Voeding en gezondheid

Maximaal 4 kopjes koffie per dag verlaagt doodgaan aan hart- en vaatziekten

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het drinken van koffie de kans op mortaliteit?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 31 prospectieve cohort studies met in totaal 1610543 deelnemers, waarvan 183991 gevallen van all-cause mortaliteit (doodgaan aan alle oorzaken), 34574 sterfgevallen aan hart- en vaatziekten en 40991 sterfgevallen aan kanker.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het drinken van maximaal 4 kopjes koffie per dag, de kans op doodgaan aan alle oorzaken significant met 14% [RR = 0.86, 95% BI = 0.82-0.89] verlaagde. Het verlaagde risico nam niet meer toe boven 4 kopjes koffie per dag.

De onderzoekers vonden dat het drinken van maximaal 4 kopjes koffie per dag, de kans op doodgaan aan hart- en vaatziekten significant met 15% [RR = 0.85, 95% BI = 0.77-0.93] verlaagde.
Het verlaagde risico nam niet meer toe boven 4 kopjes koffie per dag.

De onderzoekers vonden in niet rokers dat elke verhoging met 1 kopje koffie per dag, de kans op doodgaan aan alle oorzaken significant met 6% [RR = 0.94, 95% BI = 0.93-0.96] verlaagde.

De onderzoekers vonden in niet rokers dat elke verhoging met 1 kopje koffie per dag, de kans op doodgaan aan hart- en vaatziekten significant met 6% [RR = 0.94, 95% BI = 0.91-0.97] verlaagde.

De onderzoekers vonden in niet rokers dat elke verhoging met 1 kopje koffie per dag, de kans op doodgaan aan kanker niet significant met 2% [RR = 0.98, 95% BI = 0.96-1.00] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het drinken van maximaal 4 kopjes koffie per dag zowel de kans op doodgaan aan alle oorzaken als aan hart- en vaatziekten verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Coffee consumption and risk of all-cause, cardiovascular, and cancer mortality in smokers and non-smokers: a dose-response meta-analysis by Grosso G, Micek A, […], Galvano F.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27699514

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over kanker, hart- en vaatziekten en koffieconsumptie.

 

Dagelijks 60 gram fructose of meer verhoogt jicht

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verhoogt het eten van fructose de kans op het krijgen van jicht?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 2 prospectieve cohort studies met in totaal 125299 deelnemers, waarvan 1533 mensen (755 mannen en 778 vrouwen) met jicht. De gemiddelde follow-up duur was 17 jaar.  

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat de consumptie van veel fructose (>11.9 En%) de kans op het krijgen van jicht significant met 62% [RR = 1.62, 95% BI = 1.28 tot 2.03, p 0.0001, I2 = 0%, p = 0.33]  verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel fructose (60 gram fructose of meer per dag) de kans op het krijgen van jicht verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Fructose intake and risk of gout and hyperuricemia: a systematic review and meta-analysis of prospective cohort studies by Jamnik J, Rehman S, […], Sievenpiper JL.

Link:
http://bmjopen.bmj.com/content/6/10/e013191.long

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over koolhydraten en chronische ziekten.   

60 gram fructose op een dagelijkse energieinname van 2000 kcal komt overeen 12 energieprocent (En%) want 1 gram fructose levert 4 kcal. Dus 60 gram fructose levert 240 kcal en 240 kcal is 12% van 2000 kcal.
 

Veel flavonoïden via voeding verlaagt een beroerte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van flavonoïden de kans op het krijgen van een beroerte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 11 prospectieve cohort studies met in totaal 356627 deelnemers, waarvan 5154 mensen met een beroerte.

Er werd in alle studies gecorrigeerd voor geslacht, BMI, roken en educatie.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel flavonoïden vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 11% [RR = 0.89, 95% BI = 0.82 tot 0.97, p = 0.006, I2 = 0%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 100 mg flavonoïden per dag, de kans op het krijgen van een beroerte niet significant met 9% [RR = 0.91, 95% BI = 0.77 tot 1.08, I2 = 0%] verlaagde.

De onderzoekers vonden in studies met een follow-up duur van meer dan 10 jaar, dat het eten van veel flavonoïden vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 11% [RR = 0.89, 95% BI = 0.81 tot 0.99] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel flavonoïden de kans op het krijgen van een beroerte verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Dietary flavonoid intake and the risk of stroke: a dose-response meta-analysis of prospective cohort studies by Tang Z, Li M, [...], Hou W.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC4908865/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over flavonoïden en het voorkomen van een beroerte.

100 gram druiven leveren 100 tot 135 milligram flavonoïden.

Dagelijks 2.5 gram plantensterolen en/of -stanolen gedurende minimaal 4 weken verlaagt de bloedwaarden van beta-caroteen en luteïne

Onderzoeksvraag:
Verlaagt de inname van plantensterolen- en/of -stanolen de bloedwaarden van carotenoïden, vitamine A en D?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 41 RCT’s met in totaal 3306 deelnemers. De gemiddelde plantensterolen- of stanoleninname was 2.5 gram per dag.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat de inname van plantensterolen en/of -stanolen de non-cholesterol gestandaardiseerde waarden van beta-caroteen significant met -16.3% [95% BI = -18.3 tot -14.3] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat de inname van plantensterolen en/of -stanolen de cholesterol gestandaardiseerde waarden van beta-caroteen significant met -10.1% [95% BI = -12.3 tot -8.0] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat de inname van plantensterolen en/of -stanolen de non-cholesterol gestandaardiseerde waarden van alfa-caroteen significant met -14.4 % [95% BI = -17.5 tot -11.3] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat de inname van plantensterolen en/of -stanolen de cholesterol gestandaardiseerde waarden van alfa-caroteen significant met -7.8% [95% BI = -11.3 tot -4.3] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat de inname van plantensterolen en/of -stanolen de non-cholesterol gestandaardiseerde waarden van lycopeen significant met -12.3% [95% BI = -14.6 tot -10.1] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat de inname van plantensterolen en/of -stanolen de cholesterol gestandaardiseerde waarden van lycopeen significant met -6.3% [95% BI = -8.6 tot -4.0] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat de inname van plantensterolen en/of -stanolen de non-cholesterol gestandaardiseerde waarden van luteïne significant met -7.4% [95% BI = -10.1 tot -4.8] verlaagde. Echter, de verlaging van de cholesterol gestandaardiseerde waarden was niet significant.

