
  9. Geen verband tussen koolhydraten en prostaatkanker
  10. Dagelijks 5 mg vitamine B2 verlaagt dikke darmkanker
  11. Matig rode wijn verlaagt prostaatkanker
  12. Citrusvruchten verlagen slokdarmkanker
  13. Dagelijks 10 mcg vitamine D via voeding verlaagt alvleesklierkanker
  14. Een hoog BMI verhoogt borstkanker
  15. Dagelijks veel cholesterol verhoogt mogelijk longkanker
  16. Dagelijks veel gekookte tomaten verlaagt prostaatkanker

2017:

  1. Veel verzadigd vet verhoogt doodgaan aan borstkanker
  2. Dagelijks 30 gram volle granen, 100 gram fruit, 100 gram groente of 200 gram zuivelproducten verlaagt dikke darmkanker
  3. Dagelijks 2-4 gram carnitinesupplementen vermindert niet kankergerelateerde vermoeidheid
  4. 28 gram volle granen per dag verlaagt doodgaan aan hart- en vaatziekten
  5. Een hoge consumptie van gekookte wortels verlaagt mogelijk urineleiderkanker
  6. Borstvoeding verlaagt baarmoederkanker
  7. Vegetarisch dieet verlaagt kanker
  8. Dagelijks 12 gram noten verlaagt doodgaan aan hart- en vaatziekten en kanker
  9. Veel roodvlees verhoogt longkanker onder niet-rokers
  10. Een hoog seleniumgehalte in het lichaam verlaagt baarmoederhalskanker
  11. Een hoge vitamine E bloedwaarde verlaagt mogelijk baarmoederhalskanker
  12. Veel verzadigd vet verhoogt longkanker
  13. Het slikken van vitamines of antioxidanten verlaagt niet blaaskanker
  14. Dagelijks minimaal 1600 mg calcium verlaagt mogelijk terugkeer van kwaadaardige poliepen in de dikke darm
  15. Veel lichamelijke activiteiten verlaagt borstkanker onder postmenopauzale vrouwen met een BMI tot 30
  16. Dagelijks 100 gram bewerkt en roodvlees verhoogt slokdarmkanker
  17. Maximaal 175 mg DHA per dag via voeding verlaagt baarmoederkanker
  18. Dagelijks 621 mg calcium via voeding verlaagt slokdarmkanker onder Aziaten
  19. Dagelijks 1-3 porties groenten verlaagt mogelijk nierkanker
  20. Dagelijks 20 gram peulvruchten verlaagt prostaatkanker
  21. 300 microgram jodium per dag verlaagt mogelijk schildklierkanker
  22. Minimaal 2 mg lycopeen per dag via voeding verlaagt prostaatkanker
  23. Minimaal 7 kopjes groene thee per dag verlaagt prostaatkanker
  24. Dagelijks 1 mg vitamine B2 via voeding verlaagt borstkanker
  25. Veel koolhydraten verhoogt dikke darmkanker onder mannen
  26. Dagelijks 2 mg vitamine E via voeding verlaagt longkanker
  27. Een hoog serum seleniumgehalte verlaagt mogelijk prostaatkanker onder rokers en ex-rokers
  28. 100 microgram foliumzuur per dag verlaagt mogelijk slokdarmkanker
  29. Astma verhoogt longkanker
  30. Vet verhoogt non-Hodgkin lymfeklierkanker
  31. Dagelijks 10 gram vezels verlaagt mogelijk alvleesklierkanker

2016:

  1. Teveel buikvet verhoogt longkanker
  2. Alfa-caroteen, beta-caroteen en luteïne/zeaxanthine via voeding verlaagt non-Hodgkin-lymfklierkanker
  3. Dagelijks 15-20 gram noten verlaagt hart- en vaatziekten en kanker
  4. Geen verband tussen koffie en lymfklierkanker
  5. Veel soja en magere melk verlagen borstkanker
  6. Vitamine A, beta-caroteen en lycopeen via voeding verlagen waarschijnlijk alvleesklierkanker
  7. Isoflavonen via voeding verlagen mogelijk baarmoederkanker
  8. Ziekte van Parkinson verlaagt dikke darmkanker onder Europeanen
  9. Veel vitamine B6 via voeding verlaagt kanker
  10. Suikerziekte verhoogt borstkanker onder vrouwen
  11. Er is geen verband tussen zinkinname en prostaatkanker
  12. Leverkankerpatiënten hebben een lager seleniumgehalte
  13. Lichamelijke activiteit verlaagt maagkanker onder mannen en Aziaten
  14. Ginseng via voeding verlaagt kanker
  15. Minimaal 10 gram vezels per dag verlaagt borstkanker
  16. Dagelijks 100 mg choline in combinatie met betaïne via voeding verlaagt kanker
  17. Dagelijks 250 ml volle melk verhoogt doodgaan aan prostaatkanker
  18. Suikerziekte type 2 verhoogt mogelijk dikke darmkanker
  19. Dierlijke transvetzuren verhogen niet borstkanker
  20. Een hoog calciumgehalte verlaagt borstkanker
  21. 100 gram roodvlees per dag verhoogt alvleesklierkanker onder mannen
  22. Isoflavonen via voeding verlagen prostaatkanker
  23. Een hoge inname van zowel folaat, calcium als vezels verlaagt voorstadium van dikke darmkanker
  24. Knoflook via voeding verlaagt niet dikke darmkanker
  25. Vitamine E verlaagt niet chemotherapie-geïnduceerde perifere neuropathie
  26. Flavanolen via voeding verlaagt mogelijk kanker
  27. B-vitamines supplementen verlagen huidkanker
  28. Eieren en gevogelte verhogen niet non-Hodgkin lymfoom
  29. Dagelijks 100 gram citrusvruchten verlaagt maagkanker
  30. Groenten verlaagt een Barrett-slokdarm
  31. Veel anthocyaninen, flavanonen en flavonen via voeding verlagen mogelijk slokdarmkanker
  32. Nitrietrijke voeding verhoogt hersentumor en schildklierkanker
  33. Lycopeen via voeding verlaagt colonkanker
  34. Enkelvoudig onverzadigd vet verlaagt baarmoederkanker
  35. Een hoog carotenoïdenbloedgehalte verlaagt longkanker
  36. 370 mg cholesterol per dag of meer verhoogt borstkanker
  37. Dagelijks 50 gram volkorengraanproducten verlaagt doodgaan aan hart- en vaatziekten en kanker
  38. Antioxidanten via voeding verlaagt alvleesklierkanker
  39. Veel flavonoïden via voeding verlaagt maagkanker onder Europeanen
  40. Minimaal 300 mg calcium per dag verlaagt borstkanker
  41. Het eten van isoflavonen verlaagt mogelijk dikke darmkanker
  42. Volkoren graanproducten verlaagt mogelijk alvleesklierkanker
  43. Een hoog homocysteïnegehalte verhoogt maagkanker
  44. Sojaproducten verlaagt mogelijk dikke darmkanker onder Aziaten
  45. Dagelijks veel graanvezels verlaagt doodgaan aan hart- en vaatziekten en kanker
  46. Minimaal 5 kopjes koffie per dag verlaagt dikke darmkanker
  47. 12.8 gram alcohol per dag verhoogt huidkanker
  48. Plantaardig ijzer verlaagt dikke darmkanker
  49. Dagelijks minimaal 1 kopje koffie verlaagt leverkanker
  50. Meer dan 5 gram alcohol per dag verhoogt borstkanker
  51. Het slikken van antioxidanten verhoogt blaaskanker
  52. Dagelijks veel appels verlaagt longkanker 
  53. Foliumzuursupplementen verlagen dikke darmkanker onder mensen met een ontstekingsdarmziekte
  54. Veel koffie verlaagt mondkanker
  55. Veel flavonolen verlagen mogelijk non-cardia maagkanker onder vrouwelijke rokers
  56. Roodvlees verhoogt non-Hodgkin lymfoom (lymfklierkanker)
  57. Vegetarisch dieet verlaagt hart- en vaatziekten en kanker
  58. Een hoog serum seleniumgehalte verlaagt maagkanker onder vrouwen en niet-rokers
  59. Veel vitamine C via voeding verlaagt mogelijk alvleesklierkanker
  60. Een hoge consumptie van koolhydraten verhoogt maagkanker onder mannen en Aziaten
  61. Dagelijks 50 mg vitamine C via voeding verlaagt mogelijk voorstadium van baarmoederhalskanker
  62. Caffeïnebevattende koffie verlaagt melanoom onder vrouwen
  63. Hoog teennagelseleniumgehalte verlaagt kanker

2015:

  1. Dagelijks minimaal 600 gram vetarme zuivelproducten verlaagt borstkanker
  2. Overgewicht/obesitas verhoogt eierstokkanker onder premenopauzale vrouwen
  3. Het eten van soja verlaagt baarmoederkanker
  4. 2 porties groenten en 2 porties fruit per dag verlaagt longkanker
  5. Kruisbloemige groenten verlagen mogelijk eierstokkanker
  6. Vet verhoogt niet borstkanker
  7. Dagelijks 50 mg vitamine C via voeding verlaagt slokdarmkanker
  8. Veel vitamine A en beta-caroteen via voeding verlagen longkanker
  9. Vitamine C-supplementen kunnen kanker niet voorkomen
  10. 100 gram fruit per dag verlaagt maagkanker
  11. Thee verlaagt mogelijk schildklierkanker onder Europeanen en Amerikanen
  12. Een hoge vitamine B6- en B12-bloedwaarde verlagen niercelkanker
  13. Hormonentherapie verhoogt eierstokkanker onder postmenopauzale vrouwen
  14. Veel peulvruchten verlaagt dikke darmkanker
  15. Vitamine D-bloedwaarde tussen 53 en 90 nmol/L verlaagt longkanker
  16. Dagelijks 100 gram fruit verlaagt colorectaal carcicoom onder mannen
  17. Plantaardig vet verlaagt mogelijk maagkanker
  18. Rund- en lamsvlees verhogen dikke darmkanker
  19. 10 gram vezels per dag verlaagt slokdarmkanker
  20. Overgewicht en obesitas verhogen galblaaskanker
  21. Citrusvruchten verlagen slokdarmkanker
  22. 100-400 gram groenten en fruit per dag verlaagt longkanker    
  23. Het eten van alfa-caroteen en lycopeen verlaagt prostaatkanker
  24. Borstvoeding verlaagt baarmoederkanker
  25. Dagelijks 4.5 microgram vitamine B12 via voeding verlaagt dikke darmkanker
  26. Veel vitamine C via voeding verlaagt alvleesklierkanker
  27. n-3 PUFA via voeding verlaagt niet dikke darmkanker
  28. 100 mg cholesterol per dag verhoogt alvleesklierkanker
  29. Carotenoïden via voeding verlagen mogelijk hoofd- en nekkanker
  30. Gefrituurde producten verhogen mogelijk prostaatkanker
  31. Vitamine E via voeding verlaagt longkanker
  32. Dagelijks 150 mg vitamine C via voeding verlaagt prostaatkanker
  33. 200 gram groenten per dag verlaagt blaaskanker
  34. 100 gram vis per week verlaagt leverkanker
  35. Veel foliumzuur, vitamine D, B6 en B2 via voeding verlaagt dikke darmkanker

2014:

  1. Vis verlaagt maagdarmkanker
  2. 10 gram vezels per dag verlaagt kanker
  3. Groenten en fruit verlagen blaaskanker
  4. Knoflook en uien verlagen waarschijnlijk maagkanker
  5. Zink via voeding verlaagt dikke darmkanker
  6. Dagelijks 100 gram groenten verlaagt leverkanker
  7. Een vetarm dieet verhoogt de overlevingskansen van borskankerpatiënten
  8. Het metabole syndroom verhoogt baarmoederkanker
  9. Het eten van veel peulvruchten verlaagt colorectale adenoom
  10. 100 gram roodvlees per dag verhoogt maagkanker
  11. Magnesium via voeding verlaagt kanker onder vrouwen
  12. Een dieet met veel vitamine A of carotenoïden verlaagt waarschijnlijk blaaskanker
  13. Lichamelijke activiteiten verlagen blaaskanker onder vrouwen
  14. Het eten van paddenstoelen verlaagt borstkanker
  15. 153 en 400 microgram foliumzuur per dag via voeding verlaagt borstkanker
  16. 50 gram gevogelte per dag verlaagt dikke darmkanker
  17. Vitamine D-gehalte boven 75 nmol/L verbetert de overlevingskansen van zowel patiënten met dikke darmkanker als borstkanker
  18. Calciuminname tot boven 1000 mg per dag verlaagt dikke darmkanker
  19. Een hoge vitamine E-bloedwaarde verlaagt prostaatkanker
  20. Groenten en fruit verlagen alvleesklierziekten
  21. 10 gram wortelen per dag verlaagt waarschijnlijk prostaatkanker
  22. Het eten van foliumzuur verlaagt zowel slokdarmkanker als alvleesklierkanker
  23. Geen verband tussen alcohol en multipel myeloom
  24. Een non-lineair dosis-afhankelijk verband tussen het roken van sigaretten en alvleesklierkanker
  25. Veel groene thee verlaagt mondkanker

2013:

  1. 3 kopjes koffie per dag verlagen fatale prostaatkanker
  2. Allium groenten verlagen mogelijk prostaatkanker
  3. Geen verband tussen het eten van α-linoleenzuur en prostaatkanker
  4. 13 gram soja-eiwit verhoogt overlevingskansen onder borskankerpatiënten
  5. Foliumzuursupplementen verlagen melanoomkanker (huidkanker)
  6. 100 microgram foliumzuur via voeding verlaagt alvleesklierkanker
  7. Veel rood en verwerkt vlees verhogen slokdarmkanker
  8. Groenten en fruit verlagen mogelijk slokdarmkanker
  9. Viseten verlaagt niet slokdarmkanker
  10. Het eten van 100 mg EPA en DHA per dag verlaagt borstkanker
  11. Flavonolen en flavonen verlagen borstkanker in postmenopausale vrouwen
  12. Vitamine D-supplementen verlagen niet borstkanker onder postmenopauzale vrouwen
  13. Citrusvruchten verlagen borstkanker
  14. Het eten van quercetine, kaempferol en luteoline verlaagt kanker
  15. Witvlees, vis en gevogelte verlagen niet dikke darm adenoom
  16. Peulvruchten verlagen mogelijk dikke darm adenoom
  17. Flavonolen, flavanolen, anthocyanidinen en proanthocyanidinen verlagen waarschijnlijk dikke darmkanker
  18. Het metabool syndroom verhoogt dikke darmkanker
  19. 200-270 mg magnesium per dag verlaagt dikke darmkanker
  20. 5 mg zink per dag via voeding verlaagt dikke darmkanker
  21. Alcohol verhoogt niet hersenkanker
  22. Het eten van tomatenproducten verlaagt mogelijk maagkanker
  23. Beta-caroteensupplementen verhogen de kans op blaaskanker
  24. Zwarte thee verlaagt blaaskanker onder vrouwen

2012:

  1. Kruisbloemige groenten verlagen dikke darmkanker
  2. Zuivelproducten en melk bieden bescherming tegen dikkedarmkanker
  3. Groenten en fruit bieden bescherming tegen dikkedarmkanker
  4. Het eten van vis verlaagt waarschijnlijk dikkedarmkanker
  5. Voedingsvezels bieden bescherming tegen borstkanker
  6. Geen verband tussen hoge foliumzuurinname en borstkanker
  7. Alfa-caroteen verlaagt de kans op het krijgen van borstkanker
  8. Hoge bloedconcentraties van carotenoïden verlagen borstkanker
  9. Lycopeensupplementen verlagen niet prostaatkanker
  10. Foliumzuursupplementen verhogen de kans op prostaatkanker
  11. Selenium verlaagt de kans op het krijgen van prostaatkanker
  12. Groene thee verlaagt maagkanker bij vrouwen
  13. Zout verhoogt de kans op het krijgen van maagkanker
  14. Matig alcoholgebruik verhoogt niet maagkanker
  15. Vis en LC-PUFA verlagen niet alvleesklierkanker
  16. Groenten & fruit verlagen niet alvleesklierkanker
  17. Soja verlaagt longkanker onder niet-rokende vrouwen
  18. Koffie verlaagt de kans op het krijgen van baarmoederkanker

2011:

  1. Minimaal 20 gram Allium groenten per dag verlaagt maagkanker
  2. Een hoge BMI en taille-heup ratio verhogen alvleesklierkanker
  3. Groenten en fruit verlagen de kans op dikke darmkanker
  4. Veel heem-ijzer verhoogt dikke darmkanker

2010:

  1. 1.5 gram alfa-linoleenzuur per dag verlaagt licht prostaatkanker
  2. Een hoge vitamine B6-bloedwaarde verlaagt dikke darmkanker
  3. Een hoge foliumzuurinname verlaagt dikke darmkanker
  4. Roodvlees verhoogt niet prostaatkanker

 

2009:

  1. Groenten, fruit en beta-caroteen verlagen nierkanker
  2. Kruisbloemige groenten verlagen longkanker

2008:

  1. Het eten van flavonoïden verlaagt de bloeddruk en het LDL-cholesterolgehalte
  2. 500 mg vitamine C per dag verlaagt het cholesterolgehalte bij mensen met hoog cholesterolgehalte
  3. 600-900 mg knoflooksupplementen per dag verlaagt de bloeddruk

2006:

  1. Volkoren graanproducten verlagen hart- en vaatziekten

2004:

  1. 200 gram rauwe tomaten per dag verlaagt prostaatkanker

2003:

  1. Beta-cryptoxanthine via voeding verlaagt longkanker

2002:

  1. 6 teentjes knoflook per week verlaagt mogelijk dikke darmkanker en maagkanker

XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX

Het menselijk lichaam bestaat uit organen, zoals lever, longen en hart. Organen bestaan op hun beurt uit weefsels en weefsels bestaan op hun beurt uit cellen. Cellen in organen delen enkel wanneer dat nodig is, bijvoorbeeld bij herstel, groei of vernieuwing. Dit proces wordt ook wel gecontroleerde celdeling genoemd. Gecontroleerde celdeling is noodzakelijk (anders sterft een orgaan uit) en onschuldig. Het wordt pas gevaarlijk wanneer de celdeling binnen een bepaald orgaan niet meer gecontroleerd gebeurt. In dat geval is er sprake van kanker. Kanker is dus een aandoening die gekenmerkt wordt door ongeremde celdeling in een bepaald orgaan.