De onderzoekers vonden dat de inname van plantensterolen en/of -stanolen de non-cholesterol gestandaardiseerde waarden van zeaxanthine significant met -12.9% [95% BI = -18.9 tot -6.8] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat de inname van plantensterolen en/of -stanolen de cholesterol gestandaardiseerde waarden van zeaxanthine significant met -7.7% [95% BI = -13.8 tot -1.7] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat de inname van plantensterolen en/of -stanolen de non-cholesterol gestandaardiseerde waarden van beta-cryptoxanthine significant -10.6% [95% BI = -14.3 tot -6.9] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat de inname van plantensterolen en/of -stanolen de cholesterol gestandaardiseerde waarden van beta-cryptoxanthine significant met -4.8% [95% = -8.7 tot -0.9] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat de inname van plantensterolen en/of -stanolen de non-cholesterol gestandaardiseerde waarden van alfa-tocoferol significant met -7.1% [95% = -8.0 tot -6.2] verlaagde. Echter, de verlaging van de cholesterol gestandaardiseerde waarden was niet significant.

De onderzoekers vonden dat de inname van plantensterolen en/of -stanolen de non-cholesterol gestandaardiseerde waarden van gamma-tocoferol significant met -6.9% [95% = -9.8 tot -3.9] verlaagde. Echter, de verlaging van de cholesterol gestandaardiseerde waarden was niet significant.

De onderzoekers vonden dat de inname van plantensterolen en/of -stanolen de non-cholesterol gestandaardiseerde waarden van zowel vitamine A als vitamine D niet significant verlaagde.

De onderzoekers vonden dat de inname van plantensterolen en/of -stanolen gedurende minimaal 4 weken de cholesterol gestandaardiseerde waarden van luteïne significant met -5.6% verlaagde. Echter, deze verlaging was niet significant tot 4 weken inname.

De onderzoekers vonden dat de inname van plantensterolen en/of -stanolen gedurende minimaal 4 weken de cholesterol gestandaardiseerde waarden van beta-caroteen significant met -14.2% verlaagde. Echter, deze verlaging was niet significant tot 4 weken inname.

De onderzoekers concludeerden dat de inname van 2.5 gram plantensterolen en/of -stanolen per dag gedurende minimaal 4 weken de cholesterol gestandaardiseerde waarden van beta-caroteen en luteïne verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Plasma fat-soluble vitamin and carotenoid concentrations after plant sterol and plant stanol consumption: a meta-analysis of randomized controlled trials by Baumgartner S, Ras RT, […], Plat J.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27591863

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over hart- en vaatzieken en carotenoïden.

Plantensterolen en/of -stanolen verlagen namelijk het cholesterolgehalte. Naast het verlagen van het cholesterolgehalte verlagen ze volgens het hier bovenstaande overzichtsartikel ook het luteïne- en beta-caroteengehalte. Plantensterolen en/of -stanolen worden vaak aan margarine en halvarine toegevoegd.

 

Bosbessen verlagen niet de bloeddruk

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlagen bosbessen de bloeddruk?  

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 6 RCT’s met in totaal 204 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat suppletie met bosbessen de systolische bloeddruk niet verlaagde [MD = -0.28, 95% BI = -1.11 tot 0.56, I2 = 87%].

De onderzoekers vonden dat suppletie met bosbessen de diastolische bloeddruk niet verlaagde [MD = -0.5, 95% BI = -1.24 tot 0.24, I2 = 84%].

De onderzoekers concludeerden dat bosbessen de bloeddruk niet verlaagden.

Oorspronkelijke titel:
Effects of blueberry supplementation on blood pressure: a systematic review and meta-analysis of randomized clinical trials by Zhu Y, Sun J, […], Qiu C.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27654329

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over het verlagen van de bloeddruk en groenten en fruit.

Resistent zetmeel verbebert de darmwerking van gezonde volwassenen

Onderzoeksvraag:
Verbetert het eten van resistent zetmeel de darmwerking van gezonde volwassenen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte RCT’s.  

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van resistent zetmeel het fecale natte gewicht (nat stoelgangsgewicht) significant met 35.51 gram per dag [95% BI = 1.21-69.82] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het eten van resistent zetmeel het butyraatgehalte (butyraat is een vetzuur met een beschermende werking tegen dikkedarm kanker) significant met 0.61 [95% BI = 0.32-0.89] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het eten van resistent zetmeel de fecale pH-test significant met 0.19 [95% BI = -0.35 tot -0.03] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van resistent zetmeel de defecatiefrequentie (stoelgangsfrequentie) niet significant verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van resistent zetmeel de darmflora van gezonde volwassenen verbeterde.

Oorspronkelijke titel:
Positive effects of resistant starch supplementation on bowel function in healthy adults: a systematic review and meta-analysis of randomized controlled trials by Shen D, Bai H, […], Chen L.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27593182

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over pre- en probiotica. 

Er zijn een aantal manieren om de werking van de darmen te meten. Deze zijn het fecale natte gewicht, het butyraatgehalte, de fecale pH-test en de defecatiefrequentie.

Resistent zetmeel (RS, van het Engelse, Resistant Starch) wordt zo genoemd, omdat het niet wordt afgebroken in de dunne darm maar in de dikke darm van het lichaam. Het is een voedingsvezel van het onoplosbare type. Resistent zetmeel dient dus vooral als voeding voor de bacteriën in de dikke darm. Er zijn 3 soorten resistent zetmeel:

  1. RS1: door de celwand ingesloten en ontoegankelijk zetmeel in o.a. zaden, bonen en volkorenproducten
  2. RS2: resistente zetmeelgranules. Deze komen voor in onrijpe bananen en rauwe aardappelen. Rijping of koken kan het zetmeel toegankelijk maken.
  3. RS3: zogenaamd geretrogradeerd zetmeel. Deze komt voor in verwerkte producten omdat het ontstaat door verhitten of afkoelen, bijvoorbeeld in afgekoelde, gekookte aardappelen of pasta, oudbakken brood of cornflakes.

12 gram noten per dag verlaagt een beroerte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van noten de kans op het krijgen van een beroerte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 14 prospectieve cohort studies. De leeftijd varieerde tussen 30 en 86.7 jaar. De follow-up duur varieerde tussen 4.4 en 30 jaar.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel noten vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 12% [RR = 0.88, 95% BI = 0.80-0.97, I2 = 0%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel noten vergeleken met weinig, de kans op doodgaan aan een beroerte significant met 19% [RR = 0.81, 95% BI = 0.72-0.91, I2 = 0%] verlaagde. Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het eten van veel noten vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van een beroerte onder vrouwen significant met 16% [RR = 0.84, 95% BI = 0.73-0.96, I2 = 0%] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat het eten van veel noten vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van een beroerte onder Aziaten significant met 21% [RR = 0.79, 95% BI = 0.67-0.93] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat 12 gram noten per dag, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 14% [RR = 0.86, 95% BI = 0.79-0.94] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel noten (minimaal 12 gram per dag) de kans op het krijgen van een beroerte, met name onder vrouwen en Aziaten verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Nut intake and stroke risk: A dose-response meta-analysis of prospective cohort studies by Shao C, Tang H, […], He J.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC4965766/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over het voorkomen van een beroerte.

 

Dagelijks rijst eten verhoogt chronische ziekten onder vrouwen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Is er een verband tussen het eten van rijst en het krijgen van chronische ziekten?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 12 cohort studies.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van veel rijst vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van chronische ziekten niet significant met 11% [RR = 1.11, 95% BI = 0.96-1.29, I1 = 70.3%] verhoogde.

De onderzoekers vonden dat het eten van veel rijst vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van chronische ziekten onder vrouwen significant met 40% [RR = 1.40, 95% BI = 1.13-1.73] verhoogde.

De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van veel rijst en de kans op het krijgen van chronische ziekten onder mannen [RR = 0.95, 95% BI = 0.72-1.24].

De onderzoekers vonden geen verband tussen het eten van veel rijst en de mortaliteit onder vrouwen [RR = 1.08, 95% BI = 0.97-1.19].

De onderzoekers vonden dat het eten van veel rijst vergeleken met weinig, de mortaliteit onder mannen significant met 13% [RR = 0.87, 95% BI = 0.81-0.94] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel rijst de kans op het krijgen van chronische ziekten onder vrouwen maar niet onder mannen verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Rice consumption, incidence of chronic diseases and risk of mortality: meta-analysis of cohort studies by Saneei P, Larijani B and Esmaillzadeh A.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27577106

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over chonische ziekten.

 

Donkergroene bladgroenten verlaagt mogelijk hart- en vaatziekten

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van donkergroene bladgroenten inclusief kruisbloemige groenten, de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 8 studies (patiënt-controle studies en cohort studies) met in totaal  540000 deelnemers, waarvan 26173 mensen met hart- en vaatziekten.

Er was sprake van publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in een random effect model dat het eten van donkergroene bladgroenten de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten significant met 15.8% [RR = 0.842, 95% BI = 0.753 to 0.941, p = 0.002] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van donkergroene bladgroenten inclusief kruisbloemige groenten, de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten mogelijk verlaagde. Mogelijk omdat er sprake was van publicatie bias.

Oorspronkelijke titel:
The effect of green leafy and cruciferous vegetable intake on the incidence of cardiovascular disease: A meta-analysis by Pollock RL.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC4973479/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over hart- en vaatzieken en het eten van groenten.

Een hoog leptinegehalte verhoogt astma

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Is er een verband tussen het leptinegehalte of adiponectinegehalte en de kans op het krijgen van astma?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 13 studies met in totaal 3642 patiënten.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat een hoog leptinegehalte de kans op het krijgen van astma verhoogde [SDM = 0.867, 95% BI  = 0.416-1.318, p 0.001].

De onderzoekers vonden dat een laag adiponectinegehalte de kans op het krijgen van astma verhoogde [SDM = -0.371, 95% BI = -0.728 tot -0.014, p = 0.042].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat een hoog leptinegehalte de kans op het krijgen van astma bij zowel volwassenen [SDM = 1.374, 95% BI = 0.621 tot 2.126, p 0.001] als kinderen [SDM = 0.302, 95% BI = 0.010 tot 0.594, p = 0.042] verhoogde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat een laag adiponectinegehalte de kans op het krijgen van astma bij volwassenen [p = 0.05] maar niet bij kinderen [p = 0.509] verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat een hoog leptinegehalte de kans op het krijgen van astma bij zowel volwassenen als kinderen verhoogde, terwijl een laag adiponectinegehalte de kans op het krijgen van astma bij volwassenen maar niet bij kinderen verhoogde.

Oorspronkelijke titel:
Association of asthma diagnosis with leptin and adiponectin: a systematic review and meta-analysis by Zhang L, Yin Y, [...], Zhang J.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27473714

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over chronische ziekte.

Leptine is een peptidehormoon, hetgene betekent dat leptine niet door de celmembranen van de lichaamscellen heen kan, maar het bindt aan de receptoren van de celmembranen. Leptine wordt door het vetweefsel geproduceerd wanneer de vetvoorraad toeneemt. Leptine wordt aan het bloed afgegeven en bindt aan de receptoren van het verzadigingscentrum in de hersenstam. Wanneer het verzadigingscentrum wordt geprikkeld, wordt er een signaal afgegeven dat de vetvoorraden groot genoeg zijn en dat er niet meer gegeten hoeft te worden. Het hongergevoel neemt dus af. Daarnaast vergroot leptine het energiegebruik, waardoor het lichaam meer calorieën gaat verbruiken.

Adiponectine is een eiwit dat vrijwel uitsluitend wordt geproduceerd in de vetcellen. Bij de mensen met overgewicht (BMI>25) is de adiponectine-concentratie in het bloed lager dan bij de mensen met een normaal gewicht. Een lage adiponectine-concentratie wordt geassocieerd met een verminderde insulinegevoeligheid. Suikerpatiënten hebben een verminderde insulinegevoeligheid.