De oxidatieve DNA schade is een belangrijke risicofactor van kanker. Antioxidanten kunnen het DNA tegen oxidatieve schade beschermen.

Het woord "kanker" is afgeleid van het Latijnse woord "cancer", dat "kreeft" betekent. Er zijn verschillende soorten kanker. De Nederlandse Kankerregistratie onderscheidt meer dan 70 soorten.

De meest voorkomende kankersoort in Nederland bij mannen is prostaatkanker, dikke darmkanker en longkanker. Bij vrouwen is dat borstkanker, dikke darmkanker en longkanker. Bij kinderen is dat hersentumor en leukemie (bloedkanker).

Alle Nederlandse vrouwen van 50 tot en met 75 jaar krijgen elke 2 jaar een uitnodiging voor het bevolkingsonderzoek borstkanker.
Vanaf 2013 krijgen alle Nederlanders tussen de 55 en 75 jaar elke twee jaar een uitnodiging voor het bevolkingsonderzoek maagkanker (dikke darmkanker is een onderdeel van maagkanker).
De Gezondheidsraad moet nog een beslissing nemen of het zinvol is om een bevolkingsonderzoek prostaatkanker uit te voeren.
Een bevolkingsonderzoek is in het algemeen zinvol als:

  • Er een gezondheidswinst te behalen is, door middel van vroege opsporing.
  • Er een risicogroep is, waarbij een redelijke kans is dat zij de betreffende aandoening krijgen.

Bij de diagnose van kanker dient een goede “staging” te gebeuren: hiermee wordt de uitbreiding van de ziekte bepaald. Deze staging bepaalt de prognose en de noodzaak tot verdere adjuvante behandeling. Bij deze staging wordt gebruikgemaakt van de TNM classificatie. Elke vorm van kanker heeft een eigen TNM classificatie. De algemene opzet voor de TNM classificatie is als volgt:

  • De T staat voor tumor en beschrijft de lokale uitbreiding.
  • De N staat voor lymfekliermetastasering (Engels: Node) en
  • De M staat voor metastase op afstand.
    De waardes tussen haakjes kunnen gebruikt worden om de uitbreiding van een tumor te beschrijven, maar niet voor alle vormen van kanker worden alle waardes gebruikt.

De verplichte parameters ('T', 'N' en 'M') zijn:

  • T (A,is,0,1-4): grootte of directe uitbreiding van de primaire tumor, een hogere waarde duidt op een slechtere prognose.
  • N (0-3): uitbreiding naar regionale lymfeklieren. '0' betekent geen lymfekliermetastasen, 1-3 betekent dat er metastasen in de regionale lymfeklieren voorkomen (waarde afhankelijk van aantal en lokalisatie lymfekliermetastasen).
  • M (0/1): metastasen op afstand. '0' betekent geen metastase op afstand, '1' betekent metastasen op afstand.

35% van de kankergevallen is te wijten aan een verkeerd  voedingspatroon, zoals teveel vet, teveel zout, te weinig groente en fruit.

Smaakverandering komen heel vaak voor bij kanker en kankerbehandeling(en). Ze kunnen ervoor zorgen dat kankerpatiënten plots een afkeer voelen tegenover sommige, vaak sterk geurende, voeding.

Voedingsadviezen bij kanker:

  • Kies voor producten met maximaal 30 En% vet, voor producten met maximaal 7 En% verzadigd vet, voor producten met maximaal 0.2 gram zout per 100 kcal, voor producten die minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal leveren en voor vissen die minimaal 450 mg EPA en DHA per dag leveren oftewel een dagelijks voeding met:

    maximaal 30 En% vet, maximaal 7 En% verzadigd vet, maximaal 0.2 gram zout per 100 kcal en minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal.
     
  • Streef naar een gezond gewicht. Een gezond gewicht heeft een BMI van 18.5-25. BMI is gewicht gedeeld door lengte in kwadraat oftewel gewicht (kg)/lengte2 (m).
  • Minimaal 30-60 minuten per dag besteden aan lichaamsbeweging of minimaal 10.000 stappen per dag.
  • Eet 250-300 gram groenten en 2-5 stuks fruit per dag oftewel 25-30 gram voedingsvezels per dag.
    25 gram vezels per dag komt overeen met een dagelijkse voeding van minimaal 1.3 gram vezels per 100 kcal.
  • Eet veel volkorenproducten, zoals bruinbrood en havermout en peulvruchten.
  • Beperk tot 2-3 glazen alcohol voor mannen en 1-2 glazen voor vrouwen per dag oftewel <30 gram alcohol per dag.
  • Eet niet meer dan 6 gram zout per dag dat overeen komt met 2400 mg natrium.
  • Slik geen antioxidanten-supplementen. Ze doen meer kwaad dan goed.
  • Eet niet meer dan 500 gram roodvlees per week. Roodvlees verhoogt namelijk de kans op het krijgen van dikkedarmkanker.

Verschillende kankersoorten:

Dagelijks 150-200 gram vitamine C via voeding verlaagt maagkanker

Onderzoeksvraag:
Eerdere studies suggereerden dat de inname van vitamine C via voeding de kans op het krijgen van maagkanker verlaagde, maar de meeste studies hielden geen rekening met de inname van groente en fruit en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd. 

 

Verlaagt een hoge inname van vitamine C via voeding (waarbij gecorrigeerd werd voor de inname van groente en fruit) de kans op het krijgen van kanker?


Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 14 patiënt-controle studies met in totaal 5362 kankergevallen en  11497 controles (mensen zonder kanker).

Resultaten en conclusies: 
De onderzoekers vonden vergeleken met de laagste consumptie, dat de hoogde consumptie van vitamine C via voeding de kans op het krijgen van maagkanker significant met 36% [OR = 0.64, 95% BI = 0.58 tot 0.72] verlaagde. 

De onderzoekers vonden wanneer gecorrigeerd werd voor BMI en de inname van groente en fruit, dat de hoogde consumptie van vitamine C via voeding de kans op het krijgen van maagkanker significant met 15% [OR = 0.85, 95% BI = 0.73 tot 0.98] verlaagde. 

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses wanneer gecorrigeerd werd voor BMI en de inname van groente en fruit, dat de consumptie van 150-200 gram vitamine C via voeding per dag, de kans op het krijgen van maagkanker significant met 46% [OR = 0.54, 95% BI = 0.41 tot 0.71] verlaagde. 

De onderzoekers concludeerden dat de consumptie van 150-200 gram vitamine C via voeding per dag, de kans op het krijgen van maagkanker verlaagde. 

Oorspronkelijke titel: 
Dietary intake of vitamin C and gastric cancer: a pooled analysis within the Stomach cancer Pooling (StoP) Project by Sassano M, Seyyedsalehi  MS, […], Boffetta P. 

 

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC11016516/


Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over cohort studies/significant, vitamine C en kanker

Dierlijke eiwitten verhogen suikerziekte type 2


Onderzoeksvraag:
Uit de klinische onderzoeken blijkt dat eiwitten in voeding de glucosehomeostase (een proces waarbij de bloedglucosespiegel wordt gestabiliseerd als reactie op de veranderingen van interne en externe omstandigheden) bij diabetes type 2 (suikerziekte type 2) kunnen bevorderen. Echter, de impact van eiwitten in voeding, inclusief de vraag of het eiwit van dierlijke of plantaardige oorsprong is, op het risico op het krijgen van suikerziekte type 2 is onzeker. Daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd. 

 

Bestaat er een verband tussen de inname van totale, dierlijke en plantaardige eiwitten via  voeding en het risico op het krijgen van suikerziekte type 2?

 

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 16 prospectieve cohort studies met in totaal 615125 deelnemers, waarvan 52342 mensen met suikerziekte type 2.

 

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat (totale) eiwitten via voeding de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 14% [pooled effect size = 1.14, 95% BI = 1.04 tot 1.24] verhoogde. 

 

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 20 gram (totale) eiwitten via voeding de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 3% verhoogde. 

 

De onderzoekers vonden dat dierlijke eiwitten via voeding de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 18% [pooled effect size = 1.18, 95% BI = 1.09 tot 1.27] verhoogde. 

 

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 20 gram dierlijke eiwitten via voeding de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 7% verhoogde. 

 

De onderzoekers vonden geen verband tussen plantaardige eiwitten via voeding en de kans op het krijgen van suikerziekte type 2. 

 

De onderzoekers vonden dat het vervangen van 20 gram dierlijke door 20 gram plantaardige eiwitten via voeding, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 significant met 20% [pooled effect size = 0.80, 95% BI = 0.76 tot 0.84] verlaagde. 

 

De onderzoekers concludeerden dat zowel (totale) eiwitten als dierlijke eiwitten via voeding de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 verhoogde. Echter, het vervangen van 20 gram dierlijke door 20 gram plantaardige eiwitten via voeding, de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 juist verlaagde.

 

Oorspronkelijke titel: 
Association between total, animal, and plant protein intake and type 2 diabetes risk in adults: A systematic review and dose-response meta-analysis of prospective cohort studies by Ardakani AF, Anjom-Shoae J, […], Horowitz M. 


Link: 
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/39032197/

 

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over eiwitten en suikerziekte

Vind hier welke producen 20 gram eiwitten bevatten. 

Dagelijks 54 gram soja via voeding verlaagt kanker

 

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het dagelijks eten van veel sojaproducten de kans op het krijgen van kanker?


Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 17 cohort studies en 35 patiënt-controle studies met in totaal 861372 deelnemers, waarvan 44932 mensen met kanker. 
De studies waren van hoge kwaliteit. 

Resultaten en conclusies: 
De onderzoekers vonden in de gepoolde analyse van cohort studies en patiënt-controle studies, dat het eten van veel sojaproducten, met name tofu en sojamelk de kans op het krijgen van kanker significant met 31% [RR = 0.69, 95% BI = 0.60 tot 0.80, I2 = 82.7%, p < 0.001] verlaagde. 
Echter, dit significante, verlaagde risico werd niet teruggevonden in cohort studies.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel sojaproducten de kans op het krijgen van kanker onder vrouwen significant met 24% [RR = 0.76, 95% BI = 0.65 tot 0.89] verlaagde. 

De onderzoekers vonden dat het eten van veel sojaproducten de kans op het krijgen van maagdarmkanker significant met 26% [RR = 0.74, 95% BI = 0.61 tot 0.89] verlaagde. 

De onderzoekers vonden dat het eten van veel sojaproducten de kans op het krijgen van prostaatkanker significant met 53% [RR = 0.47, 95% BI = 0.31 tot 0.71] verlaagde. 

De onderzoekers vonden dat het eten van veel sojaproducten de kans op het krijgen van longkanker significant met 33% [RR = 0.67, 95% BI = 0.52 tot 0.86] verlaagde. 

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 54 gram sojaproducten per dag, de kans op het krijgen van kanker significant met 11% [RR = 0.89, 95% BI = 0.79 tot 0.99] verlaagde. 

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 61 gram tofu per dag, de kans op het krijgen van kanker significant met 12% [RR = 0.88, 95% BI = 0.78 tot 0.99] verlaagde. 

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 23 gram sojamelk per dag, de kans op het krijgen van kanker significant met 28% [RR = 0.72, 95% BI = 0.54 tot 0.99] verlaagde. 

De onderzoekers concludeerden dat het dagelijks eten van veel sojaproducten, met name 54 gram totale sojaproducten, 61 gram tofu of 23 gram sojamelk de kanker op het krijgen van kanker verlaagde.  

 

Oorspronkelijke titel: 
Soy Product Consumption and the Risk of Cancer: A Systematic Review and Meta-Analysis of Observational Studies by Wang C, Ding K, […], Hong H. 


Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC11013307/


Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over cohort studies/significant, soja en borstkanker

 

Hoog carotenoïden bloedgehalte verlaagt borstkanker onder vrouwen

Onderzoeksvraag:
Carotenoïden lijken kankerbestrijdende effecten te hebben. Echter, prospectief bewijs voor de relatie tussen het serum carotenoïdengehalte (carotenoïdengehalte in het bloed) en het krijgen van borstkanker is controversieel en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verlaagt een hoog bloed (totale of verschillende) carotenoïdengehalte de kans op het krijgen van borstkanker onder vrouwen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 1 prospectieve cohort studies en 17 geneste patiënt-controle studies met in totaal 20188 deelnemers, waarvan 7608 mensen met borstkanker. 
De gemiddelde follow-up duur varieerde tussen 8 maanden en 21 jaar.
De meeste studies waren van hoge kwaliteit. 
Er was geen publicatie bias. 

Resultaten en conclusies: 
De onderzoekers vonden vergeleken met het laagste totale bloed carotenoïdengehalte, dat het hoogste totale bloed carotenoïdengehalte de kans op het krijgen van borstkanker significant met 24% [relatieve risico [RR] = 0.76, 95% BI = 0.62 tot 0.93, n = 8, I2 = 45.6%, p = 0.075] verlaagde. 
Dit significante verlaagde risico bleef gelijk in de sensitiviteitsanalyses. 

De onderzoekers vonden dat elke verhoging van het totale bloed carotenoïdengehalte met 10 μg/dL, de kans op het krijgen van borstkanker significant met 2% [RR = 0.98, 95% BI = 0.97 tot 0.99] verlaagde.

De onderzoekers vonden vergeleken met het laagste bloed alfa-caroteengehalte, dat het hoogste bloed alfa-caroteengehalte de kans op het krijgen van borstkanker significant met 23% [RR = 0.77, 95% BI = 0.68 tot 0.87, n = 13, I2 = 0.0%, p = 0.48] verlaagde. 
Dit significante verlaagde risico bleef gelijk in de sensitiviteitsanalyses.  

De onderzoekers vonden dat elke verhoging van het alfa-caroteengehalte met 10 μg/dL, de kans op het krijgen van borstkanker significant met 22% [RR = 0.78, 95% BI = 0.66 tot 0.93] verlaagde.

De onderzoekers vonden vergeleken met het laagste bloed beta-caroteengehalte, dat het hoogste bloed beta-caroteengehalte de kans op het krijgen van borstkanker significant met 20% [RR = 0.80, 95% BI = 0.65 tot 0.98, n = 15, I2 = 56.5%, p = 0.004] verlaagde. 
Dit significante verlaagde risico bleef gelijk in de sensitiviteitsanalyses.  

De onderzoekers vonden dat elke verhoging van het beta-caroteengehalte met 10 μg/dL, de kans op het krijgen van borstkanker significant met 4% [RR = 0.96, 95% BI = 0.93 tot 0.99] verlaagde.

De onderzoekers vonden vergeleken met het laagste bloed beta-cryptoxanthinegehalte, dat het hoogste bloed beta-cryptoxanthinegehalte de kans op het krijgen van borstkanker significant met 15% [RR = 0.85, 95% BI = 0.74 tot 0.96, n = 11, I2 = 0.0%, p = 0.80] verlaagde. 
Dit significante verlaagde risico bleef gelijk in de sensitiviteitsanalyses.  

De onderzoekers vonden dat elke verhoging van het beta-cryptoxanthinegehalte met 10 μg/dL, de kans op het krijgen van borstkanker significant met 10% [RR = 0.90, 95% BI = 0.82 tot 0.99] verlaagde.

De onderzoekers vonden vergeleken met het laagste bloed lycopeengehalte, dat het hoogste bloed lycopeengehalte de kans op het krijgen van borstkanker significant met 14% [RR = 0.86, 95% BI = 0.76 tot 0.98, n = 13, I2 = 0.0%, p = 0.46] verlaagde. 
Dit significante verlaagde risico bleef gelijk in de sensitiviteitsanalyses.  

De onderzoekers vonden vergeleken met het laagste bloed luteïnegehalte, dat het hoogste bloed luteïnegehalte de kans op het krijgen van borstkanker significant met 30% [RR = 0.70, 95% BI = 0.52 tot 0.93, n = 6, I2 = 17.1%, p = 0.30] verlaagde. 
Dit significante verlaagde risico bleef gelijk in de sensitiviteitsanalyses. 

De onderzoekers concludeerden dat zowel een hoog totale carotenoïden-, alfa-caroteen-, beta-caroteen-, beta-crytoxanthine-, lycopeen- als luteïnegehalte, de kans op het krijgen van borstkanker onder vrouwen verlaagde. 

Oorspronkelijke titel: 
The Association between Circulating Carotenoids and Risk of Breast Cancer: A Systematic Review and Dose-Response Meta-Analysis of Prospective Studies by Dehnavi MK, Ebrahimpour-Koujan S, […], Azadbakht L.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC10694674/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over cohort studies/significant, carotenoïden en borstkanker

 

Veel choline via voeding verlaagt mogelijk borstkanker

Onderzoeksvraag:
Verlaagt een hoge inname van choline via voeding de kans op het krijgen van borstkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 8 prospectieve cohort studies en 10 patiënt-controle studies. 

Resultaten en conclusies: 
De onderzoekers vonden in patiënt-controle studies dat een hoge inname van choline via voeding,  de kans op het krijgen van borstkanker significant met 62% [OR = 0.38, 95% BI = 0.16 tot 0.86] verlaagde.
Echter, dit significante verlaagde risico werd niet teruggevonden in cohort studies [HR = 1.01, 95% BI = 0.92 tot 1.12].

De onderzoekers concludeerden dat een hoge inname van choline via voeding,  de kans op het krijgen van borstkanker mogelijk verlaagde. Mogelijk omdat dit verlaagde risico niet teruggevonden werd in cohort studies.

Oorspronkelijke titel:
The association between dietary intakes of methionine, choline and betaine and breast cancer risk: A systematic review and meta-analysis by Van Puyvelde H, Dimou N, […], De Bacquer D.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/36701983/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over cohort studies/significant, choline en borstkanker.

Studies 2023

Hieronder vindt u wetenschappelijke onderzoeken (overzichtsartikelen) naar de relatie tussen voeding en het voorkomen van kanker: 
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

  1. 10 mg isoflavonen per dag via voeding verlaagt borstkanker
  2. Een hoog gehalte aan linolzuur in het lichaam verlaagt prostaatkanker
  3. Veel vitamine B6 via voeding verlaagt dikke darmkanker
  4. Veel choline via voeding verlaagt mogelijk borstkanker

Vitamine B6 supplementen verminderen misselijkheid en braken tijdens zwangerschap

Onderzoeksvraag:
Misselijkheid en braken tijdens de zwangerschap zijn veel voorkomende symptomen tijdens de zwangerschap. Hoewel er geen effectieve behandeling hiervoor is, wordt suppletie met pyridoxine (vitamine B6) op grote schaal gebruikt en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Vermindert het slikken van vitamine B6 supplementen alleen of vitamine B6 met een ander effectief ingrediënt, de kans op het krijgen van misselijkheid en braken tijdens de zwangerschap?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 8 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van vitamine B6 supplementen alleen of vitamine B6 met een ander effectief ingrediënt tijdens de zwangerschap, de Rhodes Index misselijkheidsscore significant verbeterde [0.78, 95% BI =  0.26 tot 1.31, p = 0.003, I2 = 57%, p = 0.10].