Dagelijks 40 gram kaas verlaagt hart- en vaatziekten en beroerte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van kaas de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten en een beroerte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 15 prospectieve cohort studies. 13 van de 15 studies hadden een follow-up duur van meer dan 10 jaar.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in 7 studies met in toaal 8076 mensen met hart- en vaatzieten, dat het eten van veel kaas vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten significant met 10% [RR = 0.90, 95% BI = 0.82-0.99] verlaagde.

De onderzoekers vonden in 8 studies met in toaal 7631 mensen met een coronaire hartziekte, dat het eten van veel kaas vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van coronaire hartziekte significant met 14% [RR = 0.86, 95% BI = 0.77-0.96] verlaagde.

De onderzoekers vonden in 7 studies met in toaal 10449 mensen met een beroerte, dat het eten van veel kaas vergeleken met weinig, de kans op het krijgen van een beroerte significant met 10% [RR = 0.90, 95% BI = 0.84-0.97] verlaagde.

De onderzoekers vonden een non-lineair verband tussen het eten van kaas en de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten [p-nonlineair 0.001] en een beroerte [p-nonlineair = 0.015] met het laagste risico bij 40 gram kaas per dag.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van veel kaas (40 gram per dag) de kans op het krijgen van hart- en vaatziekten en een beroerte verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Cheese consumption and risk of cardiovascular disease: a meta-analysis of prospective studies by Chen GC, Wang Y, [...], Qin LQ.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27517544

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over zuivelproducten, hart- en vaatzieken en het verlagen van een beroerte.

30 gram lijnzaad per dag gedurende 12 weken verlaagt ontstekingen in obese mensen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van lijnzaad ontstekingen (uitgedrukt in het CRP-gehalte) in het lichaam?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 20 RCT’s met in totaal 1213 deelnemers. De gemiddelde leeftijd varieerde tussen 25.6 en 65 jaar. De dosering van de lijnzaad was gemiddeld 30 gram per dag. De gemiddelde follow-up duur was 12 weken.

Er was publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in het random effect model dat lijnzaad het CRP-gehalte niet significant met 0.13 mg/L [95% BI = −0.44 tot 0.19, p = 0.428, I2 = 63.8%, p 0.001] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de meta-regressie dat lijnzaad het CRP-gehalte van mensen met een BMI van 30 of hoger significant met 0.83 mg/L [95% BI = -1.34 tot -0.31, p = 0.002] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat 30 gram lijnzaad per dag gedurende 12 weken het CRP-gehalte van mensen met een BMI van 30 of hoger verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Effect of Flaxseed Intervention on Inflammatory Marker C-Reactive Protein: A Systematic Review and Meta-Analysis of Randomized Controlled Trials by Ren GY, Chen CY, […], Chen LH.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC4808865/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over overgewicht.

Mensen met overgewicht (BMI>25) hebben vaak veel ontstekingen in het lichaam oftewel een verhoogd CRP-gehalte.

Of u overgewicht hebt, kunt u hier berekenen.
 

Probiotica verlaagt luchtweginfecties bij kinderen

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van probiotica de kans op het krijgen van luchtweginfecties bij kinderen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 23 RCT’s met in totaal 6269 kinderen. De leeftijd varieerde tussen 0 en 18 jaar.

De duur van het slikken van probiotica varieerde tussen 5 dagen en 12 maanden. 7 RCT’s gebruikten de Lactobacillus stammen, 5 RCT’s gebruikten de Bifidobacterium stammen, 1 RCT gebruikte de Lactobacillus fermentum stammen en 11 RCT’s een mengsel van probiotica stammen.

Er was geen publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in 17 RCT’s met in totaal 4513 kinderen dat het slikken van probiotica de kans op het krijgen van minstens 1 episode met luchtweginfecties significant met 11% [RR = 0.89, 95% BI = 0.82-0.96, p = 0.004, I2  =  82%] verlaagde.

De onderzoekers vonden in 6 RCT’s met in totaal 2067 kinderen dat het slikken van probiotica het aantal dagen met luchtweginfecties significant verlaagde [MD = -0.16, 95% BI = -0.29 to 0.02, p  =  0.03, I2  = 0%].

De onderzoekers vonden in 8 RCT’s met in totaal 1499 kinderen dat het slikken van probiotica het aantal dagen afwezig op opvang/school (door toedoen van luchtweginfecties) significant verlaagde [MD = -0.94, 95% BI = -1.72 tot -0.15, p =  0.02, I2  =  87%].

De onderzoekers vonden in 9 RCT’s met in totaal 2817 kinderen geen significant verschil tussen de probiotica-groep en de placebo-groep voor de ziekte-episode [MD = -0.60, 95% BI   -1.49 tot 0.30, p =  0.19, I2  =  88%].

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van probiotica de kans op het krijgen van luchtweginfecties bij kinderen verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Probiotics for prevention and treatment of respiratory tract infections in children: A systematic review and meta-analysis of randomized controlled trials by Wang Y, Li X, [...], Zhang T.

Link:
https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC4979858/

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over probiotica.

Een ziekte-episode is in een zorgregistratie de periode tussen het moment dat de huisarts op de hoogte is van een gezondheidsprobleem van een patiënt (de diagnose is gesteld) en het moment dat de ziekte is genezen of de patiënt is overleden.

Vegetarisch dieet verlaagt ontstekingen in het lichaam

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt een vegetarisch dieet de kans op het krijgen van ontstekingen in het lichaam?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 29 studies met in totaal 2689 deelnemers.

Resultaten en conclusies:  
De onderzoekers vonden dat het volgen van een vegetarisch dieet het CRP-gehalte significant met 0.55 mg/L [95% BI = -0.78 tot -0.32, I2  = 94.4%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het volgen van een vegetarisch dieet het IL6-gehalte niet significant met 0.25 ng/L [95% BI = -0.56 tot 0.06, I2  = 74%] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het volgen van een vegetarisch dieet het sICAM-gehalte niet significant met 25.07 ng/mL [95% BI = -52.32 tot 2.17, I2  = 93.2%] verlaagde.

De onderzoekers vonden geen verband tussen het volgen van een vegetarisch dieet en het  TNF-ɑ, resistine-, adiponectine- en leptine-gehalte.