De onderzoekers vonden dat het slikken van vitamine B6 supplementen alleen of vitamine B6 met een ander effectief ingrediënt tijdens de zwangerschap, de PUQE Index misselijkheidsscore significant verbeterde [0.75, 95% BI =  0.28 tot 1.22, p = 0.002, I2 = 0%, p = 0.51].

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van vitamine B6 (als pyridoxine) supplementen alleen of vitamine B6 met een ander effectief ingrediënt, de kans op het krijgen van misselijkheid en braken tijdens de zwangerschap verminderde.

Oorspronkelijke titel:
The effects of pyridoxine (vitamin B6) supplementation in nausea and vomiting during pregnancy: a systematic review and meta-analysis by Jayawardena R, Majeed S, […], Ranaweera P.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/36719452/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over zwangerschap en vitamine B6.
 

Studies 2023

Hieronder vindt u wetenschappelijke onderzoeken (overzichtsartikelen) naar het verband tussen voeding en zwangerschap & lactatie: 
Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van RCT's geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Is het zinvol om voedingssupplementen te slikken?”. Ja bij een positieve conclusie en nee bij een negatieve conclusie.

Één zwaluw maakt nog geen zomer. Dus een énkele wetenschappelijke studie over een bepaald onderwerp zegt niet zoveel maar een overzichtsartikel (=een verzameling van wetenschappelijke studies over een bepaald onderwerp) van cohort of patiënt-controle studies geeft wel antwoord op de volgende vraag:
”Moet ik mijn voedingspatroon veranderen of niet?”.

  1. Vrouwen met zwangerschapsdiabetes hebben baat bij probiotica/synbiotica supplementen
  2. Vitamine B6 supplementen verminderen misselijkheid en braken tijdens zwangerschap

Geen verband tussen wortelconsumptie en blaaskanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Is er een verband tussen het eten van wortels en het krijgen van blaaskanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 3 cohort studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in een meta-analyse van 3 cohort studies geen verband tussen het eten van wortels en het krijgen van blaaskanker [gepoolde HR = 1.02, 95% BI = 0.95 tot 1.10 I2 = 0.0%, p = 0.859].

De onderzoekers concludeerden dat er geen verband bestond tussen het eten van wortels en het krijgen van blaaskanker.

Oorspronkelijke titel:
Association of Dietary Carrot Intake With Bladder Cancer Risk in a Prospective Cohort of 99,650 Individuals With 12.5 Years of Follow-Up by Xu X, Zhu Y, […], Xia D.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC8349976/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over wortels en kanker.

Vitamine- en mineralensupplementen verlagen oxidatieve stress bij vrouwen met zwangerschapsdiabetes

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
De effecten van het slikken van vitamine- en mineralensupplementen op de zwangerschapsdiabetes mellitus zijn niet goed vastgesteld en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verbetert het slikken van vitamine- en mineralensupplementen tijdens de zwangerschap de glykemische controle bij vrouwen met zwangerschapsdiabetes mellitus (suikerziekte tijdens de zwangerschap) en verlaagt het slikken van vitamine- en mineralensupplementen tijdens de zwangerschap de kans op het krijgen van oxidatieve stress bij vrouwen met zwangerschapsdiabetes mellitus?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 12 RCT’s met in totaal 698 deelnemers.

De leeftijd varieerde tussen 18 en 40 jaar.

De diagnose van zwangerschapsdiabetes mellitus werd vastgesteld tussen 24 en 28 weken tijdens de zwangerschap.

De dagelijkse doseringen van magnesiumsupplementen varieerde tussen 100 en 250 mg, zinksupplementen tussen 4 en 233 mg, seleniumsupplementen van 200 mcg, calciumsupplementen tussen 400 en 1000 mg en vitamine E supplementen van 400 IE gedurende 6 weken.
De dosering van vitamine D supplementen varieerde tussen 200 en 50000 IE per dag of elke 2 of 3 weken voor gedurende 6 weken.

Alle RCT’s gebruikten placebo als controle-interventie.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden vergeleken met de controle (placebo) groep, dat het slikken van magnesium-, zink-, selenium-, calcium- vitamine D en E supplementen (allleen of gecombineerd), het nuchter plasma glucosegehalte van vrouwen met zwangerschapsdiabetes mellitus significant verlaagde [MD = -9.02, 95% BI = -12.09 tot -5.96, p 0.00001].

De onderzoekers vonden vergeleken met de controle (placebo) groep, dat het slikken van magnesium-, zink-, selenium-, calcium- vitamine D en E supplementen (allleen of gecombineerd), het serum insulinegehalte van vrouwen met zwangerschapsdiabetes mellitus significant verlaagde [MD = -4.33, 95% BI = -5.35 tot -3.32, p 0.00001].
Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden vergeleken met de controle (placebo) groep, dat het slikken van magnesium-, zink-, selenium-, calcium- vitamine D en E supplementen (allleen of gecombineerd), de HOMA-IR waarde van vrouwen met zwangerschapsdiabetes mellitus significant verlaagde [MD = -1.34, 95% BI = -1.60 tot -1.07, p 0.00001].
Significant wil zeggen, er kan met 95% zekerheid gezegd worden, dat het slikken van magnesium-, zink-, selenium-, calcium- vitamine D en E supplementen (allleen of gecombineerd), de HOMA-IR waarde van vrouwen met zwangerschapsdiabetes mellitus werkelijk verlaagde.

De onderzoekers vonden vergeleken met de controle (placebo) groep, dat het slikken van magnesium-, zink-, selenium-, calcium- vitamine D en E supplementen (allleen of gecombineerd), de HOMA-B waarde van vrouwen met zwangerschapsdiabetes mellitus significant verlaagde [MD = -15.58, 95% BI = -23.70 tot -7.46, p 0.0002].

De onderzoekers vonden vergeleken met de controle (placebo) groep, dat het slikken van magnesium-, zink-, selenium-, calcium- vitamine D en E supplementen (allleen of gecombineerd), het hooggevoelige (hoogsensitieve) CRP-gehalte van vrouwen met zwangerschapsdiabetes mellitus significant verlaagde [MD = -1.29, 95% BI = -1.82 tot -0.76, p 0.00001].

De onderzoekers vonden vergeleken met de controle (placebo) groep, dat het slikken van magnesium-, zink-, selenium-, calcium- vitamine D en E supplementen (allleen of gecombineerd), het malondialdehyde-gehalte van vrouwen met zwangerschapsdiabetes mellitus significant verlaagde [MD = -0.71, 95% BI = -0.97 tot -0.45, p 0.00001].

De onderzoekers vonden vergeleken met de controle (placebo) groep, dat het slikken van magnesium-, zink-, selenium-, calcium- vitamine D en E supplementen (allleen of gecombineerd), de totale antioxidantencapaciteit van vrouwen met zwangerschapsdiabetes mellitus significant verhoogde [MD = 45.55, 95% BI = 22.02 tot 69.08,  p = 0.0001].
Significant omdat de gevonden p-waarde = 0.0001 kleiner was dan de p-waarde van 0.05.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van vitamine- en mineralensupplementen tijdens de zwangerschap de glykemische controle bij vrouwen met zwangerschapsdiabetes mellitus (zwangerschapssuikerziekte) verbeterde en het slikken van vitamine- en mineralensupplementen tijdens de zwangerschap verlaagde de kans op het krijgen van oxidatieve stress bij vrouwen met zwangerschapsdiabetes mellitus.

Oorspronkelijke titel:
The effects of vitamin and mineral supplementation on women with gestational diabetes mellitus by Li D, Cai Z, [...], Zhang J.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC8145819/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over zwangerschap, oxidatieve stress en vitamines en mineralen.

Zoutverlaging verlaagt causaal bloeddruk bij mensen met suikerziekte type 2

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Hoewel de huidige richtlijnen de verlaging van de zoutinname bij diabetespatiënten (suikerpatiënten) aanbevelen, zijn de voordelen van het verminderen van de zoutinname bij mensen met diabetes mellitus type 2 (diabetespatiënten) onduidelijk en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Leidt een verlaging van de natriuminname (lees zoutinname) via voeding tot een verlaging van de bloeddruk bij mensen met suikerziekte type 2?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 8 RCT’s.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een verlaging van de natriuminname via voeding, het natriumgehalte in 24 uurs urine significant verlaagde [WMD = -38.430 mmol/24 h, 95% BI = -41.665 mmol/24 h tot -35.194 mmol/24 h].

De onderzoekers vonden dat een verlaging van de natriuminname via voeding, de systolische bloeddruk significant verlaagde [WMD = -5.574 mmHg, 95% BI = -8.314 tot -2.834 mm Hg, I2 = 0.0%].

De onderzoekers vonden dat een verlaging van de natriuminname via voeding, de diastolische bloeddruk significant verlaagde [WMD = -1.675 mm Hg, 95% BI = -3.199 tot -0.150 mm Hg, I2 = 0.0%].