De onderzoekers concludeerden dat het volgen van een vegetarisch dieet het CRP-gehalte verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Effect of plant-based diets on obesity-related inflammatory profiles: a systematic review and meta-analysis of intervention trials by Eichelmann F, Schwingshackl L, […], Aleksandrova K.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27405372

Extra informatie van El Mondo:
Lees hier meer over het volgen van een vegetarisch dieet.

Overgewicht zorgt voor een chronische ontsteking in het lichaam. Chronische ontsteking in het lichaam kan gemeten worden aan de hand van de ontstekingsbiomarkers, zoals het CRP-, IL6- en sICAM-gehalte.

Een vegetarisch dieet is een dieet zonder dierlijke producten met maximaal 35 En% vet, maximaal 7 En% verzadigd vet en minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal. Welke plantaardige producten uit de supermarkt maximaal 35 En% vet, maximaal 7 En% verzadigd vet en minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal bevatten, kunt u hier opzoeken.

Deze maaltijden zijn vegetarisch.

 

Lichamelijke activiteiten + gewichtsverlies leiden tot minder ontstekingen in het lichaam

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het uitvoeren van lichamelijke activiteiten of gewichtsverlies tot een daling in het CRP-gehalte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 83 studies (RCT’s en niet-gerandomiseerde, gecontroleerde studies) met in totaal 3769 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat lichamelijke activiteiten het CRP-gehalte significant deed dalen [ES = 0.26, 95% BI = 0.18 tot 0.34, p 0.001].

De onderzoekers vonden dat lichamelijke activiteiten in combinatie met een daling van het BMI het CRP-gehalte sterker deed dalen dan lichamelijke activeiten alleen [ES = 0.38, 95% BI = 0.26 tot 0.50]. 

De onderzoekers vonden dat een daling van het BMI het CRP-gehalte significant met 11.1% deed dalen [β = 1.20, SE = 0.25, p 0.0001].

De onderzoekers vonden dat een daling van het vetgehalte het CRP-gehalte significant met 6.6% deed dalen [β = 0.76, SE = 0.21, p = 0.0002].

De onderzoekers concludeerden dat zowel lichamelijke activiteiten als een daling van het BMI en het vetgehalte het CRP-gehalte deed dalen. Echter, een sterkere daling werd bereikt met lichamelijke activiteiten in combinatie met een daling van het BMI.

Oorspronkelijke titel:
Effect of exercise training on C-reactive protein: a systematic review and meta-analysis of randomised and non-randomised controlled trials by Fedewa MV, Hathaway ED and Ward-Ritacco CL.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27445361

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over lichamelijke activiteiten.

CRP en IL-6 zijn 2 ontstekingsbiomerkers in het lichaam. Door het meten van ontstekingsbiomerkers kunnen ontstekingen in het lichaam opgespoord worden.

Bij gezonde mensen zonder ontstekingen is de CRP-bloedconcentratie meestal lager dan 10 mg/l. Het merendeel van de ontstekingen leidt tot een CRP-bloedconcentratie boven 100 mg/l.

Suikerziekte type 2, hart- en vaatziekten en kanker zijn ontstekingsziekten. Antioxidanten zoals, vitamine C, E, selenium en zink via voeding kunnen de kans op het krijgen van ontstekingen verlagen.

 

Een hoog ijzergehalte in het bloed verhoogt de ziekte van Parkinson

Onderzoeksvraag:
Hebben mensen met de ziekte van Parkinson een verhoogd serum ijzergehalte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 11 studies (cohort en patiënt-controle studies) met 829 mensen met de ziekte van Parkinson en 1219 mensen zonder de ziekte van Parkinson.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het serum ijzergehalte van patiënten met de ziekte van Parkinson significant hoger was dan van patiënten zonder de ziekte van Parkinson [SMD = 0.27, 95% BI = 0.18-0.37, p 0.001].

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses (om meer informatie te verkrijgen) dat het serum ijzergehalte van patiënten met de ziekte van Parkinson significant hoger was onder Aziaten en Europeanen. Dit signficante verschil werd ook teruggevonden in cohort en patiënt-controle studies.

De onderzoekers concludeerden dat patiënten met de ziekte van Parkinson een verhoogd serum ijzergehalte hadden.

Oorspronkelijke titel:
Meta-analysis of the association between serum iron levels and Parkinson's disease: Evidence from 11 publications by Jiao J, Guo H, […], Hu W.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27372885

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over ijzer.

Mensen met allergische rhinitis hebben baat bij het slikken van probiotica

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Hebben mensen met allergische rhinitis baat bij het slikken van probiotica?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 22 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden in alle 5 studies naar het effect van de Lactobacillus paracasei (LP) stammen op allergische rhinitis, dat deze stammen clinische significante verbeteringen ten opzichte van de placebo lieten zien.

De onderzoekers vonden dat het slikken van probiotica een significante verbetering van de nasale [SMD = -1.23, p 0.001] en oculaire symptomen [SMD = -1.84, p 0.001] van seizoensgebonden allergische rhinitis gaf.

De onderzoekers vonden dat het slikken van probiotica de kans op het krijgen van een verstopte neus, rinorree en een jeukende neus significant verlaagde.

De onderzoekers vonden dat de TH1 en TH2 verhouding in de probioticagroep significant lager was ten opzichte van de placebogroep [SMD = -0.78, p = 0.045]. 

De onderzoekers concludeerden dat mensen met (met name seizoensgebonden) allergische rhinitis baat hadden bij het slikken van probiotica, met name met Lactobacillus paracasei (LP) stammen.

Oorspronkelijke titel:
Do probiotics have a role in the treatment of allergic rhinitis?: A comprehensive systematic review and meta analysis by Guvenc IA, Muluk NB, […], Cingi C.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27442711

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over probiotica.

Hooikoorts of allergische rhinitis kan verkoudheidachtige symptomen veroorzaken, zoals een lopende neus, verstopping, niezen of sinusdruk. In tegenstelling tot een verkoudheid wordt hooikoorts niet veroorzaakt door een virus, maar wel door een allergische reactie op specifieke substanties in uw omgeving.