De onderzoekers concludeerden dat een verlaging van de natriuminname via voeding (met andere woorden een verlaging van de zoutinname via voeding), de bloeddruk van mensen met suikerziekte type 2 causaal verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Effect of dietary sodium restriction on blood pressure in type 2 diabetes: A meta-analysis of randomized controlled trials by Ren Y, Liqiang Qin L, […], Ma Y.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/33838996/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies/informatie over natrium en suikerziekte.

Zout bestaat uit natrium en chloride. Dus een verlaging van de natriuminname via voeding betekent een verlaging van de zoutinname via voeding.

Een dieet met een laag zoutgehalte is een dieet met maximaal 0.2 gram zout per 100 kcal.
De makkelijkste manier om dit dieet te volgen, is door te kiezen voor alleen maar producten/maaltijden met maximaal 0.2 gram zout per 100 kcal. Deze producten uit de supermarkt bevatten maximaal 0.2 gram zout per 100 kcal.

Echter, de meest praktische manier om dit dieet te volgen is, al uw dagelijks gegeten producten/maaltijden moeten gemiddeld maximaal 0.2 gram zout per 100 kcal bevatten. Gebruik hiervoor de 7-punten voedingsprofielapp om te zien of uw dagelijkse voeding maximaal 0.2 gram zout per 100 kcal bevat.

 

Dagelijks 80 gram aardappelen verhogen suikerziekte type 2

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verhoogt een hoge aardappelenconsumptie de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 of zwangerschapsdiabetes?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 19 studies (13 voor suikerziekte type 2 en 6 voor zwangerschapsdiabetes (zwangerschapssuikerziekte)) met 21357 mensen met suikerziekte type 2 onder 323475 deelnemers en 1516 vrouwen met zwangerschapdiabetes onder 29288 zwangerschappen.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel (totale) aardappelen de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 onder de westerse populaties significant met 19% [RR = 1.19, 95% BI = 1.06 tot 1.34] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel gebakken/gekookte aardappelen of aardappelenpuree de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 onder de westerse populaties significant met 8% [RR = 1.08, 95% BI = 1.00 tot 1.16] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel Franse friet of gefrituurde aardappelen de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 onder de westerse populaties significant met 33% [RR = 1.33, 95% BI = 1.03 tot 1.70] verhoogde.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses, dat elke verhoging met 80 gram (totale) aardappelen per dag de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 onder de westerse populaties significant met 10% [RR = 1.10, 95% BI = 1.07 tot 1.14, p voor trend 0.001] verhoogde.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses, dat elke verhoging met 80 gram ongefrituurde aardappelen per dag de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 onder de westerse populaties significant met 2% [RR = 1.02, 95% BI = 1.00 tot 1.04, p voor trend = 0.02] verhoogde.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses, dat elke verhoging met 80 gram gefrituurde aardappelen per dag de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 onder de westerse populaties significant met 34% [RR = 1.34, 95% BI = 1.24 tot 1.46, p voor trend 0.001] verhoogde.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses, dat elke verhoging met 80 gram (totale) aardappelen per dag de kans op het krijgen van zwangerschapsdiabetes onder de westerse populaties significant met 22% [RR = 1.22, 95% BI = 1.06 tot 1.42, p voor trend = 0.007] verhoogde.

De onderzoekers vonden in dosisafhankelijke analyses, dat elke verhoging met 80 gram ongefrituurde aardappelen per dag de kans op het krijgen van zwangerschapsdiabetes onder de westerse populaties significant met 26% [RR = 1.26, 95% BI = 1.07 tot 1.48, p voor trend = 0.006] verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat een hoge aardappelenconsumptie (tenminste 80 gram per dag) de kans op het krijgen van suikerziekte type 2 onder de westerse populaties verhoogde. Deze verhoogde risico was dosisafhankelijk.

Oorspronkelijke titel:
Dietary potato intake and risks of type 2 diabetes and gestational diabetes mellitus by Guo F, Zhang Q, [...], Ma L.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/34130021/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies/informatie over aardappelen en suikerziekte.

 

Dagelijks 600 mg omega-3 vetzurensupplementen verlagen mogelijk chemotherapie geïnduceerde perifere neuropathie

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Hebben mensen met kanker baat bij het slikken van omega-3 vetzurensupplementen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 31 RCTs.
De dosering van de omega-3 vetzurensupplementen was 600 mg per dag of hoger gedurende minimaal 3 weken.
De meeste RCTs werd bestempeld als "onduidelijk" of "hoog" risico op bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van omega-3 vetzurensupplementen de kans op het krijgen van door chemotherapie geïnduceerde perifere neuropathie bij patiënten met kanker significant met 80% [OR = 0.20, 95% BI = 0.10 tot 0.40, p 0.001, I2 = 0%] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van minimaal 600 mg omega-3 vetzurensupplementen per dag gedurende minimaal 3 weken, de kans op het krijgen van door chemotherapie geïnduceerde perifere neuropathie bij patiënten met kanker mogelijk verlaagde. Mogelijk omdat de meeste RCTs als "onduidelijk" of "hoog" risico op bias werd bestempeld.

Oorspronkelijke titel:
The effect of oral omega-3 polyunsaturated fatty acid supplementation on muscle maintenance and quality of life in patients with cancer: A systematic review and meta-analysis by Lam CN, Watt AE, [...], van der Meij BS.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/34130028/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over omega-3 vetzuren en kanker.

Chemotherapie geïnduceerde perifere neuropathie (CIPN) is een van de meest gevreesde dosis beperkende bijwerkingen van de behandeling met chemokuren bij kanker.
Chemotherapie geinduceerde perifere neuropathie is de beschadiging van de zenuwvezels in de armen of benen door toedoen van chemotherapie.

Kruisbloemige groenten, knoflook, citrusvruchten en tomaten verlagen mogelijk dikke darmkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Gepersonaliseerde voeding en beschermende diëten en levensstijlen vormen een belangrijke prioriteit binnen de kankeronderzoek. De associatie tussen consumptie van specifieke voedingscomponenten en het ontstaan van dikke darmkanker is geëvalueerd in een aantal populatiegebaseerde studies, die vastgesteld hebben dat bepaalde voedingsmiddelen potentiële bescherming hebben. Echter, de bevindingen waren inconsistent (tegenstrijdig) en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Is er een relatie tussen het eten van de verschillende voedingsgroepen (zoals, tomaten, kruisbloemige groenten, citrusvruchten en noten) en het krijgen van dikke darmkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 46 studies (cohort en patiënt-controle studies).

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in gepoolde analyses, vergeleken met een lage consumptie, dat een hoge consumptie van kruisbloemige groenten de kans op het krijgen van dikke darmkanker significant met 10% verlaagde [OR = 0.90, 95% BI = 0.85 tot 0.95, p = 0.00, I2= 31.02%].
Dit significante verlaagde risico werd teruggevonden in patiënt-controle studies maar niet in cohort studies.

De onderzoekers vonden in gepoolde analyses, vergeleken met een lage consumptie, dat een hoge consumptie van citrusvruchten de kans op het krijgen van dikke darmkanker significant met 10% verlaagde [OR = 0.90, 95% BI = 0.84 tot 0.96, p = 0.00, I2 = 21.65%].
Dit significante verlaagde risico werd teruggevonden in patiënt-controle studies maar niet in cohort studies.

De onderzoekers vonden in gepoolde analyses, vergeleken met een lage consumptie, dat een hoge consumptie van knoflook de kans op het krijgen van dikke darmkanker significant met 17% verlaagde [OR = 0.83, 95% BI = 0.76 tot 0.91, p = 0.00, I2 = 32.64%].
Dit significante verlaagde risico werd teruggevonden in patiënt-controle studies maar niet in cohort studies.

De onderzoekers vonden in gepoolde analyses, vergeleken met een lage consumptie, dat een hoge consumptie van tomaten de kans op het krijgen van dikke darmkanker significant met 11% verlaagde [OR = 0.89, 95% BI = 0.84 tot 0.95, p = 0.00, I2 = 0%].
Dit significante verlaagde risico werd teruggevonden in patiënt-controle studies maar niet in cohort studies.

De onderzoekers vonden in gepoolde analyses, vergeleken met een lage consumptie, dat een hoge consumptie van noten de kans op het krijgen van dikke darmkanker in cohort studies significant met 26% verlaagde [OR = 0.74, 95% BI = 0.58 tot 0.94, p = 0.01, I2 = 35.48%].

De onderzoekers concludeerden dat een hoge consumptie van kruisbloemige groenten, knoflook, citrusvruchten en tomaten de kans op het krijgen van dikke darmkanker mogelijk verlaagde. Mogelijk omdat dit verlaagde risico niet terug werd gevonden in cohort studies.

Oorspronkelijke titel:
Phytochemically rich dietary components and the risk of colorectal cancer: A systematic review and meta-analysis of observational studies by Borgas P, Gonzalez G, […], Reza Mirnezami R.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC8223713/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over groenten en fruit, noten, knoflook en dikke darmkanker.

Vitamine C supplementen verlagen cholesterolgehalte van mensen met suikerziekte type 2

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van vitamine C supplementen het triglyceridengehalte en het cholesterolgehalte van mensen met suikerziekte type 2?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 15 studies met in totaal 872 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van vitamine C supplementen het triglyceridengehalte van mensen met suikerziekte type 2 significant verlaagde [WMD = -16.48 mg/dL, 95% BI = -31.89 tot -1.08, p 0.001].

De onderzoekers vonden dat het slikken van vitamine C supplementen het totale cholesterolgehalte van mensen met suikerziekte type 2 significant verlaagde [WMD = -13.00 mg/dL, 95% BI = -23.10 tot -2.91, p 0.001].                    

De onderzoekers vonden in de meta-regressieanalyse dat de verbetering van het lipidenprofiel (het triglyceridengehalte en het cholesterolgehalte) beïnvloed werd door de duur van het slikken van vitamine C supplementen.

De onderzoekers concludeerden dat het (langdurig) slikken van vitamine C supplementen het triglyceridengehalte en het totale cholesterolgehalte van mensen met suikerziekte type 2 verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Does vitamin C supplementation exert profitable effects on serum lipid profile in patients with type 2 diabetes? A systematic review and dose-response meta-analysis by Namkhah Z, Ashtary-Larky D, […], Asbaghi O.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/33984490/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies/informatie over cholesterol, vitamine C en suikerziekte.

Calcium via voeding verlaagt colorectale adenomen

Onderzoeksvraag:
Verlaagt calcium via voeding of voedingssupplementen de kans op het krijgen van colorectale adenomen (kwaadaardige poliepen in de dikke darm)?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 37 relevante klinische studies en observationele studies met in totaal 10964 mensen met (geavanceerde) colorectale adenomen.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat calciumconsumptie de kans op het krijgen van colorectale adenomen significant met 8% [RR = 0.92, 95% BI = 0.89 tot 0.96] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat calciumconsumptie via (totale) voeding de kans op het krijgen van colorectale adenomen significant met 21% [RR = 0.79, 95% BI = 0.72 tot 0.86] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat calciumconsumptie via zuivelproducten de kans op het krijgen van colorectale adenomen significant met 12% [RR = 0.88, 95% BI = 0.78 tot 0.98] verlaagde.

De onderzoekers vonden geen verband tussen het slikken van calciumsupplementen en de kans op het krijgen van colorectale adenomen [RR = 0.97, 95% BI = 0.89 tot 1.05].

De onderzoekers vonden dat totale calciumconsumptie de kans op het krijgen van geavanceerde colorectale adenomen significant met 21% [RR = 0.79, 95% BI = 0.73 tot 0.85] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat totale calciumconsumptie de kans op het terugkeren van colorectale adenomen significant met 12% [RR = 0.88, 95% BI = 0.84 tot 0.93] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat calcium via voeding zowel de kans op het krijgen als het terugkeren van colorectale adenomen verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Calcium and dairy products in the chemoprevention of colorectal adenomas: a systematic review and meta-analysis by Emami MH, Salehi M, […], Maghool F.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/33951958/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over calcium, zuivelproducten en dikke darmkanker.

Een poliep in de dikke darm is een woekering van het slijmvlies van de dikke darm.

Poliepen in de dikke darm komen vrij vaak voor. Naar schatting heeft ongeveer 5 à 25% van alle mensen boven de 50 jaar darmpoliepen. Dit aantal stijgt van 15 à 30% op 50-60 jaar, tot 35 à 50% op de leeftijd van 80 jaar.

Darmpoliepen kunnen goedaardig of kwaadaardig zijn. Kwaadaardige darmpoliepen worden ook wel darm adenomen of adenomateuze poliepen genoemd. Slechts 5 procent van deze kwaadaardige darmpoliepen groeit uit tot darmkanker. Kwaadaardige dikke darmpoliepen (ook wel colorectale adenomen) kunnen uitgroeien tot dikke darmkanker.

Kanker van de dikke darm heet ook colorectale kanker of colorectaal (adeno)carcinoom.
 

Veel transvet verhoogt prostaatkanker en dikke darmkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Afgezien van herkauwers, wordt transvet ook geproduceerd tijdens de gedeeltelijke hydrogenering van plantaardige oliën (bijvoorbeeld bij de productie van ultrabewerkte voedingsmiddelen). Schadelijke cardiovasculaire (betrekking hebbend op hart- en bloedvaten) effecten van transvet zijn al bewezen, maar het verband met het risico op het krijgen van kanker is nog niet samengevat in een overzichtsartikel en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd. 

Verhoogt het eten van veel transvet de kans op het krijgen van kanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 17 studies (cohort en patiënt-controle studies) naar de relatie tussen transvet en borstkanker, 11 studies (cohort en patiënt-controle studies) naar de relatie tussen transvet en prostaatkanker en 9 studies (cohort en patiënt-controle studies) naar de relatie tussen transvet en dikke darmkanker.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel totaal transvet de kans op het krijgen van prostaatkanker significant met 49% [OR = 1.49, 95% BI = 1.13 tot 1.95] verhoogde.
Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel totaal transvet de kans op het krijgen van dikke darmkanker significant met 26% [OR = 1.26, 95% BI = 1.08 tot 1.46] verhoogde.
Significant omdat OR van 1 niet in de 95% BI van 1.08 tot 1.46 zat. OR van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van veel totaal transvet en de kans op het krijgen van borstkanker [OR = 1.12, 95% BI = 0.99 tot 1.26].
Geen verband omdat OR van 1 in de 95% BI van 0.99 tot 1.26 zat. OR van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel totaal transvet de kans op het krijgen van zowel prostaatkanker als dikke darmkanker verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Dietary trans-fatty acid intake in relation to cancer risk: a systematic review and meta-analysis by Michels N, Specht IO and Huybrechts I.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/34104953/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over transvet, prostaatkanker, dikke darmkanker en borstkanker.

Een dieet met veel transvet is een dieet met meer dan 1 En% transvet.
1 En% transvet wil zeggen dat het aantal gram transvet 1% bijdraagt aan het totale caloriegehalte (kcal) van het desbetreffende dieet. Dus als een dieet 2000 kcal bevat, draagt 2.2 gram transvet 1% bij aan 2000 kcal. 2.2 gram transvet levert 20 kcal want 1 gram transvet levert 9 cal. 20 kcal draagt 1% bij aan een dieet van 2000 kcal.

Transvet komt van nature voor in melk en vlees van herkauwers. Verder kan transvet zitten in harde margarines, frituur-, bak- en braadvetten en in gebak, koek en snacks.

Herkauwers (onderorde Ruminantia) zijn herbivoren (dieren die plantaardig voedsel eten) die hun eten nadat het in de maag geweest is nogmaals in de mond kauwen. Herkauwers zijn giraffen, bizons, schapen en koeien. Het woord "herkauwer" komt van het Latijnse woord “ruminare”, wat "opnieuw kauwen" betekent.

Herkauwers hebben vier magen: de pens, de netmaag, de boekmaag en de lebmaag. De eerste 3 magen zijn de voormagen, de lebmaag is de echte maag. Een herkauwer kauwt het eten eerst oppervlakkig, waarna het eten in de netmaag en de pens terechtkomt. Dit vertraagt de passage van het voedsel door het maag-darmkanaal, waardoor het voedsel in de netmaag/pens de tijd krijgt om langer voor te verteren.

Na 20 tot 45 minuten gaan de grofvezelige materialen als spijsbrokken terug naar de mond van de herkauwer waar ze fijngemalen en vermengd wordt met speeksel. Bij de terugkeer in de magen gaan de fijndelige materialen via de netmaag naar de boekmaag. In de boegmaag wordt de vloeistof uit de spijsbrok geperst. De vloeistof en daarna de spijsbrok gaat vervolgens van de boegmaag naar de lebmaag voor de verdere vertering door de maagsappen.

Boeren en winden/scheten van herkauwers zijn rijk aan methaangas; het gas wordt gevormd door de bacteriën in de voormagen, tijdens het verteren van het voedsel.

Spirulina supplementen verlagen nuchter bloedglucosegehalte van mensen met suikerziekte type 2

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van spirulina supplementen zowel het bloedvetgehalte (zoals cholesterol- en triglyceridengehalte) als het nuchter bloedsuikergehalte van mensen met suikerziekte type 2?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 8 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van spirulina supplementen het nuchter bloedglucosegehalte van mensen met suikerziekte type 2 significant verlaagde [-17.88 mg/dL, 95% BI = -26.99 tot -8.78, I2 = 25%].

De onderzoekers vonden dat het slikken van spirulina supplementen het triglyceridengehalte van mensen met suikerziekte type 2 significant verlaagde [-30.99 mg/dL, 95% BI = -45.20 tot -16.77, I2 = 50%].

De onderzoekers vonden dat het slikken van spirulina supplementen het totale cholesterolgehalte van mensen met suikerziekte type 2 significant verlaagde [-18.47 mg/dL, 95% BI = -33.54 tot -3.39, I2 = 73%].

De onderzoekers vonden dat het slikken van spirulina supplementen het LDL cholesterolgehalte (slecht cholesterol) van mensen met suikerziekte type 2 significant verlaagde [-20.04 mg/dL, 95% BI = -34.06 tot -6.02, I2 = 75%].

De onderzoekers vonden dat het slikken van spirulina supplementen het VLDL cholesterolgehalte van mensen met suikerziekte type 2 significant verlaagde [-6.96 mg/dL, 95% BI = -9.71 tot -4.22, I2 = 33%].