Het woord hooikoorts is feitelijk onjuist. Hooikoorts heeft niets met “hooi” te maken en mensen met hooikoorts hebben geen koorts. Artsen geven om deze redenen er de voorkeur aan om te spreken van allergische rhinitis.

Hooikoorts komt voornamelijk voor van eind mei tot augustus. Wanneer het echter regent hebben de meeste mensen er minder last van dan bij mooi warm en droog weer. Doordat de pollen worden ingeademd reageert het afweermechanisme van het lichaam daarop. Het raakt een beetje in de war en dat zorgt ervoor dat de stof histamine wordt aangemaakt. Histamine wordt in het lichaam gebruikt om slechte stoffen in het lichaam te neutraliseren waardoor ziektes in het lichaam niet de kans krijgen om uit te breiden. Uiteindelijk zullen de slijmvliezen in neus- en keelholte hier fel op reageren wat leidt tot een loopneus, jeuk en andere ongemakken.

Hooikoorts kan slaaploosheid, vermoeidheid en irriteerbaarheid veroorzaken en kan uw prestaties op het werk of op school beïnvloeden.

Hooikoorts is een chronische aandoening, zonder behandeling kan het leiden tot de ontwikkeling van astma en nieuwe allergieën.

 

Gewichtsverlies gedurende 6-12 maanden verlaagt hart- en vaatziekten

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Leidt gewichtsverlies tot positieve veranderingen in de risicofactoren van hart- en vaatziekten?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 83 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat gewichtsverlies gedurende 6-12 maanden:
-de systolische bloeddruk significant met 2.68 mmHg verlaagde [-2.68 mmHg, 95% BI = -3.37 tot -2.11];
-de diastolische bloeddruk significant met 1.34 mmHg verlaagde [-1.34 mmHg, 95% BI = -1.71 tot -0.97];
-het LDL-cholesterolgehalte significant met 0.20 mmol/L verlaagde [-0.20 mmol/L , 95% BI = -0.29 tot -0.10];
-het triglyceridengehalte significant met 0.13 mmol/L verlaagde [-0.13 mmol/L, 95% BI = -0.22 tot -0.03];
-het nuchter plasma glucosegehalte significant met 0.32 mmol/L verlaagde [-0.32 mmol/L, 95% BI = -0.43 tot -0.22];
-het HbA1c-gehalte significant met 0.40% verlaagde [-0.40%, 95% BI = -0.52 tot -0.28].

De onderzoekers vonden dat de hierboven beschreven positieve veranderingen minimaal 2 jaar zichtbaar bleven.

De onderzoekers concludeerden dat gewichtsverlies gedurende 6-12 maanden positieve veranderingen in de risicofactoren van hart- en vaatziekten teweegbracht. Deze positieve veranderingen bleven minimaal 2 jaar zichtbaar.

Oorspronkelijke titel:
Interventions that cause weight loss and the impact on cardiovascular risk factors: a systematic review and meta-analysis by Zomer E, Gurusamy K, […], Finer N.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27324830

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over hart- en vaatzieken, het verlagen van de bloeddruk en het cholesterolgehalte.

Deze maaltjiden zijn geschikt voor mensen met overgewicht.
Mensen die willen afvallen worden aangeraden te kiezen voor maaltijden met 20-35 En% eiwit, met 20-30 En% vet, met maximaal 7 En% verzadigd vet, met maximaal 0.3 gram zout per 100 kcal, met maximaal 25 En% eenvoudige suikers, met minimaal 1.5 gram vezels per 100 kcal. Welke producten uit de supermarkt geschikt zijn voor mensen met overgewicht kunt u hier opzoeken.

HbA1c staat voor Hemoglobine A1c. Hemoglobine is het eiwit in rode bloedcellen, die zorgt voor vervoer van zuurstof vanuit de longen naar de verschillende lichaamscellen. Rode bloedcellen komen tijdens hun verblijf in het bloed glucose tegen. Hoe hoger de bloedglucose, hoe meer daarvan aan hemoglobine plakt.

Rode bloedcellen hebben een levensduur van 2-3 maanden. Het HbA1c (of glyHb) geeft het percentage rode cellen aan waaraan glucose is geplakt en weerspiegelt dus het gemiddelde glucosegehalte in de voorafgaande 2-3 maanden.
Het HbA1c-gehalte van suikerpatiënten ligt veel hoger dan niet suikerpatiënten. Het HbA1c-gehalte in het bloed wordt vooral gebruikt om te beoordelen of mensen met suikerziekte goed worden behandeld.

500 mg quercetinesupplementen per dag gedurende 8 weken verlaagt de bloeddruk

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van quercetine de bloeddruk?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 7 RCT’s met in totaal 299 mensen in de quercetinegroep en 288 mensen in de controlegroep. De suppletieduur varieerde tussen 4 en 10 weken.

Er was mogelijk sprake van publicatie bias.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van quercetine de systolische bloeddruk significant met 3.04 mmHg [WMD = -3.04 mmHg, 95% BI = -5.75 tot -0.33, p = 0.028] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het slikken van 500 mg quercetine per dag of hoger de systolische bloeddruk significant met 4.45 mmHg [WMD = -4.45 mmHg, 95% BI = -7.70 tot -1.21, p = 0.007] verlaagde. Echter, de significantie verdween bij een dosis lager dan 500 mg per dag [WMD = -1.59 mmHg, 95% BI = -4.44 tot 1.25, p = 0.273].

De onderzoekers vonden dat het slikken van quercetine gedurende minimaal 8 weken de systolische bloeddruk significant verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het slikken van quercetine de diastolische bloeddruk significant met 2.63 mmHg [WMD = -2.63 mmHg, 95% BI = -3.26 tot -2.01, p 0.001] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het slikken van 500 mg quercetine per dag of hoger de diastolische bloeddruk significant met 2.98 mmHg [WMD = -2.98 mmHg, 95% BI = -3.64 tot -2.31, p 0.001] verlaagde. Echter, de significantie verdween bij een dosis lager dan 500 mg per dag [WMD = -0.24 mmHg, 95% BI = -2.00 tot 1.52, p = 0.788].

De onderzoekers vonden dat het slikken van quercetine korter dan 8 weken de diastolische bloeddruk significant verlaagde.

De onderzoekers vonden in een meta-regressie analyse een verband tussen de systolische bloeddruk en de duur van de suppletie en een verband tussen de diastolische bloeddruk en de dosering.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van minimaal 500 mg quercetine per dag gedurende 8 weken de bloeddruk verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Effects of Quercetin on Blood Pressure: A Systematic Review and Meta-Analysis of Randomized Controlled Trials by Serban MC, Sahebkar A, […], Banach M.

Link:
http://jaha.ahajournals.org/content/5/7/e002713.long

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over flavonoïden en het verlagen van de bloeddruk. Quercetine is een flavonoïde.

Quercetine zit in appelen, uien, rode kool, rode druiven, frambozen, groene thee en knoflook.

300 mg magnesiumsupplementen per dag gedurende 1 maand verlaagt de bloeddruk

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het slikken van magnesium de bloeddruk in volwassenen?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 34 RCT’s met in totaal 2028 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het slikken van 368 mg magnesium per dag gedurende 3 maanden de systolische bloeddruk significant met 2.00 mmHg [95% BI = 0.43-3.58] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het slikken van 368 mg magnesium per dag gedurende 3 maanden de diastolische bloeddruk significant met 1.78 mmHg [95% BI = 0.73-2.82] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het slikken van 368 mg magnesium per dag gedurende 3 maanden het serum magnesiumbloedgehalte met 0.05 mmol/L [95% BI = 0.03-0.07] verhoogde. Het serum magnesiumbloedgehalte was negatief geassocieerd met de diastolische bloeddruk maar niet met de systolische bloeddruk.

De onderzoekers vonden dat het slikken van 300 mg magnesium per dag gedurende 1 maand genoeg was om het het serum magnesiumbloedgehalte te verhogen en de bloeddruk te verlagen.

De onderzoekers concludeerden dat het slikken van 300 mg magnesium per dag gedurende 1 maand het serum magnesiumbloedgehalte verhoogde en de bloeddruk verlaagde. Verder verlaagde een hoog serum magnesiumbloedgehalte de diastolische bloeddruk.

Oorspronkelijke titel:
Effects of Magnesium Supplementation on Blood Pressure: A Meta-Analysis of Randomized Double-Blind Placebo-Controlled Trials by Zhang X, Li Y, [..], Song Y.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27402922

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over magnesium en het verlagen van de bloeddruk.  

 

Omega 3 vetzuren verkort het verblijf in het ziekenhuis van patiënten die een hartoperatie ondergaan

Onderzoeksvraag:
Hebben patiënten die een hartoperatie ondergaan baat bij omega-3 vetzuren?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 19 RCT’s met in totaal 4335 patiënten.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat omega-3 vetzuren (via de mond en/of parenterale voeding) het verblijf in het ziekenhuis van patiënten die een hartoperatie onderging significant verkortte [WMD = -1.37, 95% BI = -2.41 tot -0.33, p = 0.010].

De onderzoekers vonden dat omega-3 vetzuren (via de mond en/of parenterale voeding) de kans op het krijgen van het postoperatieve boezemfibrilleren bij patiënten die een hartoperatie onderging significant met 22% [OR = 0.78, 95% BI = 0.68 tot 0.90, p = 0.004] verlaagde.

De onderzoekers concludeerden dat omega-3 vetzuren (via de mond en/of parenterale voeding) het verblijf in het ziekenhuis van patiënten die een hartoperatie onderging verkortte terwijl de kans op het krijgen van het postoperatieve boezemfibrilleren (hartritmestoornis) verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Omega-3 polyunsaturated fatty acids in cardiac surgery patients: An updated systematic review and meta-analysis by Langlois PL, Hardy G and Manzanares W.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27293143

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over hart- en vaatzieken en omega-3 vetzuren.

Dagelijks 50 gram volkorengraanproducten verlaagt doodgaan aan hart- en vaatziekten en kanker

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van volkorengraanproducten de kans op doodgaan aan hart- en vaatziekten en kanker?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 13 prospectieve observationele studies over totale mortaliteit met 104061 doden, 12 prospectieve observationele studies over hart- en vaatziektegerelateerde mortaliteit met 26352 doden en 8 prospectieve observationele studies over kankergerelateerde mortaliteit met 34797 doden.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 50 gram volkorengraanproducten per dag de kans op totale mortaliteit significant met 22% [RR = 0.78, 95% BI = 0.67-0.91] verlaagde

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 50 gram volkorengraanproducten per dag de kans op hart- en vaatziektegerelateerde mortaliteit (doodgaan aan hart- en vaatziekten) significant met 30% [RR = 0.70, 95% BI = 0.61-0.79] verlaagde

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 50 gram volkorengraanproducten per dag de kans op kankergerelateerde mortaliteit (doodgaan aan kanker) significant met 18% [RR = 0.82, 95% BI = 0.69-0.96] verlaagde

De onderzoekers vonden dat elke verhoging met 50 gram volkorengraanproducten per dag de kans op doodgaan aan ischemische hartziekte significant met 32% [RR = 0.68, 95% BI = 0.55-0.84] verlaagde. Echter het verlaagde risico was niet significant voor doodgaan aan een beroerte [RR  =0.93, 95% BI = 0.54-1.62].

De onderzoekers vonden een non-lineair verband tussen het eten van volkorengraanproducten en totale mortaliteit [p-nonlineair 0.001] en doodgaan aan hart- en vaatziekten [p-nonlineair 0.001] maar niet voor doodgaan aan kanker [p-nonlineair = 0.12]. De helling van de curve was steiler bij een lage inname (tot 35 gram volkorengraanproducten per dag) dan bij een hoge inname.

De onderzoekers concludeerden dat het dagelijks eten van 50 gram volkorengraanproducten de kans op doodgaan aan hart- en vaatziekten en kanker verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
Whole-grain intake and total, cardiovascular, and cancer mortality: a systematic review and meta-analysis of prospective studies by Chen GC, Tong X, […], Qin LQ.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27225432

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over volkorengraanproducten en hart- en vaatziekten.
Volkorengraanproducten zijn onder andere volkorenbrood, volkorenpasta en zilvervliesrijst.