De onderzoekers vonden dat het slikken van spirulina supplementen het HDL cholesterolgehalte (goed cholesterol) van mensen met suikerziekte type 2 significant verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat slikken van spirulina supplementen zowel het bloedvetgehalte als het nuchter bloedsuikergehalte van mensen met suikerziekte type 2 verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
The effect of spirulina on type 2 diabetes: a systematic review and meta-analysis by Hatami E, Ghalishourani SS, […], Mansour-Ghanaei F.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/34178867/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies/informatie over cholesterol en suikerziekte.

Mensen met suikerziekte type 2 hebben vaak een hoog bloedvetgehalte en een hoog nuchter bloedsuikergehalte.

Spirulina wordt ook wel blauwalg (alg is afgeleid van het Latijnse alga wat zeewier betekent) genoemd. Echter, deze naam is misleidend want spirulina is namelijk geen alg, maar een spiraalvormige bacterie met een kenmerkende blauw/groene kleur. Spirulina behoort tot de zogenaamde groep van cyanobacteriën. Veel van deze bacteriën maken gifstoffen. Spirulina doet dat niet en lijkt veilig te zijn.
 

Dagelijks 100 mg coënzym Q10 supplementen verlaagt ontstekingen bij mensen met borstkanker

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van coënzym Q10 supplementen ontstekingen bij mensen met borstkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 9 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van 100 mg coënzym Q10 supplementen per dag gedurende 45 tot 90 dagen, het gehalte van vasculaire endotheliale groeifactoren (VEGF) van mensen met borstkanker significant verlaagde [SMD = -1.88, 95% BI = -2. 62 tot -1.13, I2 = 93.1%, p 0.001].

De onderzoekers vonden dat het slikken van 100 mg coënzym Q10 supplementen per dag gedurende 45 tot 90 dagen, het gehalte van IL-8 van mensen met borstkanker significant verlaagde [SMD = -2.24, 95% BI = -2.68 tot -1.8, I2 = 79.6%, p = 0.001].

De onderzoekers vonden dat het slikken van 100 mg coënzym Q10 supplementen per dag gedurende 45 tot 90 dagen, het gehalte van matrix metalloproteïnase 2 (MMP-2) van mensen met borstkanker significant verlaagde [SMD = -1.49, 95% BI = -1.85 tot -1.14, I2 = 76.3%, p = 0.005].

De onderzoekers vonden dat slikken van 100 mg coënzym Q10 supplementen per dag gedurende 45 tot 90 dagen, het gehalte van matrix metalloproteïnase 9 (MMP-9) van mensen met borstkanker significant verlaagde [SMD = -1.58, 95% BI = -1.97 tot -1.19, I2 = 79.6%, p = 0.002].

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van 100 mg coënzym Q10 supplementen per dag gedurende 45 tot 90 dagen, zowel ontstekingen als het gehalte van matrix metalloproteïnasen bij mensen met borstkanker verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Effects of coenzyme Q10 supplementation on inflammation, angiogenesis, and oxidative stress in breast cancer patients: a systematic review and meta-analysis of randomized controlled trials by Alimohammadi M, Rahimi A, […], Rafiei A.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/34008150/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over coënzym Q10 en borstkanker.

Vasculaire endotheliale groeifactor is een signaaleiwit dat door de lichaamscellen wordt geproduceerd en de vorming van bloedvaten stimuleert. Vasculaire endotheliale groeifactor (VEGF)-expressie neemt toe met de progressie van kanker.

Interleukine-8 (IL-8) is een ontstekingsbevorderende chemokine die door verschillende celtypen wordt geproduceerd. Overexpressie (overexpressie houdt in dat een gen te actief is en teveel van het eiwit produceert waarvoor het codeert) van IL-8 en/of zijn receptoren CXCR1 en CXCR2 wordt vaak waargenomen bij kanker waaronder borstkanker, baarmoederhalskanker, melanoom en prostaatkanker.

Matrix metalloproteïnasen (MMP's) zijn zinkafhankelijke endopeptidasen die betrokken zijn bij kankerinvasie en metastase (uitzaaiing van een kwaadaardige tumor ergens anders in het lichaam).
 

Overgewicht verhoogt leverkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verhoogt overgewicht (BMI>25) of obestias (BMI>30) de kans op het krijgen van primaire leverkanker en doodgaan aan leverkanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 28 prospectieve cohort studies met in totaal 8135906 deelnemers, waarvan 6059561 mensen met primaire leverkanker en 2077425 mensen gestorven aan leverkanker.

Er was geen pubicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een verhoging van de BMI de kans op het krijgen van primaire leverkanker significant met 69% [HR = 1.69, 95% BI = 1.50 tot 1.90, I2 = 56%] verhoogde.
Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat een BMI hoger dan 25 (overgewicht) de kans op het krijgen van primaire leverkanker significant met 36% [HR = 1.36, 95% BI = 1.02 tot 1.81] verhoogde.
Significant omdat HR van 1 niet in de 95% BI van 1.02 tot 1.81 zat. HR van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers vonden dat een BMI hoger dan 30 (obesitas) de kans op het krijgen van primaire leverkanker significant met 77% [HR = 1.77, 95% BI = 1.56 tot 2.01] verhoogde.
Significant wil zeggen, er kan met 95% zekerheid gezegd worden, dat een BMI hoger dan 30 de kans op het krijgen van primaire leverkanker werkelijk met 77% verhoogde.

De onderzoekers vonden dat een BMI hoger dan 35 (morbide obesitas) de kans op het krijgen van primaire leverkanker significant met 208% [HR = 3.08, 95% BI = 1.21 tot 7.86] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat een verhoging van de BMI de kans op doodgaan aan leverkanker significant met 61% [HR = 1.61, 95% BI = 1.14 tot 2.27, I2 = 80%] verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat overgewicht (BMI>25) en obestias (BMI>30) de kans op het krijgen van primaire leverkanker en doodgaan aan leverkanker verhogen.

Oorspronkelijke titel:
Obesity and the risk of primary liver cancer: A systematic review and meta-analysis by Sohn W, Lee S, [...], Yoon SK.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC7820201/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over kanker en overgewicht.

Er zijn 2 soorten leverkanker. Primaire leverkanker is een vorm van kanker die in de lever of galwegen ontstaat. Secundaire leverkanker is ergens anders in het lichaam ontstaan en uitgezaaid naar de lever.

Heb ik overgewicht? Zoja, hoeveel kg moet ik dan afvallen om op gezond gewicht te komen.

Welke maaltijden zijn geschikt voor mensen met overgewicht?

Gebruik de 7-punten voedingsprofiel app om te zien of uw dagelijkse gegeten producten geschikt zijn voor u wanneer u overgewicht hebt.

 

Veel verzadigd vet verhoogt doodgaan aan borstkanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
De invloed van vet in voeding op de sterfte aan borstkanker blijft grotendeels onderbelicht, ondanks uitgebreid onderzoek naar de invloed ervan op het risico op het krijgen van borstkanker en daarom werd dit overzichtsartikel uitgevoerd.

Verhoogt het eten van veel vet of verzadigd vet de kans op doodgaan aan borstkanker (borstkanker mortaliteit of sterfte) onder vrouwen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 15 prospectieve cohort studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden vergeleken met het eten van weinig verzadigd vet, dat het eten van veel verzadigd vet de kans op doodgaan aan borstkanker onder vrouwen significant met 51% [HR = 1.51, 95% BI = 1.09 tot 2.09, p 0.01, n = 4] verhoogde.
Significant omdat HR van 1 niet in de 95% BI van 1.09 tot 2.09 zat. HR van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van veel (totaal) vet en de kans op doodgaan aan borstkanker onder vrouwen [HR = 1.14, 95% BI = 0.86 tot 1.52, p = 0.34, n = 6].
Geen verband omdat HR van 1 in de 95% BI van 0.86 tot 1.52 zat. HR van 1 wil zeggen, er is geen verband/risico.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel verzadigd vet de kans op doodgaan aan borstkanker onde vrouwen verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Dietary fat and breast cancer mortality: A systematic review and meta-analysis by Brennan SF, Woodside JV, […], Cantwell MM.

Link:
https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/25692500/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over borstkanker en verzadigd vet.

Een dieet met veel verzadigd vet is een dieet met meer dan 10 En% verzadigd vet.
De makkelijkste manier om een dieet met meer dan 10 En% verzadigd vet te volgen, is door te kiezen voor alleen maar producten/maaltijden die ook meer dan 10 En% verzadigd vet bevatten. Deze producten uit de supermarkt bevatten meer dan 10 En% verzadigd vet. 
Echter, de meest praktische manier om een dieet met meer dan 10 En% verzadigd vet te volgen, is al uw dagelijks gegeten producten/maaltijden moeten gemiddeld meer dan 10 En% verzadigd vet bevatten.

Gebruik de 7-punten voedingsprofiel app om te zien of uw dagelijks voeding meer dan 10 En% verzadigd vet bevat.

Meer dan 10 En% verzadigd vet wil zeggen dat het aantal gram vet meer dan 10% bijdraagt aan het totale caloriegehalte van het desbetreffende dieet. Dus als een dieet 2000 kcal bevat, draagt 22.2 gram verzadigd vet 10% bij aan 2000 kcal. 22.2 gram verzadigd vet levert 200 kcal want 1 gram verzadigd vet levert 9 cal. 200 kcal draagt 10% bij aan een dieet van 2000 kcal.

Een dieet met meer dan 10 En% verzadigd vet is een ongezond dieet.

Een dieet met weinig verzadigd vet is een dieet met maximaal 7 En% verzadigd vet.