Een hoge DHA-bloedwaarde verlaagt een fatale hartziekte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het hebben van een hoge PUFA-bloedwaarde de kans op het krijgen van hart- en vaatzieken?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 19 studies (cohort en patiënt-controle studies) met in totaal 45637 deelnemers waarvan 7973 mensen met een totale hartziekte, 2781 mensen met een fatale hartziekte en 7157 mensen met een nonfatale hartaanval. De gemiddelde leeftijd was was 59 jaar (18-97 jaar) en 62.8% was man.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat elke verhoging van het ALA-bloedgehalte met 1 standaarddeviatie de kans op het krijgen een fatale hartziekte significant met 9% [RR = 0.91, 95% BI = 0.84-0.98] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging van het DPA-bloedgehalte met 1 standaarddeviatie de kans op het krijgen een fatale hartziekte significant met 10% [RR = 0.90, 95% BI = 0.85-0.96] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging van het DHA-bloedgehalte met 1 standaarddeviatie de kans op het krijgen een fatale hartziekte significant met 10% [RR = 0.90, 95% BI = 0.84-0.96] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat elke verhoging van het DPA-bloedgehalte met 1 standaarddeviatie de kans op het krijgen een totale hartziekte significant met 6% [RR = 0.94, 95% BI = 0.90-0.99] verlaagde. Echter, dit significant verlaagde risico werd niet teruggevonden voor het ALA-, EPA- en DHA-bloedgehalte.

De onderzoekers vonden geen verband tussen het DPA-, ALA-, EPA- en DHA-bloedgehalte en het krijgen van een nonfatale hartaanval. 

De onderzoekers concludeerden dat het hebben van een hoge PUFA-bloedwaarde, zoals ALA, DPA en DHA de kans op het krijgen van een fatale hartziekte verlaagde.

Oorspronkelijke titel:
ω-3 Polyunsaturated Fatty Acid Biomarkers and Coronary Heart Disease: Pooling Project of 19 Cohort Studies by Del Gobbo LC, Imamura F, […], Mozaffarian D.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27357102

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over PUFA’s. 

Het PUFA-gehalte, zoals ALA, DPA en DHA in het bloed kan verhoogd worden door producten/maaltijden met een hoog PUFA-gehalte te eten en/of het slikken van PUFA-supplementen. PUFA-supplementen zijn onder andere visoliesupplementen.

Deze maaltijden bevatten veel DHA. Welke vis veel DHA leveren, kunt u hier opzoeken.

 

Rijstolie verlaagt het cholesterolgehalte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Verlaagt het eten van rijstolie het cholesterolgehalte?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 11 RCT’s.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat het eten van rijstolie het LDL-cholesterolgehalte (slecht cholesterol) significant met 6.91 mg/dL [95% BI = -10.24 tot -3.57, p 0.001] verlaagde.Significant wil zeggen, er is een verband bij een 95% betrouwbaarheid.

De onderzoekers vonden dat het eten van rijstnolie het totale cholesterolgehalte significant met 12.65 mg/dL [95% BI = -18.04 tot -7.27, p 0.001] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat het eten van rijstolie het HDL-cholesterolgehalte (goed cholesterol) onder mannen maar niet onder vrouwen significant met 6.65 mg/dL [95% BI = 2.38-10.92, p = 0.002] verhoogde.

De onderzoekers concludeerden dat het eten van rijstolie zowel het totale als LDL-cholesterolgehalte verlaagde, terwijl het HDL-cholesterolgehalte onder mannen verhoogde.  

Oorspronkelijke titel:
Rice Bran Oil Decreases Total and LDL Cholesterol in Humans: A Systematic Review and Meta-Analysis of Randomized Controlled Clinical Trials by Jolfaie NR, Rouhani MH, […], Azadbakht L.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/27311126

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over het verlagen van het cholesterolgehalte.

Knoflooksupplementen verlagen de bloeddruk en het cholesterolgehalte

Afbeelding

Onderzoeksvraag:
Wat voor positieve effecten heeft knoflook op de gezondheid?

Studieopzet:
Dit overzichtsartikel bevatte 20 RCT’s met in totaal 970 deelnemers.

Resultaten en conclusies:
De onderzoekers vonden dat knoflooksupplementen de systolische bloeddruk significant met 5.1 mmHg [p 0.001] verlaagde.

De onderzoekers vonden dat knoflooksupplementen de diastolische bloeddruk significant met 2.5 mmHg [p 0.002] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat knoflooksupplementen de systolische bloeddruk van mensen met een hoge bloeddruk (SBP/DBP ≥ 140/90 mmHg)  significant met 8.7 mmHg [p 0.001, n = 10] verlaagde.

De onderzoekers vonden in de subgroepenanalyses dat knoflooksupplementen de diastolische bloeddruk van mensen met een hoge bloeddruk (SBP/DBP ≥ 140/90 mmHg)  significant met 6.1 mmHg [p 0.001, n = 6] verlaagde.

De onderzoekers vonden in een eerder gepubliseerde meta-analyse van 39 RCT’s met in totaal 2300 volwassenen, dat knoflooksupplementen gedurende minimaal 2 maanden het totale en LDL-cholesterolgehalte van mensen met een hoog totale cholesterolgehalte (>5.5 mmol/L) significant met 10% verlaagde.

De onderzoekers vonden dat knoflook de macrofagenactiviteit, de natural killercellen en de productie van T- en B-cellen verhoogde. Verder verlaagde knoflook het aantal, de duur en de ernst van de bovenste luchtweginfecties.

De onderzoekers concludeerden dat knoflooksupplementen de bloeddruk en het totale en LDL-cholesterolgehalte verlaagde. Verder verlaagde knoflook ook de kans op het krijgen van de bovenste luchtweginfecties en verhoogde het afweersysteem.

Oorspronkelijke titel:
Garlic Lowers Blood Pressure in Hypertensive Individuals, Regulates Serum Cholesterol, and Stimulates Immunity: An Updated Meta-analysis and Review by Ried K.

Link:
http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/26764326

Extra informatie van El Mondo:
Vind hier meer studies over knoflook en het verlagen van de bloeddruk en het cholesterolgehalte